74
men „niet naast ons neerleggen", „wij zullen er be
paald goed op moeten studeren" (blz. 126 van de no
tulen), terwijl de heer Lange verduidelijkt dat de za
ken „op hun merites worden bekeken".
Welnu, mevrouw de voorzitter: De raad weegt niets,
de commissie ruimtelijke ordening waarbij de zojuist
genoemde heren op 7 maart jl. schitterden door afwe
zigheid, een commissie die trouwens helemaal niet vol
tallig was om een advies uit te brengen, neemt alle be
zwaarschriften (reacties, met een understatement) op
het voorstel van burgemeester en wethouders voor
kennisgeving aan en hals over kop wordt de zaak op
een aanvullingsagenda geplaatst, zodat de pers er geen
aandacht meer aan besteedt en de belanghebbenden
ook niet op de hoogte worden gesteld van dit debat.
En hupsakee, de zaak is afgedaan, voor een jaar de
doofpot, de ijskast in.
Van het begin af aan was het duidelijk dat u, mevrouw
de voorzitter, er zelf niet achter stond. Ik citeer blz.
119 van de notulen waar u zegt „Het plan zal ter inza
ge worden gelegd voor iedereen". Een raadslid vraagt
daarop dan heel wantrouwig „Wat is het doel daarvan
dan?" U antwoordt vervolgens „Dat iedereen er kennis
van kan nemen." Reactie daarop weer: „Maar zonder
de mogelijkheid om bezwaarschriften in te dienen?"
U zegt dan: „Dat is inderdaad niet onze bedoeling".
Welnu, alles overziende, het voorbehoud, de slinger
van de fractievoorzitter van de P. v.d. A. verleden jaar
op 2 en 3 juni die in de vergadering van 9 december
jl. bij de begrotingsbehandeling om kwart voor zes
weer terugslingerde, dat hij er spijt van had het ont
wikkelingsplan te hebben aangenomen, uw voorstel
vanavond, de brief aan de 18 prullemandschrijvers, dit
alles overziende is duidelijk dat u toch weer gewoon
uw zin probeert door te drukken. „De genoemde reac
ties welke voor u ter inzage zijn gelegd, vormen naar
ons oordeel geen aanleiding het ontwikkelingsplan
aan te passen of te herzien", aldus de voordracht. Dit
is een compleet schandaal!
Ik wil nu ingaan op de 18 reacties.
De heer Houtman toont met behulp van een V.V D.-
gedeputeerde in Drenthe aan dat de procedure on
wettig is. Maar dat raakt waarschijnlijk onze kouwe
kleren niet. Hij moest eens weten dat de aftakking van
de Centrumweg precies over zijn huidige huis is gepro
jecteerd. Er is een kattebelletje van de Nederlandse
Spoorwegen die u het ontwikkelingsplan „ter kennis
neming" heeft toegezonden. Er is een officieel be
zwaarschrift van een advocatenkantoor dat zich afzet
tegen de in het ontwikkelingsplan dreigende situatie
voor de achtertuin van zijn cliënt aan de Birkstraat. U
gaat daar niet op in, waarschijnlijk met het motief:
het ontwikkelingsplan bindt de burger niet, het is
slechts een beleidsnota voor de ontwikkeling van
Soest. Het zijn uw eigen woorden, mevrouw de voor
zitter. Maar dit standpunt wordt wel onmiddellijk
weer verlaten als het erom gaat het centrum vast te
prikken op een onmogelijke plek, het bestuurlijk cen
trum niet te ontkoppelen of de inspraakprocedure ten
aanzien van de Centrumweg de nek om te draaien, of
huizen af te breken aan de Parklaan, etc etc.
Dan is er een reactie van O. Rhijntalder die u wijst op
blz. 118 van deel 4 van uw eigen ontwikkelingsplan
ad d, waar staat „De reacties op de terinzagelegging
zullen bij de eerste herziening, welke in mei 1978 is
gepland, in de beschouwingen worden betrokken".
