gemeentelijk niveau bestaande bestuursvorm gaat ontstaan,
opgewassen tegen de toenemende maatschappelijke proble
matiek;
doet een dringend beroep op de bij Eemland aangesloten
gemeenten de door het dagelijks bestuur van Eemland bij
de aangesloten gemeenten aanhangig gemaakte voorstellen
tot herziening van de gemeenschappelijke regeling Eemland,
te aanvaarden;
verzoekt burgemeester en wethouders deze motie ter kennis
te brengen van de raden van de betreffende gemeenten;
vraagt burgemeester en wethouders zich met het Dagelijks
Bestuur Eemland in verbinding te stellen met het voorstel op
dit voor de voortzetting van de samenwerking in Eemland
belangrijke ogenblik een vergadering van alle raadsleden van
de aangesloten gemeenten te beleggen onder meer ter be
spreking van het herzieningsvoorstel van de huidige gemeen
schappelijke regeling."
Gewestvorming noch ruimtelijke ordening zijn voorzien in
het begrotingsmodel. Wij hebben de gewoonte om de gewest
vorming te bespreken bij hoofdstuk II, omdat in dat hoofd
stuk ook de uitgaven voor het samenwerkingsorgaan wor
den vermeld. Voor ruimtelijke ordening hebben wij wel
eens een aanknopingspunt proberen te vinden in een postje
dat op hoofdstuk II staat, omdat daaruit de externe deskun
digen worden betaald, maar het lijkt mij logischer om het
hoofdstuk volkshuisvesting uit te breiden tot het hoofdstuk
volkshuisvesting en ruimtelijke ordening. Wanneer de raad
zich daarmede kan verenigen, weet iedereen waar men een
stuk discussie kwijt kan.
Het college constateert dat de raad in het algemeen toch
wel tevreden is geweest met de gegeven antwoorden.
Maandag jl. is opgemerkt, dat wij in de nota van aanbie
ding niet voldoende zouden zijn ingegaan op de zeven pun
ten die door de drie grootste fracties zijn aanvaard. Op dat
moment had ik die zeven punten niet zo precies op een rijt
je staan (ik meen dat men mij dat niet kwalijk kan nemen),
maar gisteren heb ik die zeven punten opgeduikeld. Wij
zijn tot de overtuiging gekomen dat het met het in de nota
van aanbieding aanknopen aan die zeven punten nog wel
meevalt. Punt 1 luidde:
„Gewerkt zal worden aan de totstandkoming van een school
voor havo/vwo bij voorkeur op de grondslag van samenwer
king tussen de verschillende levensbeschouwelijke richtin
gen."
Er is een aanknopingspunt in de nota van aanbieding terug
te vinden, want op pagina 21 kan men lezen, dat het E.T.I.
opdracht is gegeven een onderzoek in te stellen naar het te
verwachten aantal leerlingen voor een eventueel te stichten
openbare school voor havo/vwo. Er is sprake van een zaak
die niet alleen door het college kan worden getrokken. Het
college is nog steeds bereid om pogingen te ondernemen om
te komen tot een samenwerkingsschool, maar het onderzoek
zal moeten aangeven of een dergelijke samenwerkingsschool
nog van de grond zal kunnen komen.
Punt 2 van de basis-leidraad van de drie fracties luidde:
„Herziening van het bestemmingsplan Soestereng/Weg over
de Eng zal op korte termijn aanhangig worden gemaakt."
Met die korte termijn hadden wij iets meer moeite, omdat
de verkeersstructuur in Soest moet worden bekeken in sa
menhang met de gebieden waarin zich de eventuele groei
van Soest zal moeten voltrekken. De nieuwe verkeersstruc
tuur in Soest houdt natuurlijk ook ten nauwste verband met
de verkeersstructuur in de ons omringende gebieden (met
name de grote wegen). De heer De Wilde heeft het als ver
standig gekwalificeerd dat wij het bestemmingsplan Soester-
eng-Weg over de Eng niet hebben ingetrokken. Daarover
hebben wij gisteren nog eens gesproken. Met name ook met
het oog op de plannen voor de Centrumweg zou het niet
verstandig zijn om genoemd bestemmingsplan in te trekken,
want daardoor zou ook de bescherming van het deel dat nu
Centrumweg is worden opgeheven. Zolang het plan Soester-
eng-Weg over de Eng nog bij de Raad van State is zullen wij
het plan slechts stap voor stap moeten intrekken en dan
wel steeds dat gedeelte waarvoor inmiddels iets anders in de
plaats is gezet.
