Nr. 9 Soest, 3 juni 1977
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Soest op vrijdag 3 juni 1977 te 17.00 uur.
(Voortzetting van de openbare vergadering van donderdag
2 juni 1977).
VOORZITTER De burgemeester, mevrouw mr. J.M.
Corver-van Haaften.
SECRETARIS De heer J.L. van Dommelen, loco
secretaris.
Tegenwoordig de leden: mevrouw G.G.A. Alting-Ambrosius,
W.A. Blaauw, J.J. van den Brakel, J.J. Ebbers, M.A. van Ee,
H.J. Goote, mevrouw J. Greefhorst-Van Overdam, J.W. Hil-
horst, D. Hoekstra, mevrouw E. Korthuis-Elion, P.C. Lange
(later), R.A. van Logtenstein, J.L. Menne (later), G.H. Ol-
denboom (later), mevrouw P.J. Oranje-Entink, G.A.W.G.A.
Plomp, J.R. van Poppelen, G. Stam, mevrouw M.F. van Stip-
hout-Croonenberg, P.L.J.M. Storimans, C. Verheus, J. Vis
ser en K. de Wilde (later).
Afwezig met kennisgeving zijn de leden: G.M.J, van Aalst
en mevrouw J.W.D.P. van Gelder-Cornelissen.
De VOORZITTER opent de vergadering en stelt voor met
gebed te beginnen. Hierna vindt voorlezing van het gebed
door de voorzitter plaats.
Vervolgens deelt zij mede dat bericht van verhindering is
ingekomen van mevrouw Van Gelder en de heer Van Aalst.
Verdere behandeling van het concept-ontwikkelingsplan
Soest 1977.
Aan de orde zijn de beschouwingen over het hoofdstuk
welzijn (in de ruimste zin).
Mevrouw ALTING-AMBROSIUS: Mevrouw de voorzitter!
Onze fractie kan in grote lijnen akkoord gaan met de doel
stellingen en de conclusies in deze aanzet voor een welzijns
beleid. Het moet ons van het hart dat dit stuk - dit geldt
voor verschillende van onze fractieleden - aan leesbaarheid
zou hebben gewonnen wanneer voor een wat zakelijker
opzet zou zijn gekozen. Aan de vele definities voor het
woord „welzijn" zouden wij er nog één willen toevoegen,
nl.: een stuk vrijheid om je leven zó in te richten dat een
gevoel van welzijn ontstaat.
Voor de gemeente houdt een goed welzijnsbeleid in het af
wegen van maatregelen om een bepaalde groep van de be
volking te helpen en tegelijkertijd andere groepen zo weinig
mogelijk te benadelen.
Dat op rijksniveau wordt gewerkt aan een decentralisatie
van de welzijnstaken, is verheugend. Vooral-het welzijn
waarvan wij vinden dat het behartigd moet worden door het
bestuurlijke orgaan dat zo dicht mogelijk bij de bevolking
staat, behoort onzes inziens bij de gemeente thuis. De tot
standkoming van het plan in het kader van de rijksbijdrage
regeling zien wij graag op korte termijn tegemoet; hetzelf
de geldt voor de cultuurnota.
Door de verminderde economische groei en daardoor de
onmogelijkheid tot uitbreiding van welzijnsvoorzieningen
zal het noodzakelijk zijn prioriteiten te stellen. Wel zal dit
in goed overleg met alle groeperingen aan de basis moeten
gebeuren, waarbij de voorlichting een belangrijke taak heeft.
Op welke wijze denkt het college dit overleg te voeren? Het
gehele welzijnsbeleid zal door de steeds veranderende om
standigheden zeer flexibel moeten zijn en steeds aangepast
moeten kunnen worden.
Welzijnsbeleid zal in de toekomst, zoals de nota al zegt
over de ontwerp-wet reorganisatie binnenlands bestuur, be
horen tot de belangrijkste taak van de gemeente. Dit is ook
de reden dat wij blij zijn dat Soest zo snel mogelijk een „voor
lopig" welzijnsplan wil maken. Wij hopen dat de nota over
sport, onderwijs en gezondheid spoedig gereed zal zijn, opdat
het één geheel vormt in de welzijnssector.
