terwijl gedeputeerde staten het plan nog moeten goed
keuren. Wij zijn derhalve vrij vroeg met het nemen van
een besluit over het bouwrijpmaken.
In een brief van bewoners van de Ir. Menkolaan wordt
bezwaar gemaakt tegen het uitbreiden van het aantal
toegangsmogelijkheden van het Slangebosje. Ik heb
begrepen dat gedeputeerde staten aandringen op beper
king van het aantal toegangsmogelijkheden tot twee.
Er is reeds een aantal toegangsmogelijkheden en ik
vrees dat, wanneer er nog twee toegangsmogelijkheden
komen, gedeputeerde staten straks goedkeuring aan het
gemeentelijke plan zullen onthouden. Ik meen dan ook
dat wij er verstandig aan doen het plan aan te passen,
want dan zullen wij waarschijnlijk geen moeilijkheden
krijgen met gedeputeerde staten.
De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! Erger dan
het fietsen door het Slangebosje is natuurlijk dat er
straks wordt gebouwd, want dat betekent natuurlijk
wel het einde van het Slangebosje.
Het college weet dat er nog enkele bezwaren zijn in
gediend en ik weet niet of het college die bezwaren
bij dit punt wil behandelen. Wanneer wij nu goedkeu
ren dat die gronden bouwrijp worden gemaakt, kun
nen de bezwaarden het mijns inziens wel vergeten.
Is het juist dat er reeds is gesloopt (ik denk aan het
huis Noorderweg 30). Indien deze vraag bevestigend
moet worden beantwoord, zijn er natuurlijk alweer
werkzaamheden verricht voordat daartoe in de raad is
besloten.
De VOORZITTER: Dames en heren! Het voormalige
statenlid de heer Steinbuch heeft ongeveer twee jaar
geleden in provinciale staten vragen gesteld over het
Slangebosje. Toen hebben gedeputeerde staten geant
woord dat zij niet verwachtten dat de ecologie zou
worden verstoord. Bovendien hebben gedeputeerde
staten toen gezegd dat het aanbeveling verdiende het
aantal toegangen niet te groot te maken. Dat is echter
niet aan het gemeentebestuur van Soest bericht. Twee
vroegere toegangen zijn er nu eigenlijk niet meer en
daarvoor zijn twee andere toegangen in de plaats ge
komen.
De bezwaren komen bij dit voorstel niet aan de orde;
ik meen dat de heer Visser nu toch langzamerhand de
Wet op de Ruimtelijke Ordening goed moet kennen.
Het plan is onherroepelijk. Er is sprake van een globa
le bestemming die burgemeester en wethouders van
Soest moeten uitwerken. Het college heeft een con
cept-uitwerkingsplan gemaakt. Dat ontwerp heeft in
de commissie ruimtelijke ordening niet zoveel belang
stelling meer gehad, omdat het exact hetzelfde is als
het verkavelingsplan dat vroeger aan de orde is ge
weest. De uitwerking heeft ter visie gelegen en er zijn
bezwaren ingediend. De uitwerking is met de bezwa
ren naar gedeputeerde staten ter goedkeuring ge
stuurd. Wanneer gedeputeerde staten menen dat er te
veel toegangen zijn zullen gedeputeerde staten ons
daarop wel wijzen, maar ik kan mij niet voorstellen
dat dat gebeurt, want er komen niet meer toegangen
dan vroeger het geval was.
Het pand Noorderweg 30 is inderdaad gesloopt. Dat
pand was dermate slecht dat het moest worden ge
sloopt.
Wij zullen pas met bouwrijpmaken beginnen wanneer
de goedkeuring van het uitwerkingsplan binnen is.
Wij hebben redenen om aan te nemen dat die termijn
niet lang zal zijn.
De heer VISSER: Ik sta nog steeds achter de bezwaren
en ik zal derhalve tegen het voorstel stemmen.
De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Ik
vraag mij af of het geen aanbeveling verdient om met
de bewoners te bekijken aan welke toegangen de be
woners de voorkeur geven. Ik vrees dat de bewoners die
twee nieuwe toegangen aan de Noorderweg zeer be
zwaarlijk vinden, omdat de toegankelijkheid van het
Slangebosje daardoor veel groter wordt.
De VOORZITTER: Wanneer ik mij goed herinner komt
er één toegang aan de Noorderweg en één aan de Insp.
Schreuderlaan. Het plan en de daarbij behorende kaart
hebben ter inzage gelegen. Ik geloof niet dat er bezwa
ren zijn gemaakt tegen die toegangen. Het uitwerkings
plan is naar Utrecht en wij moeten nu even afwachten
wat gedeputeerde staten zeggen. Wij kunnen natuurlijk
niet aan de gang blijven.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De heer Visser verkrijgt op zijn verzoek aantekening
in de notulen, dat hij zich met de genomen beslissing
niet heeft verenigd.
Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet
voor het verbeteren van een dienstwoning.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw
de voorzitter! In de onderwijscommissie heb ik gevraagd
of het geen aanbeveling verdient om in het voorstel te
zetten dat dienstwoningen voor scholen in verband met
de woningnood gehandhaafd moeten blijven. Ik meen
dat er bij de begrotingsbehandeling is gesproken over
het afstoten van dienstwoningen en het vooral niet meer
bevorderen van dienstwoningen. Nu gaan wij er een op
knappen. Dat is logisch, want het is inderdaad voor on
derwijzers moeilijk om in Soest een woning te krijgen.
Het zou dan ook misschien toch wel goed zijn wan
neer wij dat duidelijk in het voorstel zetten.
De VOORZITTER: Dames en heren! Ik heb het ge
voel dat dat van geval tot geval moet worden bekeken.
Een en ander hangt ook van de omstandigheden af.
Op een goed moment kunnen wij het gevoel hebben
dat wij erg veel woningen in voorraad hebben (dat
zal nog wel even duren), op dat moment kan worden
besloten de dienstwoningen af te stoten. Op het ogen
blik is het ongelooflijk moeilijk om mensen te krijgen;
dikwijls laten sollicitanten het op het laatste moment
afweten omdat zij op een flat moeten. Bovendien kun
nen wij een heleboel mensen niet eens een flat aanbie
den. Het uitgangspunt is eigenlijk dat wij alle dienst
woningen zouden moeten kunnen afstoten.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Voorstel tot verhuur van het jachtrecht op gronden,
gelegen tussen de Wieksloterweg W.Z., de Dorrestein-
weg, de Koningsweg en het landgoed Pijnenburg aan
de heer W. van Dorresteyn, Wieksloterweg W.Z. 23 te
Soest.
Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mevrouw de voorzit
ter! Het zal het college niet verbazen dat ik mijn stem
niet aan dit voorstel kan geven en zeker niet in dit ge
val. Ik kon mijn ogen nauwelijks geloven toen ik in
het voorstel las, dat er niet zal worden geschoten,
wanneer er wordt gehockeyd.
Ik neem heus wel aan dat de huurder de jacht op
weidelijke wijze zal uitoefenen en dat hij geen jacht-
examen meer behoeft te doen.