hebben gesproken, wordt vastgesteld en dat er wordt
voortgegaan met de verdere aanpak van de zaak.
De heer VAN EE: Mevrouw de voorzitter! Ik wil aanha
ken aan hetgeen de heer De Wilde heeft gezegd. Wij zijn
bijzonder blij met de beslissing om een terzake kundige
die helemaal los staat van ieder belang, aan te trekken
om ons te laten voorlichten. Af en toe hebben wij het ge
voel gehad, dat de voorlichting die wij tot nu toe hebben
gehad, niet helemaal volledig is. Daarom heb ik minder
moeite met punt a in voorstel 5. Ik denk dat de deskundi
ge dit best kan meenemen en dat het dan straks, als alle
feiten op een rijtje zijn gezet, misschien toch best zo kan
zijn, dat wij voor een commissie ex artikel 61 van de ge
meentewet kiezen.
Belangrijker vind ik het punt van de tijd. Ik geloof dat de
heer Van Poppelen hierop ook al eens heeft gewezen. De
mensen in Soest willen weten waaraan zij toe zijn, bij
voorbeeld of zij al dan niet zelf voor een antenne-inrich
ting moeten zorgen. Ik mis nu in de stukken in feite een
tijdschema. Als wij de nu gevraagde f 25.000,- voteren,
hebben wij over drie maanden een rapport van de deskun
dige. Vervolgens hebben wij nog twee maanden nodig
om het helemaal te valueren en tot een beslissing te ko
men. Als wij dan besluiten ermede door te gaan, zullen
de bewoners van de aan te sluiten woningen moeten wor
den aangeschreven. Daarmede zal een aantal maanden
gemoeid zijn. Wanneer wij de daarna benodigde beslis
singen hebben genomen, kunnen wij aan de gang gaan.
Op dat moment staan wij voor een affaire die ook nog
weer eens anderhalfjaar zal vergen. Ik heb mij laten
voorlichten dat de woningen die het eerst aan de beurt
zijn zes maanden na het begin van de werkzaamheden
worden aangesloten en dat de woningen die het laatst
aan de beurt zijn, achttien maanden na het begin van de
werkzaamheden worden aangesloten. Er moet in deze he
le materie dus zo snel mogelijk duidelijkheid komen.
Daarom had ik bij de stukken gcaag een programmaatje
gezien waaruit blijkt wat er gaat gebeuren en hoe en
wanneer het gaat gebeuren. Dat wij nu tijd verloren heb
ben, is vervelend, maar de techniek gaat zo verdraaid
snel, datje er achteraf wel eens blij mee kunt zijn als je
met iets een maand later bent dan je van plan was. Daar
om til ik op dit moment minder zwaar aan de tijd die we
verloren hebben dan aan mijn opvatting dat er zo snel
mogelijk duidelijkheid in deze zaak moet worden ge
bracht.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzitter!
Dat wij al wat tijd hebben verloren, is door onze fractie
duidelijk gesteld in het kader van de begrotingsbehande
ling. Wij hebben toen aangedrongen op een bespoediging
van de uitvoering van het totale kabelantennenet in Soest.
Wij hebben daar nog het volgende aan toe te voegen.
De gedachte van de heer De Wilde over het instellen van
een commissie is ons wel welkom. We vinden alleen dat
ze niet het meest urgente punt betreft. Het meest urgen
te zijn op het ogenblik het bedenken van het systeem,
het uitvoeren van het systeem en het overgaan tot de aan
leg. Ik zou uitdrukkelijk willen aandringen op een paral
lel lopen van activiteiten. Met andere woorden: het in
stellen van de commissie kan op gang komen en duidelijk
worden uitgewerkt, maar de belangrijkste punten waar
over wij nu moeten denken, zijn duidelijk de systeem
keuze en de uitvoering van het systeem. We hebben hier
in de gascommissie ook uitdrukkelijk op aangedrongen.
Ik moet overigens zeggen dat er in de afgelopen anderhal
ve maand meer is gedaan dan in de zes maanden daar
vóór, Voorstel 5 was anderhalve week geleden nog niet
eens in gedachten; het is helemaal nieuw. Die haast blijft
erachter zitten Wij zullen erop aandringen. Het heeft
echt de nodige aandacht.
