Voorstel tot voorlopige vaststelling van de uitgaven van het openbaar mavo over 1977. Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een aanvul lend krediet voor de verbouw van de Groen van Prins- tererschool voor g.l.o. De heer NUIJTEN: Mevrouw de voorzitter! Het be vreemdt ons ten zeerste dat dit gezien de kosten toch bepaald niet onbelangrijke project niet aan de orde is gesteld in de commissie voor openbare werken, terwijl dat, juist vanwege de bouwtechnische aspecten, wel zo verstandig zou zijn geweest. Wat is het geval? Een schoolgebouw wordt voor ruim f. 800.000,— verbouwd. Dat schoolgebouw is in func tionele zin niet bepaald ideaal meer en architectonisch en historisch is het al evenmin interessant. Het college weet misschien dat verbouwingskosten in de regel tweemaal zo snel worden afgeschreven als kosten bij nieuwbouw. Dit verbouwingsproject is zodoende qua kosten te vergelijken met een nieuwbouwproject van rond f. 1,7 miljoen. En dat terwijl een school van dezelfde afmetingen - uitgevoerd in riante nieuwbouw - hooguit ongeveer f. 1,2 miljoen zou kosten. (Ik spreek nog niet eens over systeembouw, want voor pak weg f. 500.000,- heeft men al een school van dezelf de omvang). Kortom: Dit voorstel is te gek om los te lopen. Van bouwkundig-financieel inzicht en kostenbewustheid is in dit geval helaas niets te bespeuren. Gelet op het vo- rengestelde verzoeken wij het college voor deze school (en in toekomstige vergelijkbare situaties) vervangen de nieuwbouw te bevorderen, omdat: 1. pas dan van een functioneel en bouwkundig opti maal schoolgebouw sprake kan zijn (bij verbouwingen als de onderhavige legt het verleden ons immers steeds weer compromissen op) en 2. verbouwingen, gelet op de kosten, niet alleen relatief maar in dit geval ook daadwerkelijk duurder blijken dan nieuw bouwen (en wel ongeveer anderhalf maal zo duur). Over het idee om het stichtingsjaar opnieuw te laten vaststellen zal ik het maar niet eens meer hebben, want dat is ronduit ridicuul. Nieuwbouw dus - geacht college -, want dit onchristelijke verbouwingsplan be tekent goed gemeenschapsgeld naar kwaad geld gooien. JDe VOORZITTER: Dames en heren! Ik wil deze zaak 'vanuit het financiële vlak en het gestelde in de Lager- onderwijswet 1920 bekijken. Ik adviseer de heer Nuijten om de Lager-onderwijswet eens te lezen. Hij zal dan tot de ontdekking kunnen komen dat de raad voor het bijzonder onderwijs medewerking moet verle nen. Vanaf dat moment is er sprake van een verplichte uitgave. Wij hebben bijzonder weinig te vertellen over het soort vernieuwing die het bijzonder onderwijs wil toepassen. Er moet een bouwvergunning worden ver leend, zodat de aanvraag onderhevig is aan het wel standstoezicht, maar verder hebben wij er niets mede te maken. Uit het voorstel blijkt dat de raad in 1976 medewer king heeft verleend door een aanloopkrediet van f. 175.000,- ter beschikking te stellen. (Je kunt je zelfs afvragen of de manier die in onze gemeente wordt ge hanteerd - een dergelijk krediet wordt nog in de raad gebracht - nog wel de juiste manier is). Vanaf het mo ment dat de raad medewerking verleent, is er sprake van een zaak van het schoolbestuur. Wanneer de rijks inspectie de verbouwing heeft goedgekeurd, moet de gemeente - als verplichte uitgave - het geld beschikbaar stellen. Al hetgeen de heer Nuijten heeft opgemerkt over het bouwwerk (waaronder de suggestie om bij een volgen de gelegenheid niet te verbouwen, maar nieuw te bouwen) is derhalve niet terzake; de heer Nuijten kan over dergelijke zaken praten wanneer het gaat om een openbare school. De heer NUIJTEN: Mevrouw de voorzitter! Twee za ken blijven overeind. In de eerste plaats het aanloop krediet. Ik neem aan dat de toenmalige raad er nog geen flauw benul van had waarop het allemaal zou uit draaien. En dan maakt het wel verschil uit of de ver bouwing vier ton of acht ton gaat kosten. In de tweede plaats kan ik mij heel goed voorstellen, dat het college zijn invloed aanwendt om een school bestuur ertoe te bewegen nieuwbouw te plegen, wan neer de kosten de kant uitgaan die zij nu zijn uitge gaan. Ik meen dat dat wel het minste is dat het ge meentebestuur moet doen om zijn eigen centen te be waken. De VOORZITTER: Dames en heren! Een aanloop krediet is niet meer dan een aanloopkrediet. Ik zei zo juist reeds, dat je je zelfs moet afvragen of de verle ning van zo'n aanloopkrediet in de raad moet komen. Daarover bestaat verschil van mening. Er moet mede werking worden verleend en dan is er slechts sprake van een begrotingswijziging. Ik vraag mij af of wij ons verder moeten beraden over de hoogte van dat aan loopkrediet. Dat aanloopkrediet dient zo hoog te zijn, dat het betrokken schoolbestuur voorbereiden de werkzaamheden kan uitvoeren totdat er een plan op tafel komt, waardoor je weet hoeveel het hele ge val gaat kosten. Het is niet onze taak om te bezien of het schoolbe stuur te veel geld uitgeeft, maar een taak van de rijks inspectie in Den Haag. Ik meen dan ook, dat de twee zaken die de heer Nuijten nog noemde, niet overeind zijn blijven staan. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Voorstel tot verkoop van een perceeltje grond aan het Minstreelpad aan mevrouw J.A.B. Hilhorst-Kok te Soest. 62 Voorstel tot het weigeren van een schadevergoeding ex artikel 49 van de Wet Ruimtelijke Ordening terza ke van waardevermindering van het perceel Beuken laan 72, Soest, naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van de heer A.D. Saai te Soest. 63 Eigendomsoverdracht aan het Van der Huchtschool- bestuur van een perceel grond aan de Valeriaanstraat/ Varenstraat. 64 Voorstel tot het vaststellen van de „Verordening op de beroepschriftenprocedure, als bedoeld in artikel 6k, tweede lid, van de Wet op de Bejaardenoorden, voor de gemeente Soest". Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 65 Voorstel met betrekking tot het bestemmingsplan Cen trum. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw de voorzitter! Ongetwijfeld zal het college begrijpen, dat dit voorstel in de C.D.A.-fractie met gemengde ge-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 256