op bepaalde tijdstippen zal gaan plaatsvinden. Op zich
zelf is dat misschien moeilijk te bereiken, omdat veel
vrachtwagens van ver weg komen en het dan niet altijd
te regelen is dat zij alleen tussen acht en tien uur
's morgens Soest zullen aandoen. In wezen zou men in
de Van Weedestraat moeten komen tot een parkeer
verbod op die plaatsen waar het laden en lossen voor
de winkels moet plaatsvinden, maar gezien de toch al
zeer beperkte parkeerruimte in de Van Weedestraat is
dat ook weer niet zo'n goede oplossing. Het zal dus
nog wel een probleem blijven. Op zichzelf ben ik
meestal nogal verwonderd over mensen die stellen
dat zij de verkeersmoeilijkheden aan de Van Weede
straat helemaal niet zien, omdat zij er nog nooit stil
gestaan hebben. Tussen stilstaan en opschieten ligt
echter nog wel een behoorlijk verschil en de verkeers
problematiek in met name de Van Weedestraat is ze
ker niet eenvoudig.
Gezegd is dat de politie ook een taak heeft op het
punt van informatie aan de burgerij. Daarbij heeft de
heer Onderdelinden met name gewezen op de informa
tie die bij de politie beschikbaar is om zichzelf te be
veiligen tegen onder andere inbrekers. Ik weet niet of
hij tijd gevonden heeft om naar de M 78 te gaan, waar
een stand van de politie was met veel informatie over
het voorkomen van inbraken. Ik ben alleen bang dat
op dergelijke beurzen nog meer dieven rondlopen dan
gewone burgers en ook dieven er het nodige van op
steken! Ik weet dus niet of alle maatregelen die men
kan nemen op den duur wel afdoende zullen blijken.
Gevraagd is ook naar de verhouding tussen de taken
van bijvoorbeeld de Soester Nachtveiligheidsdienst en
de politie. In het algemeen loopt dit wel goed. Soms
hebben wij wel eens het gevoel dat nachtveiligheids
diensten zich op terreinen bewegen die in wezen „des
politie's" zijn; er zijn ook wel eens fricties ontstaan en
de nachtveiligheidsdiensten kunnen met het oog hier
op niet altijd helemaal positief worden beoordeeld.
Op zichzelf lijkt het mij echter niet juist om hierop
verder in te gaan; dat zal ook de bedoeling van de heer
Onderdelinden niet zijn. In de commissie algemene be
stuurszaken zou hierop kunnen worden teruggekomen,
maar dan graag in beslotenheid. In ieder geval hebben
wij te maken met het bestaan van de nachtveiligheids
diensten en zij krijgen ook steeds weer een vergunning,
ondanks opmerkingen die men hier en daar toch wel
eens hoort. Problemen met nachtveiligheidsdiensten
doen zich overigens in Soest nauwelijks voor. In ande
re gemeenten waar veel nachtveiligheidsdiensten zijn
zijn er veel meer problemen op dit punt.
Natuurlijk is het de bedoeling dat de wijkagent voor
een groot deel per fiets gaat surveilleren. Daarbij kom
ik ook op de wens van de heer Van Logtenstein dat
er meer zal worden gelet op het voorkomen van
moedwillige vernielingen en op naleving van de milieu
voorschriften. Indertijd is wel eens gesproken over
een speciale milieupolitie, maar in Soesterberg is al
bewezen dat het surveilleren op de fiets door de wijk
agent ook op dit punt zeer goed werkt. De mensen
kennen de wijkagent daardoor en de agent kan dan
ook, als hij bijvoorbeeld moedwillige vernielingen
constateert, gemakkelijker met de omwonenden spre
ken en met name ook met de ouders van het kind dat
men van die vernielingen moet verdenken. Ook op het
punt van naleving van milieuvoorschriften kan men
door deze werkwijze waarschijnlijk het nodige berei
ken.
