over sterfte onder de merels. De vermoedelijke oorzaak
hiervan zou zijn het spuiten met giftige stoffen in
plantsoenen, straten en pleinen Is het college bereid
hiernaar een onderzoek in te stellen en in afwachting
van de resultaten van dit onderzoek deze stoffen niet
meer te gebruiken voor bespuiting?
De heer BLAAUWMevrouw de voorzitter!De ge
meentereiniging baart ons enige zorgen, met name ge
richt op de toekomst. Op bladzijde 5 van de nota van
aanbieding is vermeld dat onze reinïgingskosten het af
gelopenjaar voor 30% zijn gedekt door de thans gel
dende tarieven van f. 38,-. De rijksnorm van een dek
king van 65% ligt aanzienlijk hoger. Wij mogen ons
gelukkig prijzen dat wij nog steeds een zo gunstig be
drag kunnen vragen voor de reinigingsdienst. Toch
zien wij in de toekomst zeer grote financiële zorgen
op dit punt. Kan het college dit standpunt delen'Reeds
jaren geleden zagen wij af van uitbreiding van ons
compostbedrijf, waar een groot deel van ons huisvuil
wordt verwerkt, omdat er allerlei regelingen op til wa
ren die het niet meer rendabel maakten om ons eigen
compostbedrijf uit te breiden. Inmiddels hebben pro
vinciale maatregelen ertoe geleid dat uitbreiding hele
maal niet meer mogelijk is. Een investering indertijd
had vruchten kunnen afwerpen, maar wij konden niet
voorzien wat de provincie van plan was. Deze jarenlan
ge stoeipartij over een nieuwe regeling heeft waarschijn
lijk alleen maar negatief gewerkt voor ons reinigings
tarief. Ook Eemland heeft nog steeds geen oplossing
kunnen brengen. Alle pogingen om tot goedkopere op
lossingen te komen, zijn verder blijven liggen. Afvoer
naar Wijster leek enige jaren geleden nog erg duur,
maar vergeleken bij hetgeen ons nu boven het hoofd
hangt, zou dit nog wel eens bijzonder goedkoop ge
weest kunnen zijn.
In het laatste Eemland over zicht is opgemerkt dat
binnenkort met gedeputeerde staten van Utrecht nog
van gedachten zal worden gewisseld over dit pro
bleem. Dat geeft ons toch weinig hoop op een goed re
sultaat. Wij zijn dan ook bijzonder bang dat onze reini
gingstarieven binnen enkele jaren pijlsnel zullen moe
ten stijgen, omdat wij kostbare maatregelen zullen
moeten nemen voor de afvoer van ons huisvuil, waar
schijnlijk over zeer grote afstanden.
Ook het grof vuil baart ons daarbij zorgen. Ons is im
mers nu medegedeeld dat het zogenaamde gat van
Tammer in de loop van 1979 niet meer door ons zal
kunnen worden gebruikt. Dat gat zal dan alleen nog
voor eigen gebruik bestemd zijn.
Wij achten het van groot belang dat het college namens
de raad nog eens met klem bij de provincie erop aan
dringt dat het toch mogelijk blijft om gtof huisvuil dat
echt niet zo milieu-onvriendelijk behoeft te zijn, de ko
mendejaren te storten in een of ander zandgat in onze
gemeente, teneinde daardoor onze reinigingsrechten
nog enigermate in de hand te houden. Wij zijn bang
dat anders binnen een aantal jaren de rechten in Soest
wel eens kunnen verdubbelen.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitterük
neem aan dat uzelf het beste enige mededelingen kunt
doen over de verkeers- en vervoersstudie van het Sa
menwerkingsorgaan Eemland, waarover de heer Van
Poppelen een vraag heeft gesteld. U bent lid van het
dagelijks bestuur van Eemland, maar als het bijvoor
beeld gaat om de provinciale commissie voor de huis
vuilverwerking, ga ik naar dat ovetleg toe, terwijl wij
vertegenwoordigd worden door de directeur gemeente
werken als het gaat om ambtelijk overleg waaraan ook
de provincie en het Samenwerkingsorgaan Eemland
meedoen. Bij de zaken van de huisvuilverwerking zijn
wij alle drie er dus bij betrokken. Op de verkeers- en
vervoersstudie kunt u zelf echter het beste ingaan.