Mevrouw KORTHUIS-ELIONKan het dan wel worden be
vroren? Is het zeker dat de Raad van State geen enkele mi
nuut aan het bestemmingsplan Soestereng-Weg over de Eng
zal besteden? Zal ook de Eemland werkgroep helemaal geen
tijd besteden aan het oude plan? Het plan ligt wel bij de
Raad van State.
De VOORZITTER: Bij de Raad van State kunnen wij moei
lijk iets bevriezen, maar misschien kunnen wij het proberen.
Meestal zijn wij er op uit om de Raad van State op te jutten
(dat kan men ook maar een enkele keer proberen), maar nu
zouden wij eigenlijk de Raad van State voorzichtig de bood
schap moeten geven dat wij er niet zo'n haast mee hebben.
Ik wil dit punt eens in overweging nemen; misschien dat de
Raad van State van zo'n verzoek zal schrikken, want ik neem
aan dat de Raad van State nooit eerder een dergelijk verzoek
zal hebben gekregen.
Als derde punt in de basis-leidraad van de drie fracties wordt
gesteld, dat de investeringsnota moet worden herzien. Tot
nu toe heeft de raad slechts een proeve van een investe
ringsnota gekregen. Deze proeve was niet getoetst aan be
paalde uitgangspunten. Die proeve is destijds opgesteld om
te weten wat wij allemaal in de komende tijd met de natte
vinger zouden willen realiseren. Dat was toen onder meer
een Engweg. Er is daarbij gekeken naar de kosten en naar
de wijze waarop een en ander zou kunnen worden waarge
maakt. Er is onder meer geschoven met de saldireserve. Die
proeve was in ieder geval niet getoetst aan de principiële
uitgangspunten die wij met ons allen hebben vastgesteld.
Vandaar dat het financiële hoofdstuk in het ontwikkelings
plan op dit punt soelaas moet brengen.
Punt 4 van de basis-leidraad van de drie fracties luidde:
„Studie zal worden gemaakt van de organisatie van de ge
meentebedrijven en -stichtingen, waardoor verantwoorde
lijkheden duidelijk worden bepaald en een daarbij beho
rend systeem van budgetbewaking wordt ontwikkeld."
Wij hebben gezamenlijk afgesproken dat functiewaardering
een begin is, omdat er ergens moet worden begonnen. Wij
willen graag weten wat de inhoud is van de rangen zoals zij
hier zijn en de werkzaamheden die worden verricht. Wan
neer men dat weet kan men een volgende stap doen, nl. een
poging om een zekere efficiency te gaan inbouwen. Op een
goed ogenblik zit men met een personeelsbestand. Wij wil
len duidelijk weten wat ieder personeelslid doet. Vanuit die
gegevens moet worden gezocht naar de beste organisatie
vorm. Ik weet overigens dat in punt 4 ook nog op iets an
ders wordt gemikt, nl. op de budgetbewaking. Met ons al
len zullen wij moeten streven naar een goed functionerend
systeem van budgetbewaking.
Als punt 5 hebben de drie fracties in de basis-leidraad ver
meld:
„Bij woningbouw zal bijzondere aandacht worden gegeven
aan de bouw van eengezinswoningen op voet van woning
wet en premiebouw in het bijzonder ten behoeve van lager
gesalarieerden. Daarnaast zal de uitgifte van percelen voor
de bouw van woningen voor eigen bewoning worden bevor
derd ten einde de doorstroming van goedkope huurwonin
gen naar eigen woningen te stimuleren."
Ik meen dat wij niet anders'doen dan aan deze wensen te
gemoet komen. Daarmede zijn wij al een tijd bezig. In Over-
236