Een zin die haaks staat op hetgeen u nu te berde
brengt bij het derde gedachtenstreepje van uw voor
stel, nl. „omstreeks mei 1978 zal worden bezien of en
in hoeverre de ontvangen reacties aanleiding geven tot
herziening van het plan". Dat is heel iets anders. Ik
lees in het ontwikkelingsplan dat het primair zal
worden herzien in mei en dat daarbij de reacties wor
den betrokken. Neen, zegt u, u draait het om door te
stellen dat de reacties primair geen aanleiding geven,
het ontwikkelingsplan te herzien.
Deze slinger is onvergeeflijk. Samen met de heer De
Wilde kunt u zó de dansschool Slingerland overne
men!
De opmerkingen van de heer R. ten aanzien van de
Centrumweg, de verslechtering van het winkelbestand
en Kerckenlandt laat u voor wat ze zijn.
Van de Ossendamwegbewoners en de bewonerscom
missie Ossendamweg en Vondellaan krijgt u de enige
positieve reacties. De werkgroep Leefbaar Soest wijst
op de misleiding bij de verwerking van de bevolkings
cijfers en de statistieken, de gemanipuleerde C.B.S.-
prognoses die voor u echter geen aanleiding vormen
een en ander te herzien of tenminste te weerleggen.
Vervolgens las ik een uitstekende reactie van de afstu
deergroep Delft met vragen en suggesties die de vloer
aandweilen met de koopkrachtafvloeiingspercentages,
de verkeersprognoses en noem maar op
Verder las ik gisteren een zeer doorwrocht werkstuk
van Zuidereng-Nee, dat symbolisch één dag te laat
binnenkwam om een uitspraak van deze raad te ont
lokken. Welnu, dat maakt niks uit, de Van Lennep-
laanbewoners waren 13 dagen te laat en hun brief
sloeg helemaal niet op het ontwikkelingsplan, de
Vrienden van Eemland waren 10 dagen te laat, de
Wijkraad Soesterberg 14 dagen, maar dat geeft alle
maal niks, of je nu te vroeg of te laat bent, of je wel
of helemaal niet schrijft, het is allemaal vechten tegen
de bierkaai, lood om oud ijzer, de mens wikt, maar
de commissie ruimtelijke ordening beschikt.
De brief van kapsalon Robert en Van Dijk's kaashan
del slaat ook nergens op. Deze brief hadden wij moe
ten betrekken bij het vaststellen van het tracé van de
Centrumweg. Hij blijkt nu op het hoopje „ontwikke
lingsplan" te liggen
Maar de mooiste brief lag niet ter inzage; ik heb er
gisteren om moeten vragen. Het gaat hier om een reac
tie van de P.P.D, die ook weet het ontwikkelingsplan
„ter kennisneming" heeft ontvangen. De P.P.D.
schrijft - dat is bijzonder interessant -:
„Opgemerkt zij echter dat ik mij bij de beoor
deling van bestemmingsplannen die gebaseerd zijn op
een ontwikkelingsplan, daaraan niet zonder meer ge
bonden acht, gelet ook op de status van het ontwikke
lingsplan dat niet beschouwd kan worden als een of
ficieel structuurplan in de zin van artikel 7 van de wet
op de ruimtelijke ordening."
Vroeg of laat krijg ik dus altijd gelijk! Dit was de don
derslag bij heldere hemel. Want dan denk ik: Zou de
enquete van de inspraakwerkgroep Centrum toch nog
van invloed kunnen zijn op de ruimtelijke beleidsvisie,
of op een volledige en open inspraakprocedure ten aan
zien van de gehele Centrumweg, op wel of geen ont
koppeling en noem alles maar op waarmee deze raad
tevergeefs wappert in zijn statisch, anti-dynamisch en
allesbehalve flexibel ontwikkelingsplan?
Wat ook niet bij de stukken lag en wat ik hartelijk in
uw belangstelling aanbeveel, is het zogenaamde testa-