De VOORZITTER: Ja, dat wil ik graag doen. Deze
studie is afgerond en alle leden hebben een exemplaar
ervan thuis gekregen. Zeer binnenkort zullen wij in het
college nagaan op welke manier deze studie het meest
zinvol in Soest kan worden besproken. Wij kunnen ons
voorstellen dat hierover wordt gesproken in de com
missie openbare werken, maar het kan ook in de voltal
lige raad gebeuren. Het is overigens we! opvallend dat
de studie uitgaat van iets dat enkele jaren geleden in
onze planning zat, nl. de Centrumweg; dat is overigens
op zichzelf wel weer logisch. Wanneer de raad zou be
sluiten in januari of februari a.s. om de totale Centrum-
weg niet aan te leggen, heeft dat natuurlijk weer grote
gevolgen voor de verkeersafwikkeling in Soest. Het
deel van de studie dat op Soest slaat heeft dan alweer
zijn actualiteit verloren. Het is echter wel mogelijk
om, als de raad deze beslissing neemt, met vrij weinig
kosten een nieuwe uitdraai te laten maken van het pro
vinciale model dat ook is gehanteerd voor deze studie
van Eemland, teneinde na te gaan welke gevolgen het
niet aanleggen van de Centrumweg voor Soest zal heb
ben op verkeersgebied.
De zaak komt in ieder geval nog in bespreking, want
de gemeenten worden geacht voor 1 maart a.s. opmer
kingen aan het Samenwerkingsorgaan Eemland kenbaar
te maken, waarna er door het orgaan zelf enige conclu
sies aan zouden kunnen worden verbonden.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitterük
kan de heer Van Poppelen voorts zeggen dat hij inder
daad mag aannemen dat de kwaliteit van het materieel
zodanig goed is dat er in 1979 weinig behoeft te wor
den aangeschaft. Op bladzijde 97 van de begroting van
gemeentewerken worden onder de volgnummers 26 en
28 de verschillende aanschaffingen genoemd en daar
komen geen grote zaken in voor. Dergelijke grote zaken
hebben wij ook in 1979 niet nodig.
Ik ben het volkomen eens met de heer Van Poppelen
dat de aanleg en het onderhoud van veel kleine plant
soenen nogal kostbaar is. Wij pogen dan ook de laatste
tijd naar wat grotere eenheden te komen. Het onder
houd van zeer kleine stukjes plantsoen is nl. zeer ar
beidsintensief en daardoor zeer kostbaar.
De heer Van Poppelen heeft ook gesproken over de
problemen tussen Eemland en de provincie op het ge
bied van de huisvuilverwerking. Eemland heeft vroeger
zijn eigen rapport geschreven, maar er is nu een pro
vinciale verordening op dit punt, waartegen de ge
meenten in Eemland zich verzet hebben. Toch hebben
de provinciale staten deze verordening vastgesteld,
waarbij ook is bepaald dat de provincie Utrecht één
„samenwerkingsgebied" is op dit punt, zodat wij niet
afzonderlijk wat mogen doen. In de provinciale com
missie wordt overigens wel altijd met de positie van
Eemland rekening gehouden. Er is hierna een tweede
rapport opgesteld dat overal is besproken en ook
enorm is toegejuicht. Ik moet in dat verband een fout
corrigeren die overal in de stukken is geslopen, want
daar wordt steeds gesproken over Sliedrecht, terwijl
het Schiedam moet zijn. Het gaat hier nl. om het plan
om een ruiling tot stand te brengen tussen Schiedam en
Eemland, zodat Schiedam voortaan het vuil zou gaan
afvoeren naar de AVR en Eemland het vuil naar Wijster,
107