„Met betrekking tot de behandeling van de bassins en het onderhoud van het plafond van het garderobege- bouw zullen u in de loop van het begrotingsjaar voor stellen bereiken," Het is de raad bekend waarom dit niet in 1976 is ge beurd, maar wat later moest geschieden Een en an der is echter reeds aangekondigd in de nota van aan bieding 1976 En in de nota van aanbieding 1977 staat te lezen: „Verder kunt u voorstellen tegemoet zien tot ver bouw van de op het terrein van het natuurbad aanwe zige dienstwoning" (dat komt nog) „en tot vervan ging van het kassagebouw In de nota van aanbieding is derhalve reeds aangekon digd wat er zou gebeuren De onderhavige voorstellen zijn zeker niet uit de lucht komen vallen. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Met betrekking tot het door de heer Van Aalst ge noemde punt van de schimmelvorming is bij de stuk ken een brief gelegd, gelijk in de commissie was be loofd De schimmelvorming zou verwijderd moeten worden als de zaak opnieuw werd geverfd. Maar door dat de aluminiumplaten worden aangebracht, behoeft er niet opnieuw geverfd te worden. Deze aluminium platen bieden de mogelijkheid tot een goede ventila tie. Van verrotting zal dan ook geen sprake zijn. Ik ben echter gaarne bereid ovei dit punt in de commis sie nader te spreken Het voorstel wo'dt zonde: hoofdelijke stemming aan genomen 170 Voorstel tot het verlenen van ontheffing als bedoeld in artikel 1 van de „Zoneverordening Hinderwet", zulks ten behoeve van: a. het uitbreiden en wijzigen van een herstelinrich ting voor motoivoertuigen op/in het perceel Burg. Grothestraat 68 te Soest; b een opslagplaats en expeditie van elektrotechni sche materialen op/in het perceel Laan Blussé van Oud Alblas 2 te Soesterbetg Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangeno men 171 Voorstel tot het indienen van bezwaren tegen het ontwei p- Streekplan Utrecht-Oost. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit ter Ik zou allereerst een paar algemene punten wil len aansnijden, die naar ons oordeel in de aan pro vinciale staten te zenden brief tot uiting moeten ko men. Ik heb geen voorstel tot tekstwijziging, Wan neer uw college het met onze opmerkingen eens is, kan het die zelf alsnog in de brief verwoorden. In de eerste plaats zijn wij van oordeel dat het voor ons liggende ontwei p-streekplan blijk geeft van een verregaande betuttehng van de gemeenten door de provincie. Wij menen dat hier sprake is van aantas ting van de gemeentelijke autonomie. Er worden in het ontwe:-p-str eekplan verschillende zaken aan de orde gesteld die van ieder regionaal belang gespeend zijn en die uitsluitend de gemeenten betreffen Der gelijke zaken behoren onzes inziens niet thuis in een streekplan Gaarne zouden wij dit punt - misschien in wat diplomatiekere bewoordingen - vermeld zien als een algemene opmerking aan het begin van de brief. In de tweede plaats hebben wij de indruk dat de men sen die zich bezighouden met de bloemetjes en de bijtjes in het vakjargon „ecologen" genoemd -, wel een heel grote invloed op de opstelling van het ont- werp-streekplan hebben gehad Er wordt in het plan nl. veel opgehangen aan waardevolle natuurgebieden. Wij willen het belang van waardevolle natuurgebieden in het geheel niet bagatelliseren. Echter: wanneer men bij een beleidsplan als dit streekplan de ecologie als een belangrijke maatstaf gebruikt, werkt men met een maatstaf die nergens een objectieve zowel wat de kwaliteit als wat de kwantiteit betreft - beoordeling mogelijk maakt. Daar hebben wij bezwaar tegen Men blijft dan volkomen afhankelijk van de eerste de bes te doctorandus, die voor eigen rekening vogels en graspollen telt En dat wordt dan als maatstaf gehan teerd Zonder afbreuk te willen doen aan de waarde van de ecologie op zich zelf, zijn wij van oordeel dat je voor het opstellen van grote beleidsplannen objec tievere waaiden nodig hebt dan hetgeen ik zojuist heb geschetst In de derde plaats betreuren wij de uit de stukken blij kende grote afstand tussen statenleden en raadsle den Dit element speelt., meen ik, door alle partijen heen en heeft voor de zoveelste keet geleid tot on begrijpelijke, grote misverstanden. Het is nog niet zo lang geleden dat die zich eveneens voordeden. Ik be hoef maar de kwestie van de vuilverbranding te noe men. Vervolgens enkele detailpunten Welke betekenis moet worden toegekend aan de naast bladzijde 26 van de beschrijving van het streek plan vermelde Drempelkaart (A2-1482)? De daarop aangegeven lijnen zijn óf st'ijdig met hetgeen wij blij kens het ontwikkelingsplan willen óf strijdig met het geen gedeputeeide staten ons voorschrijven. Ik noem als voorbeeld: de Boerenstreek toch maar bebouwen; het gebied bij de Stadhouder slaan niet bebouwen. Let daarbij vooral op de ruime afwijkingsbevoegdheid, waardoor je toch nog niet weet waaraan je toe bent. Op bladzijde 3 van het door u voorgestelde schrijven is in de laatste zin van de eerste volle alinea sprake van het bouwen op grond van de „slechts te berekenen" woningbehoefte Wij hadden echter afgesproken ons te baseren op de aantoonbare woningbehoefte. Dat is wel een verschil Onderaan dezelfde pagina heeft u het over de normen inzake geluidshinder. Daaraan zou ik graag toegevoegd zien, dat gedeputeerde staten voor de geluidshinder als norm de kosteneenheid hanteren, terwijl in de concept-wetgeving met geen woord wordt gerept over de kosteneenheid als no m voo' geluidshinder Een reden temeer om het gebruik van deze norm aan te vechten Op bladzijde 7 van de voorgestelde brief merkt u op, dat met betrekking tot de Wiekslotetplas in het ont- werp-streekplan wordt gesproken van een openlucht- bad met regionale at tractie waarde Daarbij zegt u: „Wij wijzen u erop dat de exploitatie van het Soester Natuurbad nu al een tekort vertoont", Wij vragen ons af of dit wel een verstandige opmer king is, nu wij straks zelf een groot bad willen gaan exploiteren. De VOORZITTER' Maar dat wordt een overdekt bad. Dat is wel iets anders! Mevrouw KORTHUIS ELION; Inderdaad, Maar der gelijke overdekte baden zijn ook reeds in de nabije omgeving En het tekort op ons natuurbad is juist ontstaan dooi het feit dat. sinds de stichting daarvan vele andere natuurbaden in de omgeving tot stand 242

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 305