Met betrekking tot dit stuk wordt hierna besloten overeenkomstig de ontwerp-brief te berichten. e. Controlerapporten van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële Adviezen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten met voorstel deze voor kennisgeving aan te nemen. De heer VERHEUS kreeg vanmorgen, toen hij op het gemeentehuis was, zo'n controlerapport in handen. Het was becommentarieerd door iemand van de afde ling financiën, waarbij nogal wat kritiek werd uitge oefend op de manier van controle. Zal het college de V.N.G. hierop attenderen? Wethouder DE HAAN antwoordt dat het gebruikelijk is om principieel belangrijke opmerkingen met het ve rificatiebureau te bespreken. Het zou niet fair zijn wel kanttekeningen te plaatsen, maar daarover tegen dat bureau niets te zeggen. Met betrekking tot deze stukken wordt hierna beslo ten overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burge meester en wethouders is voorgesteld. f. Brief van de voetbalvereniging S.E.C. d.d. 23 augustus 1974 inzake kwijtschelding van de eerste termijn van rente en aflossing van de lening van f. 71.000,-- met voorstel te berichten overeenkomstig de ontwerp-brief. De heer VAN LOGTENSTEIN merkt op dat zijn frac tie het wel eens is met het antwoord, maar meent dat dit niets oplost van de financiële problemen van S.E.C. De fractie wacht eigenlijk op de aanbieding van de verordening op de visuele reclame op sportvelden. Dat zou een middel kunnen zijn om de inkomsten van de vereniging te vergroten. Die verordening is in het afgelopen halfjaar in de sportstichting gereed ge komen en het lijkt spreker dat het mogelijk moet zijn haar in de komende maand in de raad aan de orde te stellen. De heer VISSER blijft bij zijn standpunt dat hij in de financiële commissie heeft ingenomen, nl. om S.E.C. het bedrag waar het om gaat kwijt te schelden. Hij vindt het jammer dat de heer De Wilde heeft geëist dat men harde cijfers zou overleggen. Op zich is dat wel logisch, maar men had toch wel tot S.E.C. kun nen zeggen: U hebt groot gelijk, maar kom toch even met die harde cijfers op tafel. Volgens berichten in de kranten zijn er enige moei lijkheden geweest met betrekking tot de bouw van de kantine. Hoe zit dit precies? Een ander aspect is dat S.E.C. moeilijkheden heeft in zake het maken van reclame. Spreker is natuurlijk niet zo voor de herrie die men door middel van luid sprekers maakt, maar dat in Soest geen reclameborden vanaf de openbare weg mogen worden gezien, begrijpt hij niet zo goed. Dit kost S.E.C. toch heel wat. De heer DE WILDE geeft te kennen dat zijn fractie de strekking van de antwoord-brief kan onderschrijven. Wel meent zij dat dit antwoord in de vijfde en zesde zin een onduidelijkheid inhoudt. In de vijfde zin wordt nl. gesproken over kwijtschelding en in de zesde zin over uitstel van betaling. Spreker stelt voor die twee zinnen te vervangen door de zin: „Aan het eind van het jaar zal op uw verzoek nader worden teruggeko men". De vereniging vraagt kwijtschelding. Daarover wordt thans blijkens de tekst van dit antwoord geen beslissing genomen en terecht. De gemeente laat in het midden of er sprake zal zijn van kwijtschelding of van uitstel van betaling. Aan de orde is dat aan het eind van het jaar op deze zaak zal worden teruggeko- Spreker meent dat de heer Visser hem verkeerd heeft begrepen. Het gaat in dezen om overheidsgelden en het is logisch dat men dan goed moet overwegen tot welke beslissing de gegevens aanleiding kunnen geven. Als S.E.C. zegt schade te lijden, mag terecht aan S.E.C. worden gevraagd deze stelling van gegevens te voor zien. Als aan het eind van het jaar inderdaad blijkt dat S.E.C. in belangrijke mate schade heeft geleden door de ernstige vertraging van de bouw van de kanti ne, is sprekers fractie van mening dat alsdan ernstig moet worden bekeken wat er in het kader van de dan ontstane renteschuld in verband met de dit jaar opge nomen gelden, moet worden gedaan. Er is wat publiciteit rondom deze zaak gekomen, ook in verband met wat in de financiële commissie is be sproken. In de kranteberichten is spreker gevoegd bij degenen die hebben uitgesproken dat S.E.C. met de ze lening te hoog had gegrepen. Hij stelt er prijs op te zeggen dat hij dit niet heeft gezegd. Hij heeft hierover geen oordeel en behoeft dat ook niet te hebben, want hij heeft niet deelgenomen aan de besluitvorming van de oude raad in dezen. Verder wordt in een krantebericht gesproken over een brief van 9 september aan de sportstichting en aan de dienst van gemeentewerken, waarin door S.E.C. om een onderhoud is gevraagd; gezegd wordt dat dit tot nu toe niet heeft plaatsgevonden. Is dit juist? Ten slotte wil spreker het college vragen - en dit geldt met name de wethouder van financiën - S.E.C. uit te nodigen voor een gesprek. Het zou best kunnen zijn dat allerlei misverstanden tot de huidige wat wrevelige stemming aanleiding hebben gegeven. Door een per soonlijk contact kunnen die misverstanden worden weggenomen. De heer VAN POPPELEN sluit zich voor een groot deel aan bij de vragen van de heer De Wilde. Gelet op de ruime publiciteit rondom deze zaak, was spreker wat verbaasd over het erg summiere antwoord van het college. Wat zijn nu de achtergronden van de menings verschillen tussen het bestuur van S.E.C. en de wet houder van financiën? De heer BLAAUW is het in grote trekken eens met wat de heren De Wilde en Van Poppelen hebben ge zegd. Ook is hij het eens met de reactie van het colle ge om de behandeling van het verzoek van S.E.C. voorlopig uit te stellen. Indertijd heeft spreker de vraag gesteld of S.E.C. niet te hoog had gegrepen, waarop hij nogal vurig door S.E.C. is aangevallen. Toen alles in een onderhoud wat duidelijker was ge worden, heeft hij gezegd de zaak van S.E.C. in de raad te zullen verdedigen, hetgeen hij toen ook heeft ge daan. Uiteraard is hij ook nu door S.E.C. benaderd, maar daarop wil hij nu niet verder ingaan. Als spreker S.E.C. mag geloven, bestaan er zeker problemen, maar die zullen aan het eind van het jaar worden be keken. Wel zal hij graag zien dat de wethouder van fi nanciën, gelet ook op de portefeuille die deze eerder onder zich heeft gehad, een goed en open gesprek met S.E.C. zal aangaan, zodat, als in november of decem ber deze zaak wederom in de financiële commissie aan de orde komt, de feiten duidelijk zullen zijn. Spreker is het er mee eens dat van de zijde van S.E.C. een nauwkeurige berekening van de gederfde inkomsten zal moeten komen. Wethouder DE HAAN kan de heer Van Logtenstein met betrekking tot het aloude probleem van de recla me zeggen dat deze zaak binnenkort in de sportstich-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 173