Overigens kan een mens soms wonderlijke ervaringen
opdoen. Onlangs was ik in een gezelschap van vrou
wen uit Soest, waarbij ook gesproken werd over mi
lieuvervuiling, onder andere doordat mensen huisvuil-
zakken dagen te vroeg buiten zetten bij flatgebouwen.
Daarbij is mij gebleken dat de burgers er in het alge
meen weinig zin in hebben om zelf eens te gaan praten
met die mensen die dit soort vervuiling veroorzaken;
men vindt al snel dat de politie dat maar moet doen,
ook al omdat men zelf geen zin heeft van de medebur
gers een grote mond te krijgen. Ik heb toen gepoogd
uit te leggen dat het voor de politie ondoenlijk is om
bij dergelijke flatgebouwen huis aan huis te gaan aan
bellen, om na te gaan wie de zakken te vroeg buiten
zet. Ook dit houdt verband met opvoeding en zelfdis
cipline, waarover is gesproken. Men kan niet voor
ieder wissewasje politiemensen erop afsturen. Als
men echter beschikt over een wijkagent is het gemak
kelijker dat de wijkagent eens gaat praten en corri
gerend gaat optreden. Een dergelijke verwachting heb
ben wij in ieder geval en ook met het oog hierop hoop
ik dat de bestaande vacatures in ons politiekorps snel
vervuld kunnen worden, opdat wij ook snel met het
instituut van de wijkagent in Soest kunnen beginnen.
Gesproken is ook over de veiligheid van het politiebu
reau, waarvoor door de raad een krediet is verleend
dat onlangs door gedeputeerde staten is goedgekeurd.
Er zijn bepaalde bestellingen gedaan, zo heb ik be
grepen, misschien zelfs al voordat de goedkeuring door
gedeputeerde staten af was gekomen. Het gaat hier
met name om een speciaal soort glas waarvan de le
vertijd nogal lang is. Voorts moet nu toch eerst wor
den gewacht totdat het wat minder koud is want het
aanbrengen van dit speciale soort glas betekent dat
mensen enige tijd zonder ruiten komen te zitten, ter
wijl er geen enkele ruimte in het politiebureau is om
hen tijdelijk elders onder te brengen.
De heer Van Logtenstein heeft hieraan de verbouwing
van het politiebureau gekoppeld, maar deze zaak van
de veiligheid heeft daarmee niets te maken. Alleen
komt in verband met de veiligheid de wachtcomman
dant ergens anders te zitten, zodat er op dat punt wél
een verband is tussen verbouwingen en veiligheid; er
zal nl. een soort sluis worden aangebracht die men
door zal moeten alvorens bij de wachtcommandant te
kunnen komen. Overigens is het mij bekend dat de
commissaris van politie van mening is dat de wacht
commandant ook dan nog niet zo veilig zit, maar dat
is nu niet anders.
Wat de verbouwingen zelf betreft, zal het bekend zijn
dat de cellen op het politiebureau al 15 jaar geleden
zijn afgekeurd. Desondanks zullen wij die cellen toch
nog moeten gebruiken. In feite hadden wij al een
nieuw politiebureau moeten hebben.
Ik ben blij met de waardering die naar voren is geko
men voor het functioneren van de politie. Ook het col
lege is blij met de wijze waarop de politie functioneert.
De heer Visser heeft nog gepleit voor het aanstellen van
drie wijkagenten. Ik zou dan opnieuw aan de heer Vis
ser moeten vragen waar hij het geld hiervoor vandaan
wil halen of op welke zaken hij dan wil bezuinigen. Ove
rigens heb ik begrepen dat de grote meerderheid van de
raad instemt met ons voorstel om nu te komen tot twee
wijkagenten, terwijl wij volgend jaar nader zullen spre
ken over een derde wijkagent, ook in verband met an
dere wensen die er zijn.
De heer VAN LOGTENSTEIN: Mevrouw de voorzit
ter! U bent nog niet ingegaan op mijn opmerking over
130