naar de VAM. Het was in ieder geval onmogelijk dat
Eemland ook in de verre toekomst het vuil zou kun
nen afvoeren naar Wijster, omdat de provincie
Drenthe niet het vuilnisvat van Nederland wil worden
en gedeputeerde staten dan ook hebben bepaald dat
geen nieuw vuil mag worden aangevoerd naar Wijster.
Deze ruiling is echter ook mislukt en daarmee ligt het
rapport in feite aan scherven.
De heer Van Poppelen heeft ook gesproken over het
Bremeentje. Het was de bedoeling om hier een fiets
route aan te leggen, zodat de scholieren van Baarn
naar Amersfoort geen enkele keer meer een spoorweg
overgang zouden behoeven te kruisen. Het zou ook een
leuke toeristische fietsroute kunnen worden. In dit
verband heeft de heer Van Poppelen gesproken over de
mogelijkheid van sluipverkeer op deze route. Daarvoor
hadden wij gedacht aan afsluiting van de A.P. Hilhorst-
weg. Wij zitten daar nu mee, want de plannen voor de
afsluiting van de A.P. Hilhorstweg zijn klaar, terwijl er
iedere keer door de provinciale waterstaat in Utrecht
wordt gezegd dat ze nu zeer snel terugverwacht kun
nen worden. Deze plannen zijn nu echter nóg niet
binnen uit Utrecht, maar wij zullen nog maar eens
gaan bellen. In ieder geval betekent afsluiting van de
A.P. Hilhorstweg voor gemotoriseerd verkeer dat het
gevaar van sluipverkeer is verdwenen. Ook anderzijds
zal een dergelijke sluiproute toch niet kunnen ontstaan,
want wij hebben zwart op wit de toezegging van de ge
meente Baarn gekregen dat men over de Praamgracht
een zodanig bruggetje zal bouwen dat dit niet gebruikt
kan worden door gemotoriseerd verkeer.
Zodra wij een en ander boven water hebben gekregen
vanuit Utrecht zullen wij nogmaals gaan spreken met
de agrariërs die hierbij zijn betrokken en de milieu
mensen. Wij zullen dit gesprek snel houden.
Over de afschrijving op aan te kopen voertuigen is in
derdaad in de commissie al gesproken, zoals de heer
Nuijten heeft opgemerkt. Op bladzijde 133 van de be
groting blijkt echter al dat een vrachtwagen met kraan
voor 1979 slechts voor de helft van de normale af
schrijving is opgenomen in de begroting.
De heer Nuijten heeft voorts gewezen op het grote be
drag voor het onderhoud van straten en pleinen en ge
zegd dat het meerjarenonderhoudsplan niet wordt ge
publiceerd. Dat is conform een afspraak met de com
missie openbare werken; iedereen was het daarover
eens. Nu komt de heer Nuijten hierop terug en spreekt
hij nogal fors dat gemeentewerken wat te verbergen
zou hebben, dat het college de Soester medeburgers
als onmondig zou beschouwen, enz. Nu, dat is dan zijn
visie op deze zaak en wij kunnen er in de commissie
nog wel eens over spreken, maar wel moet ik toch de
opmerking over zaken verbergen bij de dienst gemeen
tewerken van de hand wijzen. Dat kan men zó zeker
niet stellen. Er is dan wel een onderhoudsplan, maar
door allerlei oorzaken kan het voorkomen dat een be
paalde weg die eigenlijk aan de beurt zou zijn voor on
derhoud, toch niet wordt aangepakt, omdat een ande
re weg er plotseling veel erger aan toe is. Dat kan ge
beuren door allerlei oorzaken die wij niet zelf in de
hand hebben, bijvoorbeeld opdooi en dergelijke zaken.
Bovendien zullen wij het komende jaar vrij veel werk
moeten verrichten, omdat heel Soest wordt opgegra
ven in verband met de aanleg van de CAI. Dat wordt in
het algemeen steeds weer keurig hersteld, maar men
krijgt toch naderhand soms wel met verzakkingen e.d.
te maken.
