De heer DE WILDE: Mevrouw de voorzitter! Door deze mededelingen van het college is het er voor mij niet eenvoudiger op geworden. Ik wil de door de heer Hoekstra gereleveerde voorgeschiedenis even buiten beschouwing laten en ik wil mij bepalen tot hetgeen in de stukken staat vermeld. Ik heb begrepen dat de voorschriften ter plaatse eigen lijk anders zouden moeten luiden dan ze luiden en dan zou er bij een verbouwing zowel voor de heer Linders als voor zijn buren (en met het oog op de to tale situatie) een beter aanvaardbare toestand gaan ontstaan dan wanneer de heer Linders zich bij een verbouwing aan de gemeentelijke voorschriften houdt. In dit verband vraag ik mij een beetje af of in dit ge val het hoogste recht niet in feite het hoogste onrecht betekent. Formeel kan het college alleen medewerking verlenen aan een uitbreiding van het pand binnen de zijgevel rooilijn over de gehele breedtè van het huis. Volgens de gegevens krijgt de woonkamer al niet veel zonlicht. Een dergelijke uitbreiding zal tot gevolg hebben dat toetreding van zonlicht nog veel moeilijker wordt. Bovendien zal een dergelijke uitbreiding voor de bu ren een aanzienlijke beperking van licht en van zonin val tot gevolg hebben. Op zich zelf zou het bouwen naast de garage (waar door de achtergevel van de woonkamer wordt vrijge houden) geen groot bezwaar behoeven op te leveren. Ik heb begrepen dat voor het overschrijden van de af stand tussen de voorgevelrooilijn en de achtergevel rooilijn een ontheffing kan worden verleend, mits het op basis van het bestemmingsplan mogelijk zou zijn binnen de zijgevelrooilijn te bouwen. Is het waar dat binnen het bestemmingsplan Amersfoortsestraat de zijgevelrooilijn zo willekeurig loopt dat men kan zeg gen dat het huis in de vernieling wordt geholpen, wanneer er wordt verbouwd binnen de voorschriften? Wanneer de willekeurigheid van de zijgevelrooilijn in het bestemmingsplan Amersfoortsestraat aanleiding zou geven tot dergelijke moeilijkheden, moet de zij gevelrooilijn mijns inziens worden verplaatst. Ik be grijp wel dat dat niet onmiddellijk mogelijk is, want dat kan pas, wanneer het bestemmingsplan aan een herziening toe is. Dan zou je mogelijk met toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening een oplossing voor het ontstane probleem kunnen vinden. Ik vind nl wel dat de zaak binnen een formeel kader moet worden opgelost Er zal, wanneer wij ons strak moeten houden aan de voorschriften, qua bouw een onmogelijke toestand ontstaan. Wellicht is het mogelijk de voorschriften in dit geval enigermate flexibel aan te passen aan het des betreffende perceel, want dan kan tot een voor de heer Linders en voor de buren aanvaardbare oplos sing worden gekomen. Uit de laatste zin van het voorstel van de commissie voor de beroepschriften heb ik begrepen dat men de zaak praktisch wil benaderen, dat men zich wellicht niet strak aan de voorschriften wil houden en dat men wil werken aan een praktische oplossing. Daarna zou dan kunnen worden bekeken op welke wijze die prak tisch aanvaardbare oplossing binnen een formeel ka der kan worden gebracht. Ik heb uit de woorden van de heer Hoekstra echter begrepen dat het college daartoe geen mogelijkheid aanwezig acht. Dat zou ik spijtig vinden. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit ter! Ik had ook gedacht dat er in de praktijk een op lossing kon worden gevonden, maar ik heb nu begrepen dat dat helemaal niet waar is. Ik vind dat wij dan nog eens verder moeten denken. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Wij hebben het ook moeilijk met die laatste zin van het voorstel van de commissie voor de beroepschriften. Evenals de heer De Wilde vinden wij het een belangrij ke zaak, dat wordt bekeken of zijgevelrooilijnen kun nen worden gewijzigd. Wij vinden het een moeilijke zaak dat de heer Linders, ondanks het niet verlenen van een bouwvergunning, toch maar aan het bouwen is geslagen. Hij wist duidelijk dat er problemen waren, Ik vind het moeilijk om op dit punt overstag te gaan, want wan neer wij dat doen, kun je je afvragen of het voor men sen die willen verbouwen nog wel nodig is een bouw vergunning aan te vragen Ik meen dat ook dit punt in de beschouwingen moet worden betrokken. De VOORZITTER: Dames en heren! De heer Hoek stra en ik hebben de laatste jaren nogal eens met de heer Linders gesproken en wij hebben ook wel eens bepaalde suggesties gedaan. Op zich zelf is hetgeen is toegestaan niet onmogelijk, wanneer er ook intern het een en ander wordt gewijzigd. Wij zouden bij een wijziging van het bestemmingsplan Amersfoortsestraat beslist voor andere zijgevelrooilij nen kiezen en daarover hebben wij ook met de heer Linders gesproken, maar wij hebben op dit moment te maken met het huidige bestemmingsplan. Wij heb ben verschillende suggesties gedaan, maar op een goed moment is het gesprek met de heer Linders een beetje dood gelopen. Vervolgens is ons gebleken dat de bouwerij was begonnen. Dan wordt het leven wel moeilijk, want de aanvrager wist uitdrukkelijk dat het geen hij wilde, in ieder geval niet mogelijk was. Ook in andere gevallen denken wij wel eens dat wij, wanneer wij vandaag een beslissing zouden moeten nemen, de voorkeur zouden moeten geven aan ande re voorschriften, maar nu moeten wij ons houden aan de huidige voorschriften. In een enkel geval zeggen wij, wanneer dat gemakkelijk kan, wel eens „kom nou Dat weet de raad dan gelukkig niet eens al tijd. Het is echter uitermate moeilijk om aan de Amersfoortsestraat te zeggen „kom nou want aan de Amersfoortsestraat zijn ontzettend veel po gingen gedaan om dingen te doen die echt niet kun nen. Het is dan ook uitermate moeilijk om te zeggen dat hetgeen nu wordt gepresenteerd niet zo erg is. Aan de Amersfoortsestraat bevinden zich bedrijven die almaar willen uitbreiden. Ondanks het vorengestelde zijn wij bereid om nog eens te proberen een oplossing met de heer Linders te vinden, maar de raad zal begrijpen dat de commu nicatie wat moeilijker wordt, wanneer wij worden ge confronteerd met het feit, dat betrokkene toch maar gaat bouwen zonder bouwvergunning. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De situatie aan de Amersfoortsestraat is natuurlijk ont zettend moeilijk. Wij vragen rijkswaterstaat nog steeds om nu eens eindelijk een beslissing over de weg te ne men, want zolang er met die weg niets gebeurt, kun nen wij geen ander bestemmingsplan maken. Jaren te rug is er een voorbereidingsbesluit geweest en toen kon er gedurende een korte tijd wat worden gedaan via een artikel 19-procedure, maar tegenwoordig staan ge-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1977 | | pagina 485