grof vuil en dat er daarvoor in de plaats nog een con
tainerplaats bij komt, bijvoorbeeld in het Veen of op
het industrieterrein, waarbij men iedereen die vuil komt
aanbieden, een bepaalde vergoeding daarvoor laat beta
len. Ik ben dan echter wel bijzonder bang dat wij weer
dezelfde situatie krijgen als vroeger, waarbij wij in de
sloten en in de bossen het nodige vuil konden aantref
fen dat daar was neergegooid. Nu zijn wij daar volko
men van verlost, nu het grof vuil wordt opgehaald bij
de huizen en de mensen overigens vuil kunnen brengen
op twee containerplaatsen.
In het heffen van reinigingsrecht zit een bepaalde on
rechtvaardigheid, want men kan voor hetzelfde bedrag
één emmer of zak, dan wel zeven emmers of zakken
neerzetten. Als men per emmer wil laten betalen,
moet men echter ook kunnen nagaan wie precies de
emmers neerzet; dat geeft weer een enorme admini
stratieve rompslomp. Het is dus nauwelijks mogelijk
om een ieder te laten betalen naar gelang hij vuil aan
biedt.
In dat verband heeft mevrouw Van Gelder ook nog
gesproken over de mogelijkheid van een heffing naar
draagkracht, dit wil zeggen naar inkomen. Of dat hele
maal eerlijk is betwijfel ik ook. Het is best mogelijk
dat iemand die tot de meer draagkrachtigen behoort,
maar één papieren zak per keer aanbiedt en verder
nooit naar een containerplaats gaat of grof vuil aan
biedt.
In het algemeen kan wel worden gesteld dat de reini
gingsrechten voordelig zijn in Soest, gezien de grote
service die wij bieden. Wij moeten ook niet stellen dat
onze reinigingsdienst duur is; die is niet duurder dan
elders. Alleen geven wij in Soest wel een zeer grote ser
vice.
Wat de prioriteitenlijst op bladzijde 21 van de nota
van aanbieding betreft, is ook nog gesproken over de
bouw van de aula op de algemene begraafplaats en de
uitbreiding van deze begraafplaats (nummers 13 en
14). Ik wijs erop dat in de raadsvergadering van ja
nuari jl. - men kan er de notulen en het desbetreffen
de voorstel op nalezen - uitgebreid over deze zaken is
gesproken. Zeer duidelijk zijn toen alle voor- en na
delen afgewogen en iedere fractie (behalve natuurlijk
de fractie van D'66 die toen nog geen zitting had in de
raad) heeft zich toen uitgesproken vóór de bouw van
een aula. Wethouder Ebbers heeft daarbij nog erop ge
wezen dat er indertijd, in het verre verleden, een plan
was voor Soesterberg, met een geraamd bedrag van
f. 500.000,-. Hij zal er dan ook niet verwonderd over
zijn dat het nu geraamde bedrag voor de aula flink
wat hoger is, nl. f. 800.000,-. In januari is het college
ook opdracht gegeven deze zaak verder uit te werken,
waarvoor f. 40.000,- beschikbaar werd gesteld. De
mensen zijn daarop aan het werk gegaan; een architect
is aan het werk gegaan met een programma van eisen
en hij is langzamerhand gereed met zijn werkzaamhe
den. Verder is de Heidemaatschappij toen opgedragen
om de uitbreiding van de begraafplaats te bezien, met
de nodige voorbehouden die in die raadsvergadering
door met name de heer Van Poppelen zijn verwoord.
Iedereen heeft toen ook ingestemd met die voorbe
houden van de heer Van Poppelen, onder andere in
houdend dat in ieder geval de noordkant (dus de kant
naar de Eng toe) van een goede en dichte beplanting
zou moeten worden voorzien. Bovendien is tijdens die
raadsdiscussie zeer nadrukkelijk de noodzaak van uit
breiding van de begraafplaats naar voren gekomen. Op
dit ogenblik is al een deel van de huidige algemene be
graafplaats beschikbaar gesteld voor roomskatholieke
begrafenissen, omdat de kerkhoven aan de Dalweg vol
zijn.
