heer Van Ee en op grond daarvan hebben wij gezien,
dat er stijgingen zijn van bij 183% en 359%.
Wethouder EBBERS: Het gaat nu over een aantal
proefpercelen, mevrouw de voorzitter. Dit kan men
natuurlijk nooit helemaal vergelijken. Men kan de
eindconclusie pas trekken als de totale zaken geregeld
zijn en het definitieve tarief wordt vastgesteld. Pas
dan komt men tot exacte vergelijkingscijfers. Wij heb
ben berekeningen gemaakt ten aanzien v.an een aantal
proefpercelen om te bezien op welke basis wij onge
veer moeten terechtkomen
De VOORZITTER: Dames en heren. Het college
neemt het door de heer De Wilde voorgestelde amen
dement, dat naar ik heb geconstateerd door anderen
wordt ondersteund, over.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming overeen
komstig het voorstel van de heer De Wilde besloten
in artikel 11 van de ontwerp-verordening „10 vier
kante meter" te vervangen door: 30 vierkante me
ter.
Het gewijzigde voorstel wordt vervolgens zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De VOORZITTER: Dames en heren! Doordat wij
aan het begin van de vergadering iets ongewoons de
den, heb ik vergeten u mededeling van de berichten
van verhindering te doen. Daarom deel ik nu mede
dat er bericht van verhindering is ingekomen van de
heren Lange, Hilhorst, Van Poppelen en Van den
Brakel.
91 Voorstel tot het aanschaffen van een elektronisch
scorebord voor de sporthal,„Beukendal".
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
92 Voorstel tot het in principe akkoord gaan met de ex
ploitatiebegroting voor het jaar 1978 van het in het
Dorpshuis „De Borg" te stichten filiaal van de open
bare bibliotheek
en
96 Voorstel tot het verlenen van medewerking bij de rea
lisering van een wijkdienstencentrum in het Soester-
veen
en
99 Voorstel tot het stichten van een sportzaal in het
wijkdienstencentrum Overhees.
Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit
ter! Wij zijn u er erkentelijk voor dat u de drie pun
ten nu tegelijkertijd aan de orde heeft gesteld. De
wijze waarop ze op de agenda zijn opgenomen leek
ons typerend voor de wijze waarop er bij de hele
gang van zaken vaak is gewerkt, nl. zodanig, dat je
steeds met betrekking tot allerlei deeltaken om een
beslissing werd gevraagd en je steeds maar geen over
zicht kreeg van het geheel van de consequenties en de
desbetreffende aspecten.
Onze fractie acht een wijkdienstencentrum in Over
hees een goede zaak. Vele voorzieningen die hierin
worden verenigd, zouden toch wenselijk zijn als
aparte voorzieningen. Door het simpele feit van de
samenvoeging ervan voeg je er een extra dimensie aan
toe. Dat is een goede zaak.
Een aantal leden van onze fractie vraagt zich af of de
bibliotheek wel in het onderhavige geheel aanwezig
moet zijn. Zij vinden het jammer dat van het begin
af de bibliotheek de plaats heeft gekregen die ze
heeft gekregen. Zij hebben terzake andere voorstel
len, De rest van de fractie gaat wel akkoord met de
voorgestelde opzet, doch vindt wel dat er ten aanzien
van de kwestie van de rijkssubsidie, in welke vorm
dan ook, nog steeds vraagtekens zijn en zou daarom
als ze straks haar fiat aan de voorstellen geeft, toch
een voorbehoud willen maken ten aanzien van de
rijkssubsidie Er is steeds gezegd: Wij gaan met dit
voorstel in zee, want dan komt er een subsidie. Of:
Wij moeten nu een krediet voteren, want dan kunnen
wij beter voor de dag komen wat de subsidie betreft.
Nu zijn we bijna in het laatste stadium, maar nog
steeds staat er wat de rijkssubsidie betreft niets
zwart op wit vast. Wij betreuren dat.
De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Ik kan
mij op een groot aantal punten wel vinden in het be
toog van mevrouw Korthuis Uiteraard stelt ook on
ze fractie het bijzonder op prijs, dat in het Soester-
veen de onderhavige concentratie van mogelijkheden
zal kunnen worden gerealiseerd. Ik zeg met nadruk:
„zal kunnen", omdat de kwestie van de subsidie
voor het bouwwerk nog wat in het vage blijft. Ik
verwijs in dit verband naar de alinea die voorkomt op
pagina 2 van het voorstel tot het verlenen van mede
werking bij de realisering van een wijkdienstencen
trum in het Soesterveen,die begint met „Op 15 no
vember 1976". Wat denkt het college te doen als
eind 1977 gewoon zou komen vast te staan dat in
1978, gelet op de financiële middelen van het rijk,
die naar ik dacht niet zo erg breed zullen zijn, ons
geen subsidie voor deze zaak wordt toegewezen?
Gaan wij dan toch door, in de hoop dat wij misschien
in 1979 subs. die kunnen krijgen? Of gaan wij de zaak
dan bevriezen totdat wij een keiharde subsidietoezeg
ging hebben?
De heer VAN EE' Mevrouw de voorzitter! Ik sta in
principe helemaal achter het idee van het wijk
dienstencentrum in het Soesterveen, De moeilijkheid
die ik in dezen heb, betreft de bibliotheek. De ma
quette geeft weer dat de bibliotheek in haar totali
teit eigenlijk verschrikkelijk weinig van het totaal uit
maakt, naar ik meen nog geen 15% in oppervlakte.
Daarbij gaan wij uit van een grondslag die er nog
moet komen; er is wat dat betreft sprake van een
wensdroom Het is helemaal geen verplichting om de
bibliotheek te hebben Toch gaan wij ons als gemeen
te met betrekking tot 15% van de oppervlakte van
het geheel f 200.000,-- aan jaarlijkse lasten op de hals
halen, aangenomen dat de personeelskosten inderdaad
volledig voor rekening van het rijk komen. Als er tij
dens een begrotingsbehandeling van wordt uitgegaan,
dat wij op de gemeentebegroting een tekort van
f. 150.000,- of f. 200.000,- hebben, dan praten wij
daar twee dagen lang over. En nu? Ach, wij slikken de
last van 200 000,- alsof het cake is. Maar deze last
komt wel ieder jaar terug Het uitstellen van deze ver
plichting, het pas over een vijftal jaren bouwen van
de bibliotheek zou een grote besparing betekenen.
Ik volg wat dit betreft een zelfde redenatie als die
welke wij aantreffen in het straks aan de orde ko
mende voorstel inzake het aanleggen van hockeyvel
den Daarin wordt bepleit dat er eerst zes en niet
meteen acht hockeyvelden worden aangelegd. Zo be
pleit ik dat er niet nu, maar straks een bibliotheek in
het wijkdienstencentium wordt gerealiseerd. Als nu
wel de plaats voor de bibliotheek wordt gereserveerd,
maar deze voorziening als zodanig pas over vier a vijf
jaar, wanneer wij het Soesterveen zullen hebben vol
gebouwd, wo'dt gerealiseerd, dan besparen wij ruim
177