Nr. 17 Soest, 9 december 1977 NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op vrijdag 9 december 1977 te 09.00 uur. (Voortzetting van de vergaderingen van woensdag 7 decem ber 1977 te 19.00 uur en van donderdag 8 december 1977 te 19.00 uur). VOORZITTER de burgemeester, mevrouw mr. J.M. Corver-van Haaften. SECRETARIS de heer mr. J.M. Kruitwagen. Tegenwoordig de leden: G.M.J. van Aalst, mevrouw G.G.A. Alting-Ambrosius, W.A. Blaauw, J.J. van den Brakel, J.J. Eb- bers, mevrouw J.W.D.P. van Gelder-Cornelissen, H.J. Goote, mevrouw J. Greefhorst-Van Overdam, J.W. Hilhorst, D. Hoekstra, mevrouw E. Korthuis-Elion, P.C. Lange, R.A. van Logtenstein, J.L. Menne, G.H. Oldenboom, mevrouw P.J. Oranje-Entink, G.A.W.G.A. Plomp, J.R. van Poppelen, mevrouw M.F. van Stiphout-Croonenberg, P.L.J.M. Stori- mans, C. Verheus, J. Visser en K. de Wilde (later). Afwezig met kennisgeving de leden: M.A. van Ee en G. Stam. De VOORZITTER opent de vergadering en stelt voor met gebed te beginnen. Hierna vindt voorlezing van het gebed door de voorzitter plaats. Vervolgens deelt zij mede dat bericht van verhindering is ontvangen van de heren Van Ee en Stam, terwijl de heer De Wilde pas 's middags ter vergadering zal kunnen komen. 210 Aan de orde is de hoofdstuksgewijze behandeling van de begroting der inkomsten en uitgaven voor het jaar 1978. Hoofdstuk X, Economische aangelegenheden, wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming voor lopig vastgesteld. Hoofdstuk IX, Sociale zorg en maatschappelijk werk. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! In het afgelopen jaar hebben wij in de raad drie nota's behandeld op het specifieke welzijns terrein waarbij uitgebreid de doelstellingen zijn be sproken. Daarom zullen wij in het kader van deze begro tingsbehandeling slechts op enkele punten ingaan. Op dit ogenblik zijn verschillende werkgroepen bezig met de uitwerking van de doelstellingen in een wel- zijnsplan. Gezien de verslagen van die vergaderingen blijkt nog niet alles op rolletjes te lopen, hetgeen na tuurlijk ook niet kan na een paar bijeenkomsten. En kele disciplines ontbreken nog, maar er wordt hard aan gewerkt om deze alsnog bij de werkzaamheden te betrekken. Hierna volgt de inspraak van de bevolking en dan de behandeling in de diverse raadscommissies, waarna uiteindelijk de vaststelling van het plan in de raad kan plaatsvinden. Een lange weg. Toch zal men zich op korte termijn moeten bezinnen op het vervolg van de inspraak. Immers, als het plan in de raad is vastgesteld, moet het ieder jaar worden bijgesteld. Hebben burgemeester en wethouders over dit vervolg al ideeën? Op welke termijn denken zij hiermee te komen? Het verdient mijns inziens aanbeveling om bij het be kijken van de punten van de inspraaknota ook de in spraak voor het specifieke welzijnsterrein te betrek ken, opdat voor alle terreinen van gemeentelijke zorg spelregels voor de inspraak vastgelegd worden en waar mogelijk op elkaar worden afgestemd. Dat zal bijzon der goed bezien moeten worden, omdat hiervoor waar schijnlijk andere spelregels gelden dan bij bestem mingsplannen. Ook het sociaal-cultureel werkenden-overleg bestaat alweer enige tijd. Het lijkt ons een goede instelling. Men raakt op de hoogte van eikaars problematiek en zoekt gezamenlijk naar oplossingen. Een belangrijk punt dat ik uit de verslagen heb gehaald, is dat voor maatschappelijke hulpverlening in het weekeinde mo gelijkheden zijn geschapen. Wel vragen wij ons af, of en, zo ia, op welke wijze dit bekend is gemaakt aan de bevolking. Wij achten het van belang dat de plaatselijke huis artsen aan dit overleg deelnemen. Is vanuit het overleg al getracht deze discipline erbij te betrekken of uit te nodigen als er agendapunten zijn die direct met deze discipline te maken hebben? Het antwoord op de vraag over de alpha-hulpverle- ning door de stichting maatschappelijke dienstverle ning is duidelijk. Ook ik heb mijn bedenkingen tegen deze maatregel die weer voornamelijk een groep vrou wen treft. Om een goed inzicht te krijgen in de conse quenties van het niet invoeren van deze alpha-hulpver- lening en een misschien te verwachten grotere aanvraag voor gezinsverzorging in het kader van de werkzaamhe den van de indicatiecommissie voor bejaarden, willen wij er bij het college op aandringen bij het bestuur van de stichting de volgende punten aanhangig te maken: - het maken of, indien dit er al is, het overleggen van een overzicht van de prioriteiten die bij toekenning van gezinsverzorging gehanteerd worden; - een nauwkeurige registratie van de gevallen waar niet in hulp kon worden voorzien en de wachttijden voor dat er in hulp kon worden voorzien. Aan de hand van deze gegevens kan de raad dan na een bepaalde periode - bijvoorbeeld een halfjaar - bekijken of en in welke mate de gemeente hulp kan c.q. moet bieden. Tenslotte wil ik nog ingaan op het woonwagencen trum. Reeds in de vorige begrotingsvergadering heb ik aangedrongen op het bepalen van een plaats voor een woonwagencentrum, zodat niet de indruk gewekt wordt dat door het bestuur van deze gemeente uitstel van het tot stand komen van een woonwagencentrum wordt nagestreefd. Ik beken dat dit jaar des;»-besluit vorming niet heeft plaatsgevonden. Over het feit dat het hier geen eenvoudige besluitvorming betreft, is iedereen het eens. Bij de plaatsbepaling moet een zo evenwichtig mogelijke afweging plaatsvinden.van de belangen van de woonwagenbewoners en de woonom geving in de meest ruime zin van het woord. Van onze leden in de commissie ruimtelijke ordening en uit krantepublicaties heb ik begrepen dat de commissie ruimtelijke ordening in november verzocht heeft om met de commissie maatschappelijk werk hierover van gedachten te wisselen, teneinde op die manier tot be sluitvorming te komen. Ik zou graag vernemen van het college of hiervoor reeds een datum gepland is. Ik wil er in ieder geval op aandringen dat vóór april 1978 een besluit wordt genomen. De kennelijk reeds gisteren door de heer Visser inge diende motie over het woonwagencentrum - of mis schien alleen aangekondigde motie - kan straks nog nader in bespreking komen, Mevrouw ALTING-AMBROSIUS: Mevrouw de voor zitter! Met betrekking tot het bejaardenbeleid kunnen wij instemmen met de wijze, waarop de gemeente ar tikel 6j van de wet op de bejaardenoorden uitwerkt. 365

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 430