Daarbij is de ouderparticipatie nauw betrokken. In de aanbiedingsbrief 1976 sprak het college over een gelei delijke invoering hiervan. Kan het college mededelen hoever men nu is met de ouderparticipatie? Zijn er gegevens bekend over de partieel leerplichti gen in Soest Is er ten aanzien van hen enige vorm van controle Wij zijn er ons van bewust dat wij ons wat het onder wijs betreft voor een groot gedeelte moeten richten op de normen van de rijksoverheid. Toch kunnen wij als gemeente veel doen om goed onderwijs te bevorde ren. Te denken valt aan het stimuleren van het onder wijzend personeel, goed samenspel met het hoofden- convent, de schoolraad enz. Onze fractie zal daaraan zo ver mogelijk graag aan medewerken, in het belang van de kinderen die onze scholen bezoeken. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit ter! Als het college in de nota van aanbieding schrijft: „Wij zien het als een belangrijke taak het onderwijs in de plaatselijke samenleving zo optimaal mogelijk te laten functioneren.", dan wil ik opmerken, dat dit niet alleen een kwestie van geld is. Het is ook en voor al de menselijke factor die van grote waarde in het on derwijs is. De man of de vrouw voor de klas, de on derlinge verhoudingen in het team van een school bepalen voor een groot deel de sfeer van het onder wijs op de school. Ik zie dan hoeveel ouders bereid zijn om zich actief in te zetten voor de school van „hun kinderen", als lid van oudercommissies, maar ook in het kader van de ouderparticipatie, bijvoor beeld de leesmoeders bij het leesonderwijs. Het zou mij dan ook niet verbazen als een commissie ex arti kel 61 van de gemeentewet met ingenomenheid van die zijde werd begroet. Namens mijn fractie waar deer ik het toegezegde onderzoek over de instelling van zo'n commissie voor het beheer en het bestuur van de openbare scholen. De V.V.D. beschouwt de vrijheid van onderwijs als een groot goed. Daarom zouden wij willen bepleiten het bestuur van de open bare scholen aan de directe invloed van de gemeente raad te onttrekken en dit in handen willen leggen van zelfstandige bestuurscommissies die door de gemeen teraad worden benoemd en waarin zowel raadsleden als ouders zitting hebben. De zeggenschap van ouders van kinderen op bijzondere scholen is in beginsel veel groter dan de zeggenschap van ouders van kinderen die openbaar onderwijs volgen. Aldus zou de open bare school op analoge wijze gedemocratiseerd kun nen worden. De uitwerking van een en ander zal ech ter nog veel wijsheid en studie verdienen. Graag wor den wij van de bevindingen van het college in de on derwijscommissie op de hoogte gehouden. Onvermeld kan niet blijven de treurige situatie betref fende het openbaar onderwijs in Soest-Zuid. Gaat het college onderzoeken hoe in die wijk de mogelijk heden voor het openbaar onderwijs liggen? In dit ver band zou wellicht overwogen kunnen worden om als een onderzoek positief uitvalt, aan de montessori school te denken. Zodoende wordt ouders een grote re keuzemogelijkheid geboden binnen de gemeente. Bovendien zou het een goed gekozen tijdstip zijn nu de schoolgrenzen afgeschaft zijn en tot het verleden behoren. Aan de verkeersveiligheid rondom de scholen is voor al op initiatief van de schoolraad het een en ander ge daan Alweer veel ouders die geheel vrijwillig een onderzoekje instelden. Soms tot tevredenheid, een andere keer ontmoetten de maatregelen vele bezwa ren. Het is niet gemakkelijk het iedereen naar de zin te maken. Problemen liggen er ook als schoolklassen de steeds drukker wordende verkeerswegen moeten oversteken om elders gymnastieklessen te krijgen. Bij dezen vraag ik om grote zorgvuldigheid in de verdeling van de gymnastieklokalen en daarbij te bezien de veiligste fietsroute voor de kinderen. Het tot stand komen van een regionale schoolbegelei dingsdienst behoort al enkele jaren tot de verwachtin gen. Het is jammer dat financiering en bestuurssamen stelling zo veel problemen voor het bijzonder onder wijs oproepen, dat de totstandkoming steeds weer uitgesteld wordt. Als in het voorjaar van 1977 de lan delijke regeling bekostiging schoolbegeleidings diensten wordt gepubliceerd, zou dan één belangrijk probleem uit de weg kunnen worden geruimd? In Eemland worden besprekingen gevoerd, maar uit die hoek komt nauwelijks of geen informatie. Zoudt u in het dagelijks bestuur deze kwestie aan de orde willen stellen, opdat wij de zaak nader onder de loep kunnen nemen? Met een tussentijds rapportje van het gevoerde overleg zou ik al in mijn schik zijn. Ten aanzien van vraag 1.52 over de bestudering van de aansluiting van het lager onderwijs bij het voortge zet onderwijs ben ik tevreden met het antwoord dat er een leraar van de m.a.v.o. in de werkgroep zit. Niet alleen voor die aansluiting is dat nuttig, ik denk ook nog aan de omstandigheid dat als een kind te goed blijkt voor de m.a.v.o., er een schakel moet zijn om het zonder moeilijkheden op een h.a.v.o. te plaatsen. Over de bijscholingscursussen voor leerkrachten zou ik nog het volgende willen zeggen. Nu de integratie kleuteronderwijs-basisonderwijs toch wel zeer aan staande is, zal vooral voor oudere leerkrachten bijscho ling nodig en nuttig zijn. Ik begrijp dat dit een vol komen vrijwillige zaak is, maar in de opbouw van het personeelsbestand moet daaraan wel aandacht worden gegeven. Hetgeen de plantsoenendienst aan natuureducatie op de scholen doet wordt door mij zeer positief gewaar deerd. In de knipselkrant van gisteravond las ik er tot mijn vreugde een heel artikel over, waarin ook stond dat deze educatie al vijf jaar plaats vindt. Ik heb eveneens waardering voor de heer Van Os, die de eerste beginselen van het functioneren van het ge meentebestuur op school brengt, waarna de kinderen een raadsvergadering gedeeltelijk bijwonen, In school kranten komen soms zodanige reacties dat het hoop geeft voor de toekomst, hetgeen u in uw welkomst woord regelmatig aanmoedigt. Ook de dames van de v.o.s.-cursus heb ik tot mijn vreugde op de tribune gezien. Maar dit zou mij naar een ander onderwerp voeren, nl.: Hoe krijgen wij in de toekomst mensen die veel tijd, enthousiasme, doorzettingsvermogen en een zonnig humeur in het raadswerk willen beleggen? De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Verleden jaar hebben wij een aantal kritische opmerkingen ge plaatst bij het gevoerde onderwijsbeleid. Ook dit jaar ontkomen wij er niet aan om op een aantal punten een kritische noot te plaatsen. Zo kan het antwoord op vraag 1.51 door ons niet of nauwelijks serieus genomen worden. Op de vraag „of het mogelijk is een onderzoek te doen naar de be- 322

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 323