58
59
De heer GOOTE: Met mijn opmerking heb ik niet
aanhouding van het voorstel willen bepleiten. Het leek
mij echter typisch een voorstel om in de boscommis-
sie ter sprake te brengen.
Wethouder HOEKSTRA: Dat is dus niet gebeurd om
dat de vergadering van die commissie is uitgesteld.
De auto's mogen inderdaad op het eerste gedeelte
van de weg bij Avia rijden De heer Goote zal in de
brief van de directeur van gemeentewerken ook heb
ben gelezen, dat er nog een rapport komt inzake het
aan het autoverkeer onttrekken van boswegen. Daar
in zal de door de heer Goote bedoelde weg zeker be
trokken worden. Ik meen echter dat aan die weg nog
enkele landerijen liggen en dat in verband daarmede
het eerste gedeelte van de weg toegankelijk voor ge
motoriseerd verkeer moet blijven.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Mijn opmerking over klinkerbestrating heb ik met na
me gemaakt, omdat milieugroeperingen nogal be
zwaar maken tegen asfaltwegen in bossen.
Met betrekking tot de door de heer Goote bedoelde
weg is, naar ik meen, de moeilijkheid dat daaraan enke
le landerijen zijn gelegen, zodat de weg niet zo maar
voor het gemotoriseerd verkeer kan worden afgeslo
ten. Hetgeen de wethouder terzake heeft gezegd, on
dersteun ik dan ook.
Wanneer de fietspaden de nieuwe verharding krijgen,
is het van belang er duidelijk op toe te zien dat de rui
ters deze paden niet kapot gaan rijden.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! In
de krant heb ik gelezen - maar de voorzitter zal daar
meer van weten - dat de politie de laatste tijd intensie
ver toezicht op de ruiters houdt. Ik moet echter zeg
gen - ikheb daar ook zelf wel eens met de politie over
gesproken - dat controle in dezen niet zo bijzonder
eenvoudig is.
De VOORZITTER: Het aantal processen-verbaal dat
bij duidelijke controle is opgemaakt, viel bijzonder
mee. Het komt echter inderdaad af en toe voor dat
een ruiter over de fietspaden galoppeert. Maar het
aantal malen dat dit gebeurt, schijnt mee te vallen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Voorstel tot overdracht om niet door de Vereniging
voor Christelijk Nationaal School Onderwijs „School
met den Bijbel" te Soest van een perceel grond, gele
gen bij de Groen van Prinstererschool.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
Voorstel tot aankoop van een strook grond, gelegen
langs de Rademakerstraat te Soesterberg van de Staat
der Nederlanden.
De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Is dit
voorstel een voorproefje op de rest? Of duurt het
nog erg lang voordat die rest aan de orde komt?
De VOORZITTER: Dames en heren! Ik hoop dat dit
inderdaad een voorproefje is op de rest. Na het bezoek
dat de heer Hoekstra en ik met betrekking tot de Ra
demakerstraat aan rijkswaterstaat hebben gebracht,
kregen wij de indruk dat de paperassen bij rijkswater
staat niet allemaal op één stapeltje lagen. In verband
daarmede hebben wij alle paperassen die wij hebben,
nog eens naar rijkswaterstaat opgestuurd. Op dit mo
ment gaat iedere maand een rappèl uit naar rijkswater
staat. En binnenkort zullen wij met dat rappèl waar
schijnlijk nog wel een stap hoger gaan.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
60 Voorstel tot verkoop van grond nabij de Laanstraat
aan de heer J.W. Karwoczik te Soest.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
61 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet
voor het rooien van prunusopslag in de gemeentelijke
bossen.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter!
Dit voorstel houdt in dat een d.a.c.w.-subsidie wordt
aangevraagd in de kosten van bestrijding van Ameri
kaanse vogelkers. Het is bepaald nog niet zeker dat
deze subsidie zal worden verstrekt. Het is mijns in
ziens zeer wel mogelijk dat de subsidie wordt gewei
gerd, Bovendien moet naar mijn oordeel, alvorens wij
de hiermede gemoeid zijnde f. 37.000,- gaan opsou
peren voor pakweg 31 ha, bij staatsbosbeheer worden
geïnformeerd wat het effect van deze bestrijding is.
Het is mij bekend dat prunus zeer moeilijk mecha
nisch te bestrijden is. Men kan wel zeggen dat deze be
strijding wordt aangepakt als aanvullend werk, maar
dan wil ik uitdrukkelijk stellen dat beslist niemand
met liefde werk zal verrichten als hij verwacht dat
dit toch niets helpt. Laat men daarom eerst de door
mij bedoelde informatie bij staatsbosbeheer inwinnen.
Men kan wel zeggen dat de gemeente het geld van de
hogere overheid terugkrijgt, maar uiteindelijk gaat het
om belastingcenten. En dan maakt het niet uit of die
door de gemeente dan wel door het rijk worden uit
gegeven Ik zou dan ook liever zien dat deze
f. 37.000,-- werd uitgegeven aan een project waar de
gemeente iets meer baat bij heeft. Zolang ik niet een
advies van staatsbosbeheer ken, ben ik persoonlijk te
gen dit voorstel.
De heer VAN AALST: Mevrouw de voorzitter! Over
de mogelijkheid van bestrijding van de Amerikaanse
vogelkers hebben wij in de commissie openbare wer
ken uitgebreid met de chef van de plantsoenendienst
gesproken. Die zag die bestrijding helemaal zitten.
Deze bestrijding betreft echter alleen de gemeentelij
ke bossen. In verband met de uitzaaiing van de Ame
rikaanse vogelkers - welke uitzaaiing vooral door de
vogels plaats vindt - rijst de vraag: Wat doen wij met
de omringende bossen, met name de bossen van de
particulieren? Wanneer niet ook daar de zaak wordt
aangepakt, zal de bestrijding in de gemeentelijke bos
sen weinig zin hebben.
De heer VAN EE: Mevrouw de voorzitter! Ik onder
steun geheel hetgeen de heer Van Poppelen heeft ge
zegd. Wij kunnen wel graag willen dat er werk wordt
verricht, maar wij moeten niet ter wille van de werk
gelegenheid zinloos werk laten uitvoeren. Bovendien
is nog niet zeker of het hiervoor benodigde geld de
gemeente wordt vergoed. Het is zaak over een en an
der eerst zekerheid te krijgen.
De heer VAN DEN BRAKEL: Mevrouw de voorzit
ter! Zoals de heer Van Aalst reeds heeft gezegd, is in
de commissie openbare werken uitvoerig over deze
zaak gesproken. Wanneer de heer v.d. Broek daar niet
zo'n duidelijke toelichting had gegeven, zouden ook
wij niet zo gemakkelijk met dit voorstel akkoord zijn
gegaan. Ik neem overigens aan dat wanneer de
d.a.c.w.-subsidie niet wordt verstrekt, het werk niet
zal worden uitgevoerd.
De heer Van Poppelen dringt aan op een advies van
staatsbosbeheer. Ik neem echter aan dat de heer
47