maatschappelijk werkster die niet alleen een maat- schappelijk-werk-opleiding, maai ook verpleegkundi ge kennis en kennis omtrent de problemen van bejaar den heeft, uit onze mouw kunnen schudden. Er zijn contacten geweest met de gemeenten Amers foort en Baarn, Het ligt in de bedoeling (dit is alleen nog maar ambtelijk voorbesproken en moet door de colleges onderling worden geregeld), dat wij in eerste instantie de gemeente Amersfoort gaan verzoeken om aansluiting te mogen vinden bij haar commissie Als die aansluiting plaats vindt, dan beschikken wij in ieder geval over een geriatrisch arts en over een maatschappelijk werkster die een adequate opleiding heeft. Dan blijft natuurlijk het punt dat mevrouw Al- ting terecht aanhaalde, nl dat het erg moeilijk is om regionaal met een maatschappelijk werkster te gaan werken. Het ligt dan ook in de bedoeling dat wij pro beren om met de gemeente Baarn een maatschappe lijk werkster te krijgen Maar ik denk dat het wel even zal duren voordat wij iemand zullen vinden die zo ge specialiseerd is. Wij zullen het dan dus voorlopig toch bij Amersfoort moeten zoeken Ik ben het er met mevrouw Van Gelder over eens, dat je in ieder geval moet blijven proberen om de zaak re gionaal aan te pakken, omdat het natuurlijk toch zo is, dat er een beperkt aantal opvangmogelijkheden is wat bejaardentehuizen betreft, datje daarover zo eer lijk mogelijk moet spreiden en dat dat ook in ieder geval de meest efficiënte werkwijze is. Daarbij meen ik dat voorlopig de samenwerking met Amersfoort wat de maatschappelijk werkster betreft toch niet zo erg problematisch behoeft te zijn, omdat die maatschappelijk werkster natuurlijk in zeer korte tijd kan leren naar welke instanties er kan worden verwezen in de gevallen waarin er niet van opname sprake is. Dat is een kwestie van het lijstje, de mensen leren kennen, zorgen dat iemand ergens een introduc tie krijgt en mensen wat aan elkaar laten wennen. Maar het ligt beslist in de bedoeling om ten aanzien van de maatschappelijk werkster hier zelf een oplos sing te vinden, zij het dat wij die nog niet op korte termijn gerealiseerd zien. Met betrekking tot de sluiting van Het Witte Huis per 31 december a s. wat de opvang van Surinamers be treft, hebben wij verleden week een gesprek gehad met de directeur van het centraal bureau rijksgenoten en zijn medewerkers. Er is een lijst gemaakt van de men sen die graag voor een huis ergens in Nederland in aanmerking willen komen en er zijn te dien aanzien ook plaatsingsmogelijkheden gecreëerd. Er is gespro ken over de mensen die graag toch in de regio in op vangcentra willen terechtkomen, waarbij met name aan Baarn zij te denken. Ook wat dat betreft is er overeenstemming. Er wordt getracht voor de mensen die hier een werkkring hebben, in ieder geval het aller noodzakelijkste te doen om hen voorlopig in het op vangcentrum in Baarn te laten wonen en hen zo vlug mogelijk aan een huis te helpen Daarvoor dient vol gens een rijksnorm 5% van het aantal op te leveren woningen beschikbaar te worden gesteld Maar aange zien er op dit moment in de regio nauwelijks wordt gebouwd, is er wat dit betreft sprake van een gewel dig probleem. Wat het woonwagenkamp betreft zijn klaarblijkelijk de problemen in de commissie maatschappelijk werk relatief veel kleiner dan in de commissie ruimtelijke ordening. De commissie maatschappelijk werk ziet duidelijk de problemen onder ogen die met de decen tralisatie van de woonwagenkampen gepaard gaan, maar heeft toch een principe-uitspraak gedaan en is bereid om volledig mede te werken. De plaatsaandui ding heeft plaats gehad. Het wachten is nog steeds op de commissie ruimtelijke ordening, De heer VAN POPPE1.EN: En die denkt nog altijd serieus Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Ik weet natuurlijk niet hoe serieus andere mensen denken, want dat kun je erg moeilijk nagaan. De heer DE WILDE: Volstrekt serieus, De heer BLAAUW: Men kan nog jarenlang denken. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Ik weet dat men niet meer zo lang kan na denken, want in de vergadering van het woonwagen- schapbestuur van dinsdagavond jl. is gebleken dat er nog maar twee gemeenten zijn die niet uit de proble men zijn, te weten Eemnes en Soest. De rest is uit de problemen. De VOORZITTER: Dat is mooi. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Ik vind dat het toch wel zaak wordt dat er zo langzamerhand eens een plaats bepaald wordt. Maar dat kan moeilijk door de voorzitter van de com missie maatschappelijk werk worden gedaan. Dat zal iemand anders moeten doen. Wat het wijkdienstencentrum Overhees betreft is er inderdaad een mondelinge toezegging van de staats secretaris, dat begin januari de schriftelijke bevesti ging van de subsidietoewijzing komt. Het ligt in de bedoeling dat participanten voor zover afhankelijk van subsidie van de gemeente (op dit moment maar twee) in de tweede helft van januari een gesprek heb ben met burgemeester en wethouders. Het ligt ver volgens in de bedoeling dat als het even kan, de zaak in februari in de commissies komt en dan in maart in de raad komt. Er is verleden week een gesprek geweest met de stichting huisvesting buitenlandse werknemers en de werkgroep. De stichting is bezig om te trachten voor de alleenwonende buitenlandse werknemers subsidie te krijgen, teneinde een pand dat zij op het ogenblik op het oog heeft, aan te kopen. Ze zou deze week met de staatssecretaris een gesprek hebben om na te gaan welke subsidiemogelijkheden er zijn en wij zouden op korte termijn antwoord krijgen. Wij zullen trachten dit jaar ons best te doen om een koepel en overlegstructuren voor de instellingen voor welzijnsbevordering te creëren. Mevrouw ALTING-AMBROSIUS: Mevrouw de voor zitter! Ik beaam ten zeerste dat de gespecialiseerde maatschappelijk werkster waarover mevrouw Van Stiphout heeft gesproken, op korte termijn moeilijk te vinden zal zijn, Want de maatschappelijk werk ster moet er ook nog een zijn die niet in de bejaar densector aan het werk is en daarom zal het dubbel moeilijk zijn om iemand te vinden Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! Hetgeen mevrouw Van Stiphout heeft geantwoord met betrekking tot het woonwagenkamp wist ik al. Ik zou graag weten hoe het college denkt over mijn voorstel, dat er op een gegeven moment door het college een desbetreffend voorstel aan de raad wordt voorgelegd. En ik zou ook graag weten of het college denkt op korte termijn met zijn voorstel te komen. 334

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1976 | | pagina 335