De afspraak is dus dat wij het onderhoudsplan niet
publiceren; dit is vastgelegd in de commissie openbare
werken. Als wij dat wel zouden doen, zouden wij al
leen maar verwachtingen wekken die wij soms helemaal
niet kunnen waarmaken.
De losse vragen van de heer Nuijten over bankjes in de
abri's, het openstellen van de containerplaats op de
woensdagen en een bank langs de rijksweg zijn al ge
steld in de commissie openbare werken. Die zijn ver
meld in het verslag en komen gewoon in de volgende
commissievergadering opnieuw aan de orde; dan worden
ze nl. beantwoord. Ik betwijfel toch of dit soort vragen
thuishoort bij de begrotingsbehandeling in de raad. Over
het openstellen van de containerplaats op woensdagen
is nog geen besluit gevallen, zodat ik hierover nu verder
niets kan zeggen. De bankjes in de abri's zijn 45 cm
hoog, evenals iedere stoel. De tegels die eronder liggen
kunnen echter wel eens wat hoger of lager liggen, maar
dit zal verder uitvoerig in de commissie openbare wer
ken aan de orde kunnen komen.
Over de reparatie van de brandweertoren heb ik nog
geen rapport gezien. Zodra het er is zal het in de com
missie openbare werken worden gebracht.
De heer Van den Brakel heeft gesproken over de merel-
sterfte waarover ik ook de nodige berichten heb gele
zen. Eén vogel is onderzocht op de doodsoorzaak,
maar die oorzaak bleek toch niet het genoemde spuiten
te zijn. Het speelt overigens niet alleen in Soest; ook in
Hilversum is deze zaak aan de orde en de dienst ge
meentewerken van Hilversum maakt hierover een rap
port. Wij hebben al gevraagd of wij dit rapport ook mo
gen inzien, als het openbaar is, en dat is toegezegd van
wege de gemeente Hilversum. In ieder geval wordt er
nu niet meer gespoten; dat zal pas weer in het voorjaar
gebeuren en dan is de oorzaak van de merelsterfte na
tuurlijk allang bekend.
Ik kom tenslotte tot het moeilijke probleem van de
huisvuilverwerking. Gezegd is hiervan dat de tarieven
voor deze verwerking in de komende jaren wel eens
flink om-hoog zullen moeten. Ik moet dat eerlijk toe
geven. Er zijn nog wel mogelijkheden, want de AVR
is nog altijd graag bereid het vuil te gaan verwerken.
Wanneer wij nu in Soest erin slagen om ons vuil te
persen in een AVR-container, krijgen wij vervolgens te
maken met de kosten van het vervoer naar Utrecht
(zo'n f. 25,- per ton) en de kosten van de aanbieding
aan de AVR, hetgeen zo'n f. 50,- per ton kost. De ex
tra kosten zullen dus f. 75,- per ton zijn.
De heer Blaauw heeft in dit verband gevraagd of wij
nog eens bij de provinciale commissie erop kunnen
aandringen dat wij voorlopig het grof huisvuil nog zelf
kunnen blijven storten. Ik kan hem verzekeren dat wij
daarop iedere keer aandringen en de provinciale com
missie is desnoods nog wel bereid om goedkeuring te ge
ven aan het storten van bouwafval in de gaten in Soest.
Zij is echter niet bereid om die goedkeuring te geven
voor het grof huisvuil. De provinciale verordening kent
nl. geen onderscheid tussen grof huisvuil en gewoon
huisvuil, maar spreekt alleen over „huisvuil". Tot nu
toe hebben wij een contract met de Firma Tammer,
maar deze stelt zich op het standpunt dat, gezien het
feit dat de provincie niet wil dat het huidige stortgat
groter wordt gemaakt of dat een nieuw gat wordt
aangeboord, hij het huidige gat nu zelf wil gaan be
nutten, vooral voor dat vuil dat niet brandbaar is en
dat derhalve niet aan de AVR kan worden aangebo
den.
De vraag is nu natuurlijk wat er kan gebeuren op dit
108