De VOORZITTER: Ik heb begrepen wat u bedoelt. Ik meen namens het college te kunnen toezeggen dat wij een voorstelletje zullen uitwerken. De automatisering van de bevolkingsadministratie is een punt dat heel veel facetten heeft. Ook ik heb het interim rapport van de commissie Koopmans gelezen en ik begrijp de verontrusting. Zelf ben ik ook niet helemaal gerust. Men moet er echter wel aan denken dat wij met ons allen op het ogenblik ook overal al geregistreerd staan. Ook op dit mo ment zijn er reeds vele mogelijkheden om misbruik te ma ken van gegevens. Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Mevrouw de voorzitter! In de nieuwe situatie gaat het gevaar van centralisatie dreigen en dan denk ik onmiddellijk terug aan de geschiedenis die wij achter de rug hebben, want toen is gebleken welke gevaren er aan centralisatie zijn verbonden. In Zweden en Noorwegen hebben alle gemeenteraden con sequent gezegd dat zij niet beginnen aan automatisering van de persoonsgegevens voordat er een waterdichte wet is. Ik vind eigenlijk dat elke gemeenteraad moet zeggen: Oké, ook al hebben wij een gemeentebestuur waarin wij honderd pro cent vertrouwen hebben, bij het opvragen van gegevens dient duidelijk te zijn aan wie de gegevens worden gegeven. Ik vind dat men bij het centraliseren van persoonsgegevens voorzichtig moet zijn met het schenken van vertrouwen aan het totale menselijke bestel. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzitter! Het is uitgesloten dat er een waterdicht systeem kan worden ge maakt. In het interimrapport wordt reeds gesteld, dat het uitgesloten is dat wettelijke voorschriften een oplossing kunnen geven voor alle problemen die uit het bestaan van die persoonsregistratie voortvloeien. Vandaar het grote ge vaar. Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Men kan, wanneer de wet er is, gaan praten over de vraag welke gege vens in die centrale persoonsregistratie moeten worden ge stopt. Dat is dan wel weer een discussie waard. Ik vind dat er voorlopig niets moet worden gedaan totdat er een wet is. De heer LANGE: Mevrouw de voorzitter! De huidige toe stand is gevaarlijker en zij houdt meer gevaren in dan wan neer de gehele zaak op een computertape of -schijf komt te staan. De huidige papierwinkel (met alle daarop staande ge gevens) is niet te vernietigen, ook niet door middel van een brand, terwijl een schijf of tape heel eenvoudig kan worden vernietigd. Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Hetgeen de heer Lange zei had ik ook juist willen zeggen. Destijds is tijdens de kredietverlening niets over deze mate rie gezegd. Het ligt in de bedoeling om met het oog op de privacy te komen met een aanvullende regeling voordat in Soest wordt overgegaan tot het automatiseren van de bevol kingsadministratie. Dat is ook in andere steden gebeurd. Op niet al te lange termijn zullen wij met het oog op de bescher ming van de privacy aanvullende regels aan de orde stellen. De heer DE WILDE: Bij de gemeenteraad? De VOORZITTER: Ja, bij u. Mevrouw KORTHUIS-ELION: De heer Ebbers zegt dat er bij de votering van het krediet niets is gezegd over deze ma terie. Ik had ontzettend graag over dit onder werp willen spreken, maar het voorstel kwam aan de orde tijdens de eni ge raadsvergadering die ik vorig jaar heb gemist. De heer DE WILDE: Een beslissing ten principale behoeft op dit moment niet te worden genomen. Uit hetgeen de heer Ebbers heeft gezegd heb ik begrepen, dat het niet zo is dat de begrotingspost automatisch zal leiden tot computer verwerking in Rotterdam. De VOORZITTER: Neen. De heer DE WILDE: Er zal de raad nog om een beslissing worden gevraagd. Op dat moment krijgen wij ook voor ons hoe of de privacybewaking plaats vindt. Dat wil ik graag even gestipuleerd zien. Wethouder EBBERS: Wij zijn met de voorbereiding bezig. De heer DE WILDE: Dat zou misschien voor sommige men sen aanleiding kunnen zijn om althans op dit moment niet tegen te stemmen. Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Neen, ik ben niet om te praten. Wethouder DE HAAN: Mevrouw de voorzitter! Over de kwestie van de medezeggenschap is eenmaal in het georga niseerd overleg een informatieve vraag gesteld. Daarop heb ben wij het model-reglement opgevraagd. Dat stuk is inmid dels binnen en wij zullen bekijken in hoeverre een en ander voor Soest toepasbaar is. Wij zullen het oordeel van het ge organiseerd overleg vragen nadat wij eerst'in het college een standpunt hebben ingenomen over de al dan niet invoering. Op dit moment behelpen wij ons met een paar dienstcom missies die weliswaar niet strak zijn gereglementeerd, maar die behoorlijk functioneren; er is - zowel bij gemeentewer ken als bij de politie - behoorlijk overleg in de sfeer van de randvoorwaarden waaronder men werkt. De bedoeling is wel dat wij nagaan of Soest voor de vrij omvangrijke zaak van medezeggenschapscommissies rijp is en hoe deze materie in onze gemeente het best kan worden opgelost. In deze geest willen wij mevrouw Van Gelder een toezegging doen. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSENMevrouw de voorzitter! Ik ben blij met het antwoord van wethouder De Haan. Is het mogelijk dat dit punt wordt geplaatst op de agenda van de eerstvolgende vergadering van het georgani seerd overleg? Wethouder DE HAAN: De agenda en de stukken voor de eerstvolgende vergadering zijn al rond. En dat is dus moei lijk, maar in de daarop volgende vergadering kan deze ma terie zeker aan de orde komen. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! Naar aanleiding van volgnummer 2.28 (bladzij de 11) wil mijn fractie opmerken, dat het toch wel een vreemde zaak is, dat de rijwieltoelage sinds 1971 op hetzelf de bedrag is blijven staan. Met de gedachte de rijwieltoela ge te verhogen stemmen wij dan ook geheel in. Wij vragen ons wel af of het voor de toekomst niet verstandiger is om de onkostenvergoedingen van ambtenaren aan te passen aan de werkelijke prijsontwikkeling. Wethouder DE HAAN: Mevrouw de voorzitter! Op de agenda voor de eerstvolgende vergadering van het georgani seerd overleg staat de inmiddels ontvangen nieuwe regeling (de begroting was al gedrukt op het moment dat die nieuwe regeling werd ontvangen). Ook de in de begroting gemeen tewerken opgenomen cijfers zijn niet meer exact. Wij volgen altijd de rijksregeling. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Het is wellicht mogelijk om voor de toekomst een aparte gemeentelijke re geling te ontwerpen, zodat het bedrag niet ineens na zoveel jaar moet worden verdubbeld. Het is beter dat de onkosten vergoeding met de prijsontwikkeling meegaat. Wethouder DE HAAN: Wij maken een nieuwe regeling die vlugger aanpasbaar is. De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzitter! Op pagina 19 staat onder volgnummer 2.68 een post voor de kosten van de wijkraad Soesterberg. Hetgeen met betrekking tot de kosten van raadsleden door de heer De Wilde is gezegd vind ik ook van toepassing op de leden van de wijkraad. Kun- 255

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1974 | | pagina 256