De heer VAN POPPELEN: Ja, dat weet ik. Wethouder HOEKSTRA: Een klein beetje in natura. U wilt 80% in geld. De heer VAN POPPELEN: Ik heb straks gesproken van 80% kans. Ik wil dat nu graag even corrigeren. Ik had in plaats daarvan moeten zeggen dat mij is ge zegd, dat wij 50% kans hebben dat wij een vergoeding van 80% krijgen. Wethouder HOEKSTRA: We kunnen natuurlijk altijd een brief aan die mijnheer schrijven, maar ik ben erg bang voor vertraging. Het betreft hier iets dat natuur lijk niet jaren moet duren. We hebben nog een subsi- die-aanvraag lopen ten aanzien waarvan de beslissing steeds een beetje langer uitblijft, hoewel we er heel hard achterheen zitten. Maar ik ben er helemaal niet tegen om die brief te schrijven. De heer VAN POPPELEN: Dan is het goed. Wethouder HOEKSTRA: Ik zou het alleen zeer be treuren als daardoor de zaak op de lange baan kwam. Het komt op iedereen natuurlijk als een wat wonder lijke zaak over, mevrouw de voorzitter, dat als het inwonertal van een gemeente de 40.000 passeert, er een Koninklijk Besluit geldt op grond waarvan de bur gemeester meer gaat verdienen. Maar daar kunnen wij ook niets aan doen. De VOORZITTER: En de secretaris en de wethou ders Wethouder HOEKSTRA: Ja, en de loco-secretaris en de tweede loco-secretaris en nog een paar mensen. De VOORZITTER: en de raadsleden. De heer VISSER: Dat noemt u toch geen salaris? Ik noem het meer een vergoeding. De VOORZITTER: Goed. De heer VISSER: Er moet wat mij betreft alleen geld bij. Wethouder HOEKSTRA: Misschien mag ik even uit praten. Wij hebben in dezen te maken met allerlei re gelingen van boven af, nl. met een Koninklijke Besluit en een provinciale regeling. Met de kwestie van het overige personeel zijn we nog bezig. Deze zaak komt nog in het georganiseerd overleg. Ik moet wel zeggen, dat ten aanzien van de lagere salarissen de zaak niet zo eenvoudig ligt. U zegt wel dat er nieuwe functie waarderingen moeten worden ingevuld, maar dat geldt alleen voor degenen die een andere taak krijgen. Dege nen die precies hetzelfde blijven doen wat zij doen, hoeven natuurlijk helemaal geen nieuwe functiewaar dering in te vullen. Ten aanzien van hen vloeien er dus ook geen hogere salarissen voort uit nieuwe func tiewaarderingen. Stelt u zich eens voor dat we ineens groeigemeente zouden zijn, binnen de kortste klap een inwonertal van 60.000 zouden hebben en dan binnen de kortste klap een nog hoger inwonertal zouden hebben. Dan zouden we de hele salarisschaal I wel kunnen vergeten, want dan zou er geen enkele ambte naar meer zijn die in hoofdgroep I valt. Mevrouw de voorzitter. Naar aanleiding van de op merking van de heer Visser dat er wat openbare wer ken betreft in 1977 ten opzichte van 1976 een stij gingspercentage van 12,77 geldt kan ik zeggen, dat we hopen dat wij met het geld dat er wat openbare wer ken betreft op de begroting 1977 staat, in het ko mende jaar onze diensten goed zullen kunnen vervul len. De VOORZITTER: Dames en heren! Volgens de heer Van Poppelen zou ik met betrekking tot de woning bouw hebben gezegd: Als het in Zeldert zou moeten, dan bieden wij het Soesterveen aan. De heer VAN POPPELEN: Volgens een desbetreffen de krantekop heeft ook de Amersfoortse Courant het zo gehoord. De VOORZITTER: Ik heb in de loop der jaren ge leerd, dat een krantekop wat anders dan een krante- verslag is. Maar dat doet er niet toe. Misschien heb ik mij verkeerd uitgedrukt. Maar ik heb duidelijk gezegd: Wij hebben ons minimum model. En ik heb ook ge zegd: Wanneer echter de 3000 tot 6000 woningen ons zouden worden toegeschoven, dan zouden wij in regioverband moeten bekijken waar ze het beste ge dropt zouden kunnen worden. Dat is geen Amers foortse zaak en dat zou geen Soester zaak of een Baarnse zaak zijn. Ik vind dat je dan zou moeten be kijken waar ze in de regio het beste zouden kunnen worden gebouwd. Wanneer wij dan horen en in de krant lezen dat er ideeën zouden bestaan om de pol der Zeldert te bebouwen, dan zeg ik: Wanneer er moet worden gekozen tussen de polder Zeldert en een an dere plaats (een keuze die wij niet zoeken), dan ben ik persoonlijk van mening, dat we misschien het Soes terveen zouden moeten aanbieden. Zo heb ik het ge zegd en dit is^patuurlijk een andere nuance dan de heer Van Poppelen. had gehoord. Wij gaan uit van het mi nimum model, maar ik vind dat wanneer er van ho gerhand via een aanwijzing of weet ik wat aan de re gio iets zou worden toegeschoven, in regioverband zou moeten worden bekeken waar de minst slechte bouwplaats gevonden zou kunnen worden. Dat is iets anders dan dat ik zeg: Jongens, kom maar hier. De heer Van Poppelen en ik blijven dus streven naar het minimum model. De heer VAN POPPELEN: Akkoord. De VOORZITTER: Dames en heren. Sprekende over het grondbeleid heeft de heer Van Poppelen gevraagd of het niet zo is, dat we binnenkort een aantal be stemmingsplannen klaar zullen hebben en dan niet de betrokken grond in handen hebben. Daar zeg ik ja op. Maar ik meen mij te herinneren, dat in de jaren waar in ik hier ben, dus nog niet zo erg lang geleden, er van uit de raad ook wel is opgemerkt, dat we met de aan koop van grond maar eens wat rustig aan zouden moe ten doen, omdat we al zoveel grond in handen hebben. Het betreft hier natuurlijk een uitermate moeilijke zaak. Vroeger, toen we dachten nog groter te groeien, (wat we nu niet meer denken), hebben we gronden op de Eng verworven waarvan we ons nu afvragen of het voor de gemeente niet voordeliger zou zijn De heer VAN POPPELEN: Dat waren door de raad en gedeputeerde staten goedgekeurde bestemmings plannen. De VOORZITTER: Neen. Kerckenlandt is nooit goedgekeurd. Geen sprake van. Dames en heren. De heer Van Poppelen heeft gezegd dat we vroeger zo veel hebben gekocht. Ik meen dat hij in dat verband ook Boerenstreek heeft genoemd. Welnu, in Boerenstreek hebben we naar ik geloof maar 2%. Boerenstreek moeten we dus praktisch nog helemaal aankopen. Er is in het verleden een groot aantal aankopen gedaan en door de veranderende in zichten in de planologie zitten we nu met een aantal stukken grond waarvan we ons afvragen wat we erme de moeten doen. Aan de andere kant ben ik het er 270

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 271