De landelijke ontwikkelingen in de praktijkvoering van de
eerstelijns gezondheidszorg zullen onafwendbaar ook in Soest
de behoefte doen ontstaan naar praktijkruimten, waarin huis
artsen en andere disciplines ten behoeve van de gezondheids
zorg gezamenlijk functioneren. De gemeente zal zich positief
moeten opstellen, wanneer deze ontwikkeling zich toont.
Wat betreft de openbare gezondheidszorg hopen wij dat de
districtsgezondheidsdienst Eemland zo spoedig mogelijk van
de grond komt.
Het is goed dat de nadruk wordt gelegd op de vereenzaming
van de bejaarde en dat deze zoveel mogelijk geïntegreerd
moet blijven in de maatschappij. Wij betwijfelen of het stich
ten van dienstencentra alléén deze integratie bevordert, ten
zij het gebeurt zoals nu het geval is in Overhees, waar het ge
hele wijkgebeuren in één gebouw plaats vindt.
Wij zijn voorstanders van het opzetten van de indicatiecom
missie in regionaal verband en wel in eerste instantie met
Amersfoort. Met betrekking tot dit punt is het goed dat op
werkersniveau samengewerkt wordt om de dienstverlening
aan bejaarden zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen en te
coördineren.
Voor de samenlevingsopbouw zal een grote mate van samen
spraak en voorlichting moeten plaats vinden. In de nota is al
geschreven dat een opbouwwerker door het ministerie van
cultuur, recreatie en maatschappelijk werk niet wordt gesub
sidieerd. Wij zijn voorstanders ervan om in het kader van het
pre-gewest Eemland een regionaal samenlevingsorgaan op te
zetten teneinde zo de mogelijkheid te hebben een opbouw
werker parttime in Soest te kunnen laten werken.
Als in de toekomst blijkt dat er behoefte zou bestaan aan
een sociaal raadsman vinden wij, dat de gemeente ervoor
moet oppassen dat de voorlichting versnipperd en ondoor
zichtig wordt. Het gehele voorlichtingsapparaat, dus al de
genen die zich met welke vorm van voorlichting ook bezig
houden, zal als een eenheid moeten optreden.
Wat betreft het gestelde dat actiegroepen door de gemeente
ruimte geboden zou moeten worden tot ontplooiing van ac
tiviteiten die gericht zijn op lokale aangelegenheden, zal de
gemeente onzes inziens zeer voorzichtig moeten zijn. Zij zal
erop voorbereid moeten zijn dat de gemeente overspoeld
kan worden door actiegroepen die misschien maar een heel
klein gedeelte van de bevolking vertegenwoordigen. Wij
vragen ons bovendien af wat een definitie van een actiegroep
kan zijn.
Dat Soest na Soesterberg ook de beschikking krijgt over
een dorpshuis is een goede zaak. De oude wijken zullen
hier geen profijt van trekken; aan deze wijken zal dan ook
zeker aandacht moeten worden geschonken. In verband met
het leegkomen van het gemeentehuis en het politiebureau
in de toekomst verdient het aanbeveling te inventariseren,
wat de behoefte in deze wijken is.
(De heer Lange komt, te 17.15 uur, ter vergadering).
Nu de stichtingen voor maatschappelijke dienstverlening in
Baarn en Soest een federatief verband zijn aangegaan en er
een gemeenschappelijke directeur is, terwijl iedere stichting
afzonderlijk een staffunctionaris mag aanstellen, zullen wij
graag vernemen of en, zo ja, voor welk gedeelte het rijk
hierin bijdraagt.
Met de nieuwe gemeenschappelijke regeling woonwagen
schap regio Amersfoort heeft Soest zich verplicht een woon
wagencentrum voor 25 woonwagens te realiseren. Voor het
welzijn van de hele omgeving van het op te richten centrum
143