Mevrouw ALLARD-KNOL: Ik constateer alleen maar een ontwikkeling. De wethouder heeft hierover in de commissie een uitvoerig betoog gehouden en daarbij is duidelijk gebleken dat het duur zal gaan worden, omdat er eenvoudig geen andere oplossingen zijn. Ik zeg helemaal niet dat het allemaal duurder moet wor den; wat mij betreft mag het allemaal nog veel goedko per worden. Er zal echter niet aan te ontkomen zijn. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Na tuurlijk zit er ook aan de kwestie van het Bremeentje een ruimtelijke ordeningskant. Er moeten nl. voordat wij met de aanleg kunnen beginnen, nog twee stukken grond verworven worden. In ieder geval echter zullen wij met de bezwaarden hierover spoedig een gesprek houden. Het rapport over de brandweertoren is nog niet binnen en ik kan de heer Nuijten niet zeggen wanneer het zal komen. Wij kunnen hierop echter nog wel terugkomen in de commissievergadering van 8 januari a.s.; mis schien weet de directeur gemeentewerken er iets meer van. Wat de opmerking van de heer Nuijten over het open baar maken van het onderhoudsplan betreft, vraag ik mij toch in gemoede af wie er nu gelukkiger zou wor den als dit plan wel zou worden gepubliceerd. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: In ieder geval de heer Nuijten zelf! Wethouder HOEKSTRA: Ja, daar heb ik ook hele maal geen bezwaar tegen. De heer NUIJTEN: Wat let u dan om het openbaar te maken? Wethouder HOEKSTRA: Dat is wat anders dan wan neer u het weet, maar ik zal hierop niet verder ingaan. De heer Blaauw heeft gesproken over installaties in Gent voor vuilverwerking. Dat zijn prachtige installa ties die bijzonder goed werken. Wat onze eigen instal latie betreft, gaat de provinciale commissie, nu de zaak in Eemlandverband toch nogal onzeker is geworden, er nog wel van uit dat deze installatie nog zo'n jaar of vijf zal blijven draaien. Het gaat hier nl. op zichzelf om een zeer goede manier van huisvuilverwerking; er wordt goede compost verkregen en men houdt nog maar zeer weinig vuil over dat nu overigens ook bij Tammer wordt gestort. Ik ben echter bang dat de provincie niet ak koord zal gaan met uitbreiding van onze installatie aan de Maatweg. De heer EBBERS: En in Isselt? Wethouder HOEKSTRA: Tja, het gaat daar om grond van de Nederlandse Spoorwegen. Als het niet in hun straatje past, zullen de Spoorwegen zeker niet bereid zijn om die grond af te staan voor een soort provinciaal vuilbedrijf. Amersfoort heeft nog een contract met de VAM lopen tot 1988, hoewel de contracten wel eenzij dig door de VAM kunnen worden opgezegd, met een opzegtermijn van vijfjaar. Amersfoort is dan ook bang dat er vandaag of morgen een brief van de VAM zal komen met de mededeling dat het contract over vijf jaar zal worden beëindigd. De kans daarop is niet denk beeldig, ook al omdat dit contract voor Amersfoort nog bijzonder voordelig is. Hetgeen de heer Storimans nu heeft geschetst, heb ik gisteravond ook al even genoemd. Dat gevaar zit er na tuurlijk nog in. Wij zullen deze punten echter nog eens rustig bekijken in de commissie. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik wil u er nog wel even aan herinneren dat wij aan het begin van de begrotingsbehandeling allemaal vol goede moed waren om ons te beperken tot de hoofdzaken en zakelijk te discussiëren. Vanavond is toch weer een aantal zaken aan de orde gekomen die ik bepaald niet kan rang schikken onder hoofdzaken, zoals bankjes en abri's. Dan zijn wij toch weer op een weg die wij allemaal graag willen verlaten. In de commissies heeft men alle gelegenheid om op detailzaken in te gaan en als men daar die gelegenheid niet heeft aangegrepen, moet men er niet in de openbare raadsbehandeling waar men zich tot de hoofdlijnen dient te beperken, op terugkomen. De begroting van het bedrijf gemeentewerken wordt zonder hoofdelijke stemming voorlopig vastgesteld. Het grondbedrijf. De heer VAN POPPELEN: Mevrouw de voorzitter! Bij de algemene beschouwingen heeft de fractievoorzitter van het CDA ongerustheid uitgesproken over de trage voortgang bij de woningbouw. Gepleit is voor het aan stellen van één of meer externe adviseurs, om het hier door mogelijk te maken dat de in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen zo spoedig mogelijk worden afge rond. Na het vaststellen van de bestemmingsplannen is het van groot belang dat men zo snel mogelijk overgaat tot de bouw van woningen, de aanleg van wegen, enz. Om te voorkomen dat hierbij vertragingen optreden, is het noodzakelijk dat het aankoopbeleid van gronden hierop wordt afgestemd. Bij de woningbouw in Overhees I en Overhees II, eerste fase, is geen stagnatie opgetreden, omdat hieraan een doelgericht aankoopbeleid van gronden vooraf is gegaan. De gemeente had reeds in een vroeg stadium de benodigde gronden in haar bezit. De laatste tijd heeft men een grondbeleid gevoerd waarbij men pas de gron den ging aankopen wanneer men deze op zeer korte termijn nodig had. Uit de nood hiertoe gedwongen moest men daarbij soms een hoge prijs per vierkante meter betalen. Een ander nadeel van deze werkwijze kan zijn dat, wanneer koper en verkoper op vrijwillige basis niet tot overeenstemming kunnen komen, er een langdurige onteigeningsprocedure kan volgen, met alle nare consequenties die hieraan verbonden kunnen zijn. Wanneer men met de woningbouw zou willen starten of bijvoorbeeld het verkeerscirculatieplan aantoont dat de ontsluitingsweg vanaf de Koningsweg naar de Nieuweweg zo spoedig mogelijk moet worden aange legd, zou het funest zijn als dan nog met de verwerving van de benodigde gronden een begin moet worden ge maakt. Kan het college ons mededelen hoe het op kor te termijn het aankoopbeleid van gronden denkt te gaan uitvoeren? Om bij dit aankoopbeleid voor beide partijen een zo bevredigend mogelijk verloop te krijgen, wil ik het college adviseren niet te veel aan de theoretische nor men vast te houden. Daarbij wil ik de aankoop van gronden nodig voor de verbreding van de Lange Brink- weg een slecht voorbeeld noemen, zowel uit een oog punt van vaststelling van de prijs per vierkante meter, alsmede met het oog op de gevoerde overlegprocedure. Jammer genoeg heeft de werkwijze frustraties bij de betrokkenen opgeroepen. Door het niet doorgaan van enkele bestemmingsplan nen heeft de gemeente een aantal woningen en gron den in bezit die voor het doel waarvoor ze indertijd zijn aangekocht, geen betekenis meer hebben. Hoewel reeds een begin is gemaakt met de verkoop van wonin gen, bijvoorbeeld aan de Verlengde Talmalaan, zien wij graag een beleid uitgestippeld waarbij tot afstoting 110

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1978 | | pagina 317