In de prioriteitenlijst is ook opgenomen de reconstruc
tie van de Soesterbergsestraat. Deze zaak is al begon
nen te spelen in 1966, want op 24 november 1966
kwam er een brief van burgemeester en wethouders in
zake het aanbrengen van voorzieningen welke zouden
kunnen leiden tot het verminderen van het aantal ver
keersongevallen. Deze weg is altijd bijzonder verkeers-
onveilig geweest; in 1966 was dat al het geval, vooral
door de bocht bij Zonnegloren, later ook door de
bocht bij de Duizend Dennen. Steeds zijn wij bezig ge
weest met incidenteel aan deze weg verbeteringen aan
te brengen. In 1967 en volgende jaren is hierover steeds
het nodige gezegd en geschreven en de weg werd regel
matig opgeruwd. In 1970 is er nader overleg gestart
met de provincie en in 1976 is de reconstructie van
deze weg tenslotte opgenomen in het provinciale we
genplan. Burgemeester en wethouders hebben toen di
rect aan de dienst gemeentewerken opdracht gegeven
om reconstructieplannen voor de weg te maken. Daar
bij is steeds overleg gepleegd met de provincie; de
plannen werden eerst kant en klaar gemaakt en werden
vervolgens aan de provincie voorgelegd, waarbij ter
sprake kwamen zaken als de afslagstroken die nu bij
voorbeeld bij het vliegveld zijn aangelegd en die bin
nenkort ook zullen komen bij de ingang van Zonne
gloren, de Heideweg en de Van Beuningenlaan. Juist
door dit vele overleg met de provincie heeft een en an
der zo lang op zich laten wachten. De plannen zijn nu
echter door de provincie goedgekeurd en wij hebben
ook zekerheid gekregen over de subsidie van 75% voor
het gedeelte buiten de bebouwde kom. Met het oog
hierop hebben wij nu ook op de gewone raadsagenda
voor woensdag a.s. een voorstel geplaatst omtrent de
ze zaak. Al jaren lang is het wegdek bij regenval weer
spiegelglad, terwijl het ook bekend zal zijn dat de be
tonplaten verschoven zijn en ten opzichte van elkaar
niet meer goed aansluiten, terwijl ze bovendien hier
en daar gescheurd zijn tengevolge van allerlei weersin
vloeden.
Nu zou men kunnen stellen - en het is ook vandaag al
naar voren gekomen - dat de reconstructie van de
Soesterbergsestraat buiten de bebouwde kom doorgang
kan vinden, omdat wij daarvoor subsidie krijgen, ter
wijl de rest maar moet worden uitgesteld, ik heb sterk
het vermoeden - hoewel ik het niet zeker weet - dat in
dat geval de subsidie voor het gedeelte buiten de be
bouwde kom gevaar zal lopen. Ik zal dit in ieder ge
val niet graag aan de provincie voorleggen. Bovendien
zal deze reconstructie toch ééns moeten plaatsvinden
en over enkele jaren zal dit werk zonder twijfel weer
duurder zijn geworden, zoals alles duurder wordt. Het
in fasen uitvoeren van de reconstructie zal ook natuur
lijk kostenverhogend werken; het uitvoeren van een
groot werk in één keer werkt altijd kostenverlagend,
al is het maar met het oog op de aanvoer van het nodi
ge materiaal. Tenslotte zal men, als men besluit tot
het alleen uitvoeren van het gedeelte buiten de be
bouwde kom, blijven zitten met de gevaarlijke bocht
bij de Duizend Dennen. Indertijd hebben wij al ge
vraagd toen de bebouwde kom begon ten noorden van
de Dennenweg/Van Beuningenlaan, om die iets verder
naar het zuiden te verleggen, opdat de bocht bij de
Duizend Dennen zou vallen binnen de bebouwde kom.
86