hek met een hoogte van 2 meter. T.B.S. wil nu op
sommige punten tot een hoogte van 2.75 meter gaan.
Ik ken de moeilijkheden van T.B.S. wel. Maar je kunt
ook zeggen: Als het hek op het hoogste punt 2 meter
hoog is, laat het op een ander punt dan iets lager zijn,
zodat we niet zo'n geweldige hoogte krijgen. Daarom
ontraad ik de raad om met het voorstel van de com
missie voor de beroepschriften mee te gaan. Ik advi
seer de raad de hekken waarop de gevraagde vergun
ning betrekking heeft, niet hoger te laten worden dan
uiterlijk 2 meter.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzit
ter! Ik moge namens de commissie voor de beroep
schriften hiertegen inbrengen dat burgemeester en
wethouders tot nu toe geen enkele vergunning hebben
afgegeven, dus ook geen vergunning voor een hek met
een maximale hoogte van 2 meter. Er is een weigering
geweest op een aanvrage om een afscheiding. Die af
scheiding werd oorspronkelijk door T.B.S. voorgesteld
als zijnde 2 meter. Vervolgens heeft gemeentewerken
vastgesteld dat de hoogte ongeveer 3.20 meter zou
bedragen. Op de zitting van de commissie voor de be
roepschriften bleek, dat zowel de door de aanvrager
opgegeven hoogte van 2 meter als de door gemeente
werken opgegeven hoogte van 3.20 meter onjuist was.
Op speciaal verzoek van de commissie voor de beroep
schriften is de hoogte nogmaals vastgesteld. Gebleken
is toen dat de hoogte van het hek ten opzichte van de
weg, die het normale meetpunt is, varieert van 2.20
meter of 2.10 meter tot maximaal 2.75 meter. Met
het oog daarop heeft de commissie voor de beroep
schriften besloten om voor te stellen dat de oor
spronkelijk geweigerde vergunning toch wordt ver
leend. De redenen daarvoor staan duidelijk genoemd
in het ontwerp-besluit. De belangrijkste der terzake
gegeven motiveringen vinden wij het feit dat artikel
302 van de bouwverordening, dat normaal wordt toe
gepast op afscheidingen langs de openbare wegen, on-
zes inziens van toepassing is op normale woonbebou
wing en dat op industrieterreinen de zaak geheel an
ders ligt. Op industrieterreinen is men in het verle
den al diverse malen van artikel 302 van de bouwver
ordening afgeweken, wat mogelijk is, doordat artikel
302 van de bouwverordening enige ontheffingen kent
en in de ontheffingen niet een maximalisering van de
hoogte staat. Ik wijs erop dat burgemeester en wethou
ders in 1975 aan hetzelfde bedrijf een soortgelijke ver
gunning hebben afgegeven voor een hekwerk dat wel
in een woonbestemming en langs een woonbebou
wing stond en dat men toen een hoogte van 2 meter
een volledig acceptabele zaak vond. Wij vonden dat
de variërende hoogte van 2.10 meter tot 2.75 meter
gezien de situatie op de betrokken plaats dat het bin
nenterrein hoger ligt dan de weg, een acceptabele af
wijking moet kunnen zijn.
De heer DE WILDE: Mijnheer de voorzitter! Ik zou de
heer Van Logtenstein twee vragen willen stellen?
Deelt de commissie voor de beroepschriften niet het
esthetische bezwaar dat de heer Hoekstra namens het
college naar voren heeft gebracht?
Is het door de heer Van Logtenstein bedoelde hekwerk
in de buurt het hekwerk waartegen indertijd van de
kant van omwonenden een aantal bezwaren is inge
bracht?
Hieraan zou ik de volgende vragen aan burgemeester
en wethouders willen verbinden. Hoe ver zijn burge
meester en wethouders met hun pogen om daar mooie
beplanting tegenaan te zetten? Zij hebben ons inder
tijd verzoend met de gedachte dat mooie groene plan
ten zich tegen het lelijke hekwerk zouden opslingeren
en men te gelegener tijd het hele hekwerk niet meer
zou zien. Is daar iets aan gebeurd?
Wethouder HOEKSTRA: Mijnheer de voorzitter! Ik
meen dat men de beplanting heeft geweigerd en ver
volgens, om het aanzicht toch een klein beetje te ver
anderen, het hekwerk groen heeft geverfd.
Wij hebben nu geen bezwaar tegen een hek met een
hoogte van 2 meter. Wij hebben wel bezwaar tegen
een grotere hoogte dan 2 meter. Voor een hek met
een hoogte van maximaal 2 meter willen wij nu best
een vergunning afgeven. Daartegen voert T.B.S. als be
zwaar aan, dat wanneer het hek overal maximaal 2
meter hoog zou moeten zijn, er een verschot in het
hek zou zitten, waardoor de deuren er niet overheen
zouden kunnen lopen. Daarop hebben wij gezegd:
Waarom moet u boven de 2 meter? Blijft u dan op
een bepaald punt iets beneden de 2 meter. Of laat u
het daar waar er geen schuifhekken zijn 2 meter hoog
worden en op een ander punt wat lager, zodat er toch
een beetje een verschot in komt. Dat is natuurlijk
best mogelijk.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mijnheer de voorzit
ter! Op de tweede vraag van de heer De Wilde moe
ten wij met ja antwoorden.
Wat zijn eerste vraag betreft zal de heer De Wilde zich
misschien nog wel kunnen herinneren dat ik persoon
lijk in februari 1975 erg tegen dergelijke hekken in
woonbebouwingen was. Ik ben dat nog steeds. Maar het
hek waarover het nu gaat, is uitdrukkelijk gesitueerd
op het industrieterrein. Wij hebben dus wel een esthe
tisch bezwaar, maar wij achten dat bezwaar niet zo
ontstellend groot.
Het alternatief van het niet toestaan van het gevraag
de hekwerk zou zijn, dat wij de maximale hoogte van
2 meter aanhouden en dat zou inhouden, dat het hek
zou kunnen gaan verspringen. Tegen een dergelijk
trapsgewijze opstellen van een hekwerk hebben wij
een esthetisch bezwaar en dat was des te meer een re
den om te gaan zoeken naar een zodanige oplossing dat
er een gelijkmatig hek zou ontstaan rond het terrein
in kwestie. Dat heeft geleid tot het voorstel van de
commissie voor de beroepschriften zoals het thans
luidt.
Wethouder HOEKSTRA: Dan zegt het college: Begin
met een hoogte van 1.40 meter en loop dan uit naar
een hoogte van 2 meter.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Ik zou de raad willen
voorstellen, mijnheer de voorzitter, het advies van de
commissie voor de beroepschriften te volgen, omdat
wij niet de indruk hebben dat een afwijking van de
2 meter van maximaal 0,75 meter een bepalende over
weging tot weigering van de gevraagde vergunning kan
zijn.
De heer LANGE: Is de 1.40 meter zo maar uit de lucht
gegrepen, mijnheer Hoekstra? Ik neem aan dat een
hek wordt geplaatst om iets te bereiken. Ik denk dat
T.B.S. wil bereiken, dat mensen buiten het terrein in
kwestie blijven. In zo'n geval lijkt een hek met een
hoogte van 1.40 meter een hindernis waar men vrij
gemakkelijk overheen kan komen.
Wethouder HOEKSTRA: Iemand die goed kan klau
teren, springt ook zo over 2 meter heen.
84