de commissies en de wijkraad - voorstellen worden
gedaan over de verdere aanleg en de beheersvorm".
Onze fractie is niet zo gelukkig met deze onzes in
ziens vage mededeling en wel omdat wij een wat con
cretere benadering gekoppeld aan een vast werksche
ma zouden willen zien.
Eind 1975 heeft de gascommissie het college geadvi
seerd om tot de aanleg van een centrale antenne-in
richting in Soest over te gaan. In februari 1976 is be
sloten dat er een bepaalde beheersvorm zou moeten
worden gekozen. Eigenlijk is het sindsdien wat dat
betreft wat stil geworden. De tastbare resultaten zijn
duidelijk uitgebleven. Wij constateren dat er een ach
terstand van ongeveer een halfjaar is opgelopen ten
opzichte van het werkschema en ik heb de indruk dat
de achterstand nog groter zal worden, omdat de be
sluitvorming wat achterblijft.
Onze fractie zou van het college willen vernemen wan
neer er voorstellen tot instelling van de commissie
centrale antenne-inrichting en tot vaststelling van de
verordening op het beheer van de centrale antenne
inrichting aan de raad zullen worden aangeboden.
Wij dringen aan op een bespoediging van de totale
besluitvorming inzake de keuze van het systeem, de
wijze van aanleg en uitvoering en het voteren van de
kredieten die nodig zijn om deze zaak af te hande
len. Wij hopen dat er dan toch nog spoedig tot een
centrale antenne-inrichting zal kunnen worden geko
men.
De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzit
ter! Onze fractie gaat volledig akkoord inet de woor
den van de heer Van Logtenstein, die wij zouden heb
ben gesproken als hij ze niet had gesproken.
Zijn er nog vorderingen? Zo ja, kan het college ons
daarover inlichten
Het zou volgens ons aanbeveling verdienen als de bur
gerij werd geïnformeerd over de onderhavige materie.
Er wordt ons vanuit de burgerij regelmatig gevraagd
wat voor antennevoorzieningen men zelf zou moeten
treffen en wanneer de centrale antenne-inrichting
van de grond komt. Als hierover mededelingen aan de
burgerij werden gedaan, dan zouden misschien vele
burgers minder kosten behoeven te maken, althans
wanneer zou kunnen worden medegedeeld, dat zij
op korte termijn op een centrale antenne-inrichting
zullen kunnen worden aangesloten.
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Er is
inderdaad wat vertraging opgetreden. De vertraging is
enigszins ontstaan doordat een aantal punten van het
voorstel dat wij de raad in 1975 hebben voorgelegd,
niet kon worden uitgevoerd. Ik meen dat et in dat
voorstel zeven punten stonden. Ten aanzien van twee
daarvan heeft de raad ons gemachtigd om verder te
gaan. Dat betrof het verrichten van metingen ter be
paling van de plaats waar de mast zou moeten komen
en het instellen van een enquete. Deze twee activitei
ten hebben inmiddels plaats gevonden. De bedoelde
metingen zijn uitgevoerd door een niet aan een of an
der systeem of fabrikaat gebonden instelling, nl. de
Kerna. Zij hebben vrij lang geduurd. De plaats van de
mast is nu bepaald. Ongeveer vier weken geleden is
het desbetreffende rapport binnengekomen.
De gehouden enquete geeft een vrij gelijkmatig ge
spreid beeld van de belangstelling in heel Soest. Ik
meen dat aanvankelijk de respons ongeveer 50% was.
Op grond daarvan is een aantal straten apart bezocht.
Dat heeft geresulteerd in een respons van ongeveer
60%. Dit percentage is vrij hoog.
Er zullen de raad binnenkort, naar ik verwacht reeds
in januari, voorstellen bereiken om besluiten te nemen
ten aanzien van een aantal punten van het voorstel dat
wij de raad in januari 1975 hebben voorgelegd. De
raad heeft nl. nog geen besluit genomen omtrent bij
voorbeeld het systeem en heeft ook nog niet formeel
tot de aanleg van een centrale antenne-inrichting be
sloten. Wanneer de raad inderdaad tot aanleg en
over het systeem zal hebben besloten, zullen wij ver
der kunnen gaan.
Met betrekking tot de beheersvorm is er in de juridi
sche commissie een aantal vragen gerezen. Op ver
zoek van deze commissie zal deze zaak eens worden
besproken in een wat groter verband, met name in
een aantal andere commissies. Dat behoeft geen vertra
ging op te leveren voor hetgeen er overigens nog moet
gebeuren.
De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! Ik meen
dat wat de beheersvorm betreft het college zelf de
artikel 61-vorm heeft voorgesteld en dat de commis
sies daarmede akkoord zijn gegaan. Wat zijn nu eigen
lijk de problemen?
Wethouder EBBERS: Ik moet u eerlijk zeggen dat ik
dat niet helemaal uit het hoofd weet. Het betreft
een uitvoerig verhaal. Juist met betrekking tot de be
heerscommissie is er in de juridische commissie een
aantal vragen gerezen. Die zijn nog niet helemaal uit
gesproken, De juridische commissie stelde er prijs op
daarover met andere commissies van gedachten te
wisselen. Het college heeft inderdaad een artikel 61-
commissie voorgesteld. Daarover is nog niet formeel
een besluit genomen. Dat zal moeten gebeuren nadat
de juridische commissie de gelegenheid zal hebben
gehad om er met andere commissies over te spreken.
Mevrouw KORTHUIS-ELION: In principe waren
wij voor een beheerscommissie, mevrouw de voorzit
ter. Toen wij wat dat betreft in de juridische com
missie een en ander uitgewerkt voorgelegd kregen,
bleek dat er op heel veel punten toch nog van vaag
heden en dubbele bevoegdheden sprake was. Wij me
nen dat er te dien aanzien duidelijkheid moet zijn
voordat wij definitief besluiten. Eventueel zou je
zelfs als raad moeten beginnen en de commissie pas
moeten instellen als de vraagpunten zijn opgelost en
de zaken duidelijk liggen. Want als je zo'n commissie
eenmaal hebt ingesteld, kun je haar niet meer ont
mantelen.
De heer DE WILDE: Maar wordt er wel spoed be
tracht
Mevrouw KORTHUIS-ELION: Ja. Wat er met be
trekking tot de beheersvorm moet gebeuren behoeft
hetgeen er overigens moet gebeuren niet te vertragen.
Wethouder EBBERS: Het hoeft inderdaad de verde
re voortgang niet te vertragen. In januari zullen de
raad de eerste voorstellen bereiken, ook ten aanzien
van het systeem
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voor
zitter! Het is nodig dat wij nu echt aan de slag gaan.
Want wij hebben ontstellend veel tijd verloren. In
het antwoord van het college op vraag 1.02 staat,
dat er in mei 1977 met de aanleg zou kunnen wor
den begonnen. Dat lijkt mij optimistisch. Als wij het
mogelijk willen maken, dat er inderdaad in mei 1977
met de aanleg wordt begonnen, dan zullen wij snel
288