fazanten te kweken waarna zij kunnen worden afge
schoten Wij achten dat geen nuttige zaak.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter!
Wij hebben eén klein proefterreintje toegestaan. Dat
is gebeurd tijdens uw vakantie. Er is om drie a vier ter
reinen gevraagd en wij hebben één klein proefterrein
tje toegestaan, maar wij hebben zeer stringente eisen
gesteld.
De VOORZITTER: Hoelang gaat die proef duren?
Wethouder HOEKSTRA: Ik meen één jaar.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Tot ze volwassen zijn.
De VOORZITTER. Mijn antwoord was dus blijkbaar
niet juist.
De heer VAN POPPELEN: Ik meen dat het wel juist
was. Dat proefterreintje is er ook voor hazen en reeën
e.d. Mijn bezwaar richt zich tegen het kweken en
daarna uitzetten van fazanten.
Wethouder HOEKSTRA: Het gaat bij dat proefter
reintje niet om het kweken van fazanten, maar om het
scheppen van meer mogelijkheden voor de fazanten die
in het bos zijn.
De VOORZITTER: Dat lijkt mij een nobel streven.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen
Mevrouw Oranje-Entink en de heer Visser krijgen op
hun verzoek aantekening in de notulen, dat zij zich
met de genomen beslissing niet hebben verenigd.
11 Voorstel tot het verpachten van enkele percelen wei
degrond, gelegen in het bestemmingsplan „Overhees",
fasen III en IV, aan de heren G.W. van Essen en J. de
Bruin,
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen,
12 Voorstel tot het verplaatsen van de markt naar de
Weegbreestraat
De VOORZITTER: Dames en heren! Ik zie zojuist
dat iemand uit het publiek overleg pleegde met een
raadslid Dat mag niet In een normale raadzaal is de
publieke tribune afgesloten van de plaatsen van de
raadsleden Ik zou daaraan streng de hand willen hou
den, ook al bestaat er in deze zaal geen fysieke bar
rière tussen de raad en de publieke tribune.
De heer OLDENBOOM: Mevrouw de voorzitter! Het
C D A heeft zich reeds geruime tijd ingespannen om
de markt te verplaatsen Het voorstel daartoe juichen
wij dan ook van harte toe.
Er rest ons nog één ondeugende vraag: gaat het gehe
le college akkoord met dit voorstel? Gaat ook me
vrouw Van Stiphout akkoord met dit voorstel? Keert
zij op de dwalingen haars weegs terug?
Wethouder EBBERS: Ik meen dat er sprake is van een
voorstel van hét college.
De VOORZITTER: Dames en heren! Zolang niet één
van de leden van het college de behoefte heeft om een
afwijkende mening te laten blijken, heeft men zich of
geconformeerd aan de meerderheid of men vindt het
niet zo belangrijk om met een minderheidsvoorstel
naar voren te komen.
Mevrouw Van Stiphout en ik vinden het overigens
persoonlijk jammer dat de markt van de huidige plaats
moet verdwijnen, want wij vonden de koopplaats ge
zellig en er was sprake van een gezellig uitzicht van
uit het gemeentehuis,
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen
De voorzitter stelt hierna aan de orde van de ingeko
men stukken:
h. Brief d.d. 26 september 1975 van de Werkgroep
„Markt-Kerkebuurt", waarin verzocht wordt de markt
te verplaatsen naar de Kerkebuurt.
Besloten wordt overeenkomstig de ter inzage gelegde
concept-brief te antwoorden.
13 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet
voor de aanleg van een dansterreintje langs het Drift-
je in Soest-Zuid.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! Ik vraag mij af of bij het verbeteren
van de toegangsweg naar het gebouw Eltheto ook de
verbetering van het Driftje is begrepen. Deze weg is
enorm slecht. Kan ook deze weg in de verbetering
worden meegenomen?
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit
ter! Het is natuurlijk heel plezierig dat er voor de re
creatie van de buitenlandse werknemers iets wordt
gedaan, maar ik vraag mij af of de mensen niet meer
gebaat zijn met een schoolplein. Een schoolplein is
wat groter en dat zou tevens betekenen, dat het in
het voorstel bedoelde ontmoetingsterrein niet be
hoeft te worden aangelegd.
Mevrouw VAN GELDER- CORNELISSEN: Mevrouw
de voorzitter! Wij menen dat dit voorstel een geweldi
ge verbetering zal betekenen voor de omgeving, terwijl
het in te richten ontmoetingsterrein ook nog een aan
tal mogelijkheden schept. De buitenlandse werkne
mers zullen dit terrein kunnen gebruiken, terwijl de
bewoners uitzicht krijgen op een vee! mooier terrein.
Ik meen dat in het voorstel een foutje is geslopen, want
er staat 5 x 15 m en dat moet mijns inziens 15 x 15 m
zijn.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! In de
commissie openbare werken heb ik mij mijn stem voor
behouden. Dat betekent niet dat ik niets zou willen
doen voor de gastarbeiders, maar ik wilde geld bespa
ren. Nu hoor ik alweer dat er nog een weggetje zal
worden opgeknapt en dat betekent dat deze zaak nog
wat meer geld zal gaan kosten.
De VOORZITTER: Dat hebt u nog niet gehoord.
De heer VAN AALST: Eén van de raadsleden heeft
daartoe een verzoek gedaan.
Wij zullen niet kunnen volstaan met het opknappen
van het terreintje; mijns inziens zal ook het weggetje
moeten worden opgeknapt. Ik ga akkoord met de aan
leg van het dansterreintje, hoewel ik van mening ben,
dat er weinig gebruik zal worden gemaakt van dat ter
reintje.
De heer VAN POPPELEN: De heer Pelleboer heeft
voor 1976 een mooie zomer voorspeld!
De heer VAN AALST: Ik hoop dat dat zo is. Ik ga
in ieder geval wel akkoord met het voorstel.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Wij menen dat het
voorgestelde terreintje soelaas zal bieden voor de re
creatiemogelijkheden van de buitenlandse werkne
mers. Het verzoek van de Raad van Kerken is nl. ge
daan in overleg met de buitenlandse werknemers. De
ze mensen zijn in hun eigen land gewend om, wan
neer dat enigszins mogelijk is, buiten te zitten. Er ge
beurt voor deze Soester inwoners erg weinig en daar
om hebben wij gemeend de aanvraag te moeten hono
reren.
12
