meente bepaalt dat ze aan de grenzen van een andere gemeente dingen gaat doen die schadelijk zijn voor en strijdig zijn met de opvattingen die die andere ge meente heeft ontwikkeld. Ik ben er bang voor dat als dat zou gebeuren, de gemeenten misbruik zouden ma ken van de autonomie die ze op dat gebied gekregen hebben. Ik geloof ook niet dat het mogelijk is want ik heb niet zo'n hoge pet op van die autonomie. Maar ik zeg nogmaals: versterking van Eemland op dit gebied, samenspraak op dit gebied is broodnodig en het is ook noodzakelijk, datje buiten de regionale grenzen van Eemland samen gaat spreken met de grensgebieden als je planologisch gaat ingrijpen. De inspraak ten aanzien van het ontwikkelingsplan Soest suddert nu voort op een laag pitje. Er zijn klachten over, De animo die aanvankelijk erg groot was bij de mensen die bij de raamstructuur inspraken, is gedaald. Het is duidelijk dat de inspraak niet alleen maar kwantitatief, maar ook kwalitatief is terugge gaan. Daar maken wij ons zorgen over. Wanneer in een vroeg stadium van de planning inspraakgroepen worden geconsulteerd om mee te gaan denken, dan kan het niet anders zijn dan dat het aangebodene weinig gestructureerd is en dat het daardoor voor de mensen die moeten inspreken, moeilijker is om uit die weinig gestructureerde materie de facetten te lichten waarin zij belangrijke of kleine wijzigingen willen aan brengen. Dat het daardoor moeilijker is geworden, neem ik direct aan. Aan de andere kant is het, door dat het abstractieniveau iets lager ligt, ook weer een stuk gemakkelijker om in te spreken. Wij hadden ge hoopt dat juist door het lagere abstractieniveau de Soester bevolking in groteren getale bereid zou zijn om mee te denken bij de ontwikkeling van het ont wikkelingsplan Soest. Als nu blijkt dat dat niet het geval is, dan vind ik dat zeker in de commissie ruim telijke ordening, in eerste instantie zelfs daar, moet worden geprobeerd om structuren te ontwikkelen die ons garanderen dat er in de nabije toekomst beter en veelvuldiger en misschien zelfs massaler wordt inge sproken. Daar zit natuurlijk een heel groot stuk eigen belang bij, want ik ben er anders bang voor dat be paalde bevolkingsgroepen in Soest zich op een gege ven moment geconfronteerd zullen voelen met een reeds door het college vastgesteld plan, dat dan de inspraak onvoldoende zal zijn gebleken en wij weer de ellende gaan krijgen die wij in het recente verleden ook nog hebben gehad. De VOORZITTER.' Dames en heren! Er is een mo tie ingediend die is ondertekend door de heer De Wil de, mevrouw Korthuis-Elion en de heren Van Poppe- len en Visser en die luidt als volgt: „De raad van de gemeente Soest, onder de indruk van de toestand, waarin de bewoners van het complex Ons Belang te Soesterberg nu al een aantal jaren zich bevinden, van oordeel, dat het niet verantwoord is deze toestand, waarin enerzijds de vernieuwingsplannen van de be staande woningen zijn afgewezen en waarin ander zijds het bouwen van vervangende woningen aan de Kampweg blijkens verstrekte inlichtingen op moeilijk heden stuit, nog langer te handhaven, van mening, dat de huidige bewoners met elkaar een woongemeenschap vormen, welke óf op de huidige plaats dan wel op een ander terrein in Soesterberg, als één geheel moet worden gehandhaafd, wijst eventuele plannen, welke niet uitgaan van hand having van de woongemeenschap Ons Belang als één geheel en wel in Soesterberg, als zijnde strijdig met volkomen aanvaardbare wensen van de desbetreffen de bewoners, bij voorbaat af, meent, a. dat, indien geluidswerende maatregelen nodig zijn om het woningcomplex Ons Belang aan de Kampweg te doen verrijzen, de kosten van die maatregelen ten laste van het rijk moeten worden genomen, b. dat ten aanzien van de lawaaibelasting de gemiddel de belasting gedurende een bepaalde tijd als maatstaf moet worden genomen, c. dat geen verschillende maatstaven mogen worden aangelegd met betrekking tot goedkeuring van een bestemmingsplan voor sociale woningbouw of voor de vrije sector, verzoekt het college van burgemeester en wethouders de inhoud van deze motie ter kennis te brengen van de staatssecretaris van volkshuisvesting, de heer J. Schaefer". Dames en heren. Het college is bijzonder blij met deze motie en zal haar graag uitvoeren. Ze kan voor ons een mooi handvat zijn wanneer wij woensdag middag a.s. op bezoek zijn bij de staatssecretaris. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik ga maar niet verder in op de inspraakgroepen, omdat er wat dat betreft al veel is verwoord door de heren Goote en Lange. Wel wil ik opmerken dat je op straat nogal eens hoort dat men zegt dat altijd van boven af wordt opgelegd wat er moet worden gebouwd en dat men zich afvraagt welke zeggenschap de gemeente heeft. Ik zou hierover graag iets van het college verne men. Wanneer de verstedelijkingsnota bijvoorbeeld zegt dat Soest meer moet bouwen dan het zou wil len, wat heeft de gemeenteraad van Soest dan te ver tellen Zou het niet wenselijk zijn dat een afschrift van de zoeven door u voorgelezen motie aan de bewoners commissie wordt toegezonden? De VOORZITTER: Ja, dat lijkt mij een uistekend idee. De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Ik had de motie in punt a wat willen uitbreiden, en wel met de volgende tekst: „waarbij wij verwijzen naar de posten 148, 148 en 146 van de defensiebegroting respectievelijk van de jaren 1975, 1976 en 1977". In overleg met de heer De Wilde leek het ons handi ger om er niet te veel in te zetten en het aan het col lege meer als een aanwijzing mee te geven dat er wel degelijk financiën uitgetrokken zijn voor dit soort De VOORZITTER: Tot nu toe voor proefprojecten. De heer VAN AALST: Er is een enorm bedrag voor gereserveerd. De motie wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik heb een stuk voor mij liggen dat de C.D.A.-fractie mij heeft doen toekomen en ten aanzien waarvan ik ach teraf heb gemerkt, dat eenzelfde stuk vermoedelijk ook al in het gemeentehuis ligt als een aan het colle ge gericht stuk. Ik meen dat het een aantal vragen in houdt die als aan het college gerichte vragen moeten 311

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 312