Ik heb begrepen dat u de indruk heeft dat het ont
wikkelingsplan Soesterberg volledig op 2 juni aan de
orde kan komen in de raad. Heb ik dat goed begre
pen?
Ik heb het college in eerste instantie gevraagd er nog
eens op in te gaan of voor de verwezenlijking van
woonerven aanpassing van bestemmingsplannen no
dig is. Het college behoeft dat wat mij betreft niet in
deze vergadering te doen; een toezegging uwerzijds
dat wij daar in de commissie ruimtelijke ordening
nog eens over praten zou wat mij betreft voldoende
zijn.
De heer LANGE: Mevrouw de voorzitter! Naar aanlei
ding van een opmerking van u over Soesterberg wil ik
vragen of wij in de commissie ruimtelijke ordening
eens mogen zien wat rijkswaterstaat nu precies voor
ogen heeft met de verdubbeling van het tracé van de
Amersfoortsestraat vanaf de Richelleweg naar de
Stichtse Rotonde.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Het
verwondert mij in hoge mate dat terwijl rijkswaterstaat
een aantal jaren geleden bij monde van minister Bak
ker van de verbreding van de Amersfoortsestraat
heeft afgezien (men is toen wel doorgegaan met de
aankoop van de gronden en het uitbetalen van de gel
den), nu blijkt dat men toch tot een vierbaansweg wil
komen.
De VOORZITTER: Het gaat om twee banen met in
totaal vier stroken plus twee ventwegen.
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! De
heer Menne heeft in feite een toelichting gegeven op
de brief die de C.D. A.-fractie aan het college heeft ge
richt en die naar ik meen op het ogenblik ergens op
afdeling I ligt. Ik neem aan dat wij deze toelichting,
zeker wat de rehabilitatiegebieden betreft, bij de be
antwoording zullen meenemen.
De heer MENNE: Wilt u daarbij dan wel in overwe
ging nemen, dat door het aanwijzen van de Lange
Brinkweg als rehabilitatiegebied de gemeente 75 x
f. 2.250,- ofte wel in totaal f. 168.750,- aan rijksbij
dragen kan innen?
Wethouder EBBERS: Ja, wij nemen het mee.
De heer MENNE: Ik neem aan dat ook de V.V.D.
met een dergelijke bijdrage erg blij zal zijn.
De heer LANGE: Wij zijn dolblij, mijnheer Menne.
De VOORZITTER: Dames en heren! Het lijkt mij
goed om de inspraak met betrekking tot het ontwik
kelingsplan te evalueren in de commissie ruimtelijke
ordening. Wij moeten in die commissie ook de raam-
structuur nog wat evalueren. Wij zullen wat dat be
treft het een en ander op een rijtje zetten.
Ik meen dat het realiseren van woonerven in bepaal
de bestemmingsplannen duidelijk verandering van be
stemming betekent en in die gevallen moetje wat
aan de bestemmingsplannen doen. Ook dat moeten
wij maar eens in de commissie ruimtelijke ordening
bekijken.
Het ontwikkelingsplan Soesterberg zal op 2 juni a.s.
zo ver zijn dat het in de raad aan de orde kan komen.
Over de aanpassing van bestemmingsplannen willen
wij nog spreken.
Wij zullen de profielen van rijkswaterstaat ten aan
zien van de Amersfoortsestraat in de commissie ruim
telijke ordening laten zien. Wij hebben het smalste
profiel gekozen, maar wij weten op dit moment niet
precies hoe breed dat is, aangezien wij de desbetref
fende stukken niet bij ons hebben.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit
ter! Ik zou iets willen zeggen over de woonruimtever
deling, die een zeer kwetsbaar onderwerp is. Wij heb
ben gisteravond een paar maandoverzichten van het
aantal inschrijvingen en het aantal woonvergunningen
gekregen. Volgens die overzichten is de verhouding
tussen het aantal inschrijvingen en het aantal vergun
ningen 4:1. Dat is niet zo mooi. Nu lezen jonge
meerderjarigen vanaf achttien jaar dat zij moeten wor
den ingeschreven voor woonruimte. Dat geeft wan
neer dat niet behoorlijk wordt begeleid door publica
ties en het uiteenzetten van de moeilijkheden, mis
schien illusies en verwachtingen die wij moeilijk kun
nen waarmaken. Is er al enig zicht op hoe men dat
gaat beginnen?
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Vol
gens de woonruimtewet moeten wij achttienjarigen
die zich willen laten inschrijven voor woonruimte, in
derdaad inschrijven. Dat wil niet zeggen dat zij met
een nadat zij zijn ingeschreven een huis krijgen. Wel
is het zo dat er in de dit jaar geinstalleerde stuur
groep die zich bezighoudt met een analyse van de
woningnood en de woningbehoefte van alleenstaan
den en tweepersoonshuishoudens, ook jongeren zit
ting hebben.
Door de bedoelde inschrijving van jongeren worden
inderdaad illusies gewekt.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit
ter! Ik geloof dat er van onze kant toch wel publi
caties moeten worden gedaan. Want ik meen toch dat
vele jongeren de illusie hebben, dat zij niet alleen op
de lijst worden gezet, maar ook binnen korte of iets
langere tijd aan de beurt komen, terwijl in werkelijk
heid de mogelijkheid dat dat zal gebeuren natuurlijk
belabberd klein is. Wil het college proberen om daar
eens een waarschuwend geluid over te laten horen?
Wethouder EBBERS: Wij kunnen wel iets publice
ren.
De heer OLDENBOOM: U kunt allen die zich laten
inschrijven en behoren tot de leeftijdscategorie waar
over het nu gaat, een foldertje meegeven.
De VOORZITTER: En wat wilde u in dat foldertje
gezet hebben? Want het is natuurlijk niet zo datje
kunt zeggen dat geen enkele achttienjarige ooit iets
krijgt.
De heer OLDENBOOM: In dat foldertje zou kunnen
worden gezet, dat de woningsituatie in Soest erg moei
lijk is enz.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Ja, maar dat wordt hun wel gezegd.
De VOORZITTER: Ja, ik geloof dat men dat wel
weet. Maar wij zullen eens bekijken wat wij eraan
kunnen doen. Het is natuurlijk gemakkelijk om te
zeggen dat alle achttienjarigen moeten worden inge
schreven en om de suggestie te doen dat er in den
lande speciaal voor hen zal worden gebouwd, maar
voor dat bouwen hebben wij hier op het ogenblik
geen mogelijkheid. Wij zullen bekijken wat wij kun
nen doen om gewekte verwachtingen toch niet te
veel te laten doorsiepelen.
Hoofdstuk V, Volkshuisvesting, wordt zonder hoof
delijke stemming voorlopig vastgesteld.
Hoofdstuk VI, Openbare Werken.
De heer LANGE: Mevrouw de voorzitter! Wij kun
nen een heel eind meegaan met hetgeen de heer Van
Poppelen heeft gezegd met betrekking tot de motie
van de C.D. A-fractie inzake de Centrumweg. Het is
316