Wethouder EBBERS: Mevrouw de voorzitter! Ik ben er
erg blij mee dat men geen bezwaren heeft met betrek
king tot de hoofdzaken in de beide voorstellen. Ik heb
wel beluisterd, dat men verontrust is. Nadat de heer Van
Poppelen daarop had gewezen in het kader van de be
grotingsbehandeling, heb ik - en dit is misschien het ex
cuus voor het feit dat het nu niet in het voorstel staat -
in de raad of via de schriftelijke beantwoording van het
afdeEngsonderzoek naar voren gebracht, dat de enquete
veel langer heeft geduurd dan wij aanvankelijk hadden
gepland. Wij hadden gedacht dat het vlot zou gaan met
de beantwoording. In eerste instantie was de respons
niet zo groot. Een aantal wijken reageerde überhaupt
niet of slecht. Toen hebben wij, ook vanuit de gedachte
dat die respons zo was als gevolg van het feit dat de en
quete in de vakantieperiode is gehouden, besloten tot
een tweede ronde. Wij hebben toen gewoon wat mensen
langs de huizen gestuurd om te trachten alsnog de en
quêteformulieren op te halen, opdat aldus de enquete
zou kunnen worden voltooid. Het uitzoeken van een en
ander heeft toen veel tijd gekost. Het resultaat is er dan
óok naar: er is uiteindelijk een vrij grote respons geko
men, een respons die groter is dan die welke in andere
gemeenten onder normale omstandigheden bij enquetes
wordt verkregen.
Ook het bepalen van de plaats heeft nogal veel tijd in
beslag genomen. Pas in het najaar van 1976 was goed be
kend wat de juiste plaats is Naar aanleiding van ons
voorstel van januari 1976 is vanuit de raad gezegd dat
de desbetreffende metingen zouden moeten worden
verricht door een onafhankelijk bureau. Wij hebben in
derdaad een onafhankelijk bureau, uit Arnhem, ingescha
keld.
Wij zijn nu op gang gekomen en willen proberen de zaak
op zeer korte termijn van de grond te krijgen.
Met het in dezen doen functioneren van een commissie
ex artikel 61 van de gemeentewet was er nog een aantal
problemen. Die zijn inmiddels in de juridische commissie
op een rijtje gezet en zullen binnenkort in een gecombi
neerde vergadering aan de orde kunnen worden gesteld,
waarna er een uitspraak over zou kunnen komen. Maar
wij kunnen er ook de in voorstel 5 bedoelde deskundige
over laten adviseren. Ik heb in dit voorstel ook nadrukke
lijk gezegd dat wij de opdracht nog eens in zowel de gas
commissie als de financiële commissie aan de orde zullen
stellen. Wij vinden het nl. bijzonder belangrijk, dat de
opdracht duidelijk wordt omschreven. In de bespreking
in de beide genoemde commissies kunnen wij misschien
ook nog even bespreken welke van de in voorstel 4 ge
noemde punten a, b, c en d in de opdracht moeten staan.
Ik meen dat wij dat dan eens duidelijk over het voetlicht
moeten halen.
Met betrekking tot het feit dat alle sprekers op snelheid
hebben aangedrongen zeg ik toe, dat wij de snelheid zo
hoog mogelijk zullen opvoeren. Ik deel de mening dat
langzamerhand iedereen wil weten waar hij aan toe is.
Mijn streven is erop gericht om daar zo spoedig mogelijk
aan te voldoen.
Uit een eerste globale opgave van de onafhankelijke ad
viseur die wij willen aantrekken, heb ik begrepen dat hij
voor de uitvoering van een totale opdracht een bepaalde
tijd nodig heeft. Dit is een zaak die ik verder nog uitvoe
rig met hem moet bespreken Het is mij dus niet moge
lijk om nu te zeggen, dat, zoals de heer Van Ee heeft ge
suggereerd, het advies binnen twee of drie maanden op