iets over de bevolking van Overhees, de helft van de bevolking van Smitsveen en de helft van de bevolking van Klaarwater, maar duidelijke verslagen van contac ten met die bevolkingsgroepen ontbreken. Ik noem met name een aangekondigde hearing op 26 april jl. over de kegelbanen in Honsbergen, maar een verslag van die hearing kan ik nergens vinden. Zo zijn er nog talloze vraagtekens. Ik ben dan ook bang dat wij straks een bijzonder mooi gebouw zullen hebben, maar of de bevolking dat ook echt wil, betwij fel ik langzamerhand wel. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! Op dit ogenblik wordt ons gevraagd, een aanvullend krediet ter beschikking te stellen op het aanloopkrediet van het wijk(diensten)centrum. Wij betreuren het dat dit nu zo snel moet gaan, mede omdat de gehele exploitatie van het gebouw nog niet rond is. Anderzijds hebben wij ook begrip voor de si tuatie, want wanneer wij in aanmerking willen komen voor de d.a.c.w.-subsidie, dan moet een en ander vóór 1 oktober a.s. binnen zijn. Er moet dus vaart achter de werkzaamheden worden gezet en de komende weken zal er nog bijzonder hard moeten worden gewerkt. De kernvraag is naar mijn mening in hoeverre er afge weken is van de oorspronkelijke opzet van het ge bouw. Ik denk hierbij met name aan de ruimte die voor dit gebouw is gereserveerd in het bestemmings plan. De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! Ik be grijp uit het voorstel en de discussie dat men een plan besteksklaar moet hebben als men in aanmerking wil komen voor een d.a.c.w.-subsidie. Tot en met het schetsplan zijn de kosten f. 79.000,-, maar wanneer men het plan besteksklaar en dus aanbestedingsgereed wil hebben, kost dat f. 181.000,-. Is dit echt een ab solute voorwaarde om een definitieve toezegging te krijgen van de kant van het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk? Hoe groot zal die d.a.c.w.-subsidie zijn? Kan men dit alles ook niet be reiken met alleen een schetsplan? Dan kan men immers de aanloopkosten beperken tot rond f. 80 000,-. Ik meen, als wij eenmaal zekerheid hebben over subsidie verlening en over de hoogte van de subsidie, dat het dan ook gemakkelijker is om een definitief plan te maken; aan de hand daarvan kan dan ook een exploi tatie-opzet worden opgesteld. Naarmate het vertrou wen in de exploitatie-opzet groeit, zullen wij ook meer bereid zijn om het bedrag, nodig voor het aanbeste dingsgereed maken, op tafel te leggen Ik hoop niet dat mijn suggestie inhoudt dat wij de kans op een d.a.c.w.-subsidie gaan missen. Als dat het ef fect ervan zou zijn, zouden wij immers niets opschie ten. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Er wordt nu een aanvullend krediet gevraagd, maar ik neem aan dat dit nooit zal worden goedgekeurd door gedeputeer de staten vóór 1 oktober a.s. Ik vraag mij af, hoe het dan zit met die datum van 1 oktober a.s. Ik ben het voorts eens met de heer De Wilde dat het ons heel wat geld zal schelen als wij een definitieve toezegging van het ministerie kunnen krijgen op alleen een schetsplan. Ik voel dan ook wel voor de suggestie van de heer De Wilde. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Mevrouw de voorzitter! Toen de trein van de plannen rond het wijk (diensten) centrum wat sneller ging rijden, hebben gedeputeerde staten dit centrum op de derde plaats van de lijst van de provincie geplaatst. In het algemeen keurt het rijk gemiddeld vier projec ten per jaar goed in de provincie Utrecht en voor 1976 stond het centrum dus op de derde plaats. Op de eerste plaats stond een volledig wijk(diensten)cen- trum en op de tweede plaats een eenvoudige verbou wing van een accommodatie in IJsselstein. De voor dracht van gedeputeerde staten is aan ons schriftelijk bevestigd en is naar de minister van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk gegaan. Aangezien het rijk gemiddeld vier projecten per jaar in de provincie Utrecht goedkeurt, mogen wij ervan uitgaan dat wij een redelijke kans op subsidie hebben. De subsidie-aanvragen moeten elk jaar uiterlijk op 1 oktober binnen zijn bij het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk. De minister geeft vervolgens in de loop van de maand november het fiat voor de subsidies op voordracht van de provincia le raden van welzijn en wij staan in die voordracht op de derde plaats. Natuurlijk worden er nooit schriftelijke toezeggingen gedaan inzake subsidiëring. Dat gebeurt bij geen enkel project dat door het ministerie of door een andere overheid wellicht voor subsidie in aanmerking komt. Men kan alleen door de plaats op de voordracht we ten of men een redelijke kans maakt op subsidie. Ge zien de plaats waar ons wijk(diensten)centrum op staat, lopen wij dus waarschijnlijk weinig risico. Nu zou men alleen kunnen gokken op subsidie van het ministerie van cultuur, recreatie en maatschappe lijk werk en per 1 oktober a.s. alleen een schetsplan kunnen indienen, hetgeen dan aanmerkelijk minder zal kosten. Ik meen echter dat men hiermee het hoofd in het zand steekt, want het plan moettóch eens be steksklaar worden gemaakt; als men dit nu niet doet, moet het wel over enkele maanden. Daarnaast wijs ik erop dat het nu gevraagde krediet is opgenomen in de stichtingskosten. Het is dus een voorschot van de gemeente Soest aan de stichting tot dat er subsidie komt. Wat de d.a.c.w.-subsidie betreft, werden wij er in de loop van de maand juli door de directeur van de cen trale accommodatie, de heer Eekhout, op gewezen dat er niet zoveel plannen zo rijp waren als het plan van Soest, zodat wij een gerede kans zouden maken op d.a.c.w.-subsidie. Voorschrift daarbij is echter dat een plan besteksklaar is. Of men dat plan nu besteks klaar maakt, dan wel drie maanden later, maakt wat de financiën betreft niets uit; dat geld moet tóch worden uitgegeven. Inderdaad heeft men op dit ogenblik nog geen goed inzicht in de cijfers, want er is nog geen kant en kla re exploitatie-opzet. Vanmiddag heb ik om vijf uur van de calculator van het architectenbureau cijfers gekregen die maandag in het stichtingsbestuur zullen worden behandeld. Ik wil die cijfers wel noemen, maar het gaat nog maar om globale cijfers die dus, zo als gezegd, nog door het stichtingsbestuur moeten worden geaccepteerd. Volgens deze cijfers zal de sportzaal f. 986.000,- gaan kosten. Wat de bowling baan betreft, kan ik nog zeggen dat vanmiddag een bespreking heeft plaats gevonden met de provinciale directeur voor de sportzaken die ons erop heeft gewe zen dat, wanneer wij een dorpscentrum een sluitende exploitatie willen geven en aantrekkelijk willen maken, een bowlingbaan dan een bijzonder goede zaak is. De ze baan zal volgens de globale cijfers f. 580.000,— gaan

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 172