voor de eigenaren. Niet duidelijk wordt echter om wel
ke premie het hier precies gaat.
Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mevrouw de voorzit
ter! Uit de toelichting begrijpen wij dat met sommige
bewoners c.q. eigenaren overleg al heeft plaatsgevon
den; dat geldt echter nog niet voor alle bewoners c.q.
eigenaren. Is het niet vervelend wanneer men via een
verslag van deze raadsvergadering kennis ervan moet
nemen datje huis op een krottenlijst is geplaatst? Is
het niet nuttig om eerst een gesprek te voeren met de
huidige bewoners over hun wensen en de mogelijkhe
den, alvorens hieraan verdere publiciteit wordt gege
ven?
Een krottenplan voor Soest is natuurlijk niet hetzelf
de als een krottenplan voor de grote steden, waarbij
soms gesproken kan worden van „schandplekken in
de samenleving". Dat is in Soest zeker niet het geval;
in een aantal gevallen gaat het zelfs om een min of
meer geliefd dorpsgezicht, zoals ook de heer Menne al
heeft betoogd, dat aangetast zou kunnen worden door
de sloop van panden. In de culturele commissie is on
langs de laatste bundeling van de werkgroep karakte
ristiek Soest ontvangen en een aantal panden die de
werkgroep op haar lijst heeft gezet, komen ook voor
in dit krottenplan. Het is mij bekend dat het college
deze bundeling van de werkgroep in behandeling
heeft en dat de werkgroep zelfheeft opgemerkt dat
zij alles heeft opgenomen dat op het oog de moeite
waard was, zonder na te gaan of een pand gezien de
bouwkundige kwaliteit nog de moeite loonde om be
schermd te worden, maar toch wil ik nu nog een paar
panden noemen waarvan ik meen dat het goed zou
zijn om die uit het krottenplan te lichten.
De heer Menne heeft al de panden Beetzlaan 5 en 7
genoemd. Ik ben ter plaatse gaan kijken, maar het
pand Beetzlaan 7 lijkt mij nauwelijks meer te redden,
want dat verkeert werkelijk in een vreselijke staat.
Het pand Beetzlaan 5 is er echter beter aan toe en is
ook qua vorm bijzonder authentiek. Als dit pand ook
bouwkundig gezien op de een of andere manier te
redden zou zijn, zou ik daar toch wel voor voelen. Nu
gaat het hier, naar ik heb begrepen, om een gemeente
lijk pand en de gemeente zal niet voldoende geld heb
ben om dit pand op te knappen, omdat daarmee nu
eenmaal enorme bedragen gemoeid zijn. Wel zou het
mogelijk zijn om dit pand binnen een bepaalde ter
mijn te koop aan te bieden voor bijvoorbeeld de grond
prijs, met het beding dat de koper het pand dan moet
opknappen volgens bepaalde regels. Het bedrag dat de
gemeente dan nog krijgt bij deze verkoop kan weer el
ders worden gebruikt ten behoeve van de woningbouw
en het dorpsgezicht blijft dan tenminste in stand.
Hetzelfde geldt mijns inziens voor het pand Nieuw-
straat 18. Daarnaast vragen wij ons af of het pand Noor-
derweg 37 niet bewaard zou kunnen blijven; het gaat
hier om het witte huis dat een eind van de weg afligt
en waar een prachtige boom bij staat. Ook hiervoor zou
weer de suggestie kunnen gelden om het pand te verko
pen met de conditie dat de koper het moet restaureren.
In punt 4 van het voorstel aan het slot van het stuk
noemt het college enkele panden waarvan het de amo-
vering wil bevorderen. Daaronder valt ook het pand
Den Blieklaan 59. Dat is echter een schitterend huisje
met prachtige muurankers, dat op het oog toch nog in
een behoorlijke staat verkeert. Kan dit pand niet be
waard worden en te zijner tijd ingepast worden in de
nieuwbouw in de omgeving?
Tenslotte noem ik nog de panden Eemstraat 14 en
14a. Op zichzelf zijn dat, voor zover ik het met mijn
lekenverstand kan beoordelen, niet zulke bijzondere
huisjes, maar ze staan wel bijzonder leuk aan die Eem
straat en het zou toch wel bijzonder detoneren als op
die plaats ineens een modern huis zou worden neerge
zet. Ook deze panden beveel ik dan ook graag in de
aandacht van het college aan.
De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! Wij zijn blij
dat het college nu, hoewel het enige tijd heeft geduurd,
met dit krottenplan is gekomen. Wij zijn eens nage
gaan wat is bedoeld met een krottenplan voor kleine
kernen, zoals dat in 1976 naar voren is gebracht door
de vroegere staatssecretaris, vergeleken met het krotten
plan voor Soest dat nu op tafel ligt. Het planologische
aspect is in het Soester krottenplan terug te vinden,
maar het beleidsaspect op het punt van de volkshuis
vesting wordt eigenlijk helemaal niet in het Soester
krottenplan aangesneden. Op blz. 3 van het bekende
oranje boek, getiteld „Krottenplan voor de kleine ker
nen" uit 1976 staat onder andere:
„Bij de beoordeling van de afzonderlijke plannen uit
een oogpunt van nationaal ruimtelijk beleid kunnen
de volgende uitgangspunten dienen.' vervanging van
de bewoonde onbewoonbaar verklaarde woningen door
nieuwbouw dient ten goede te komen aan de huidige
bewoner; die zal zoveel mogelijk prioriteit dienen te
krijgen."
Voorts wordt nog in de nota gezegd:
„In beide gevallen" - daarmee wordt gedoeld op een
kern met en een kern zonder groeibeperkingen - „zal
er ten zeerste zorg voor moeten worden gedragen dat
de nieuwbouw aan ingezetenen van de kern, bij voor
rang die met een laag inkomen, ten goede komt".
Het krottenplan moet dus duidelijk bedoeld zijn voor
de huidige bewoners van de panden, voor ingezetenen
met een laag inkomen. Deze aspecten mis ik in het
voorliggende krottenplan en ik zal hierover graag meer
vernemen van het college alvorens wij ons standpunt
bepalen ten aanzien van de voorstellen onder de pun
ten 1 tot en met 6 op blz. 22.
De heer Menne heeft al de 80%-regeling van verwer
vingskosten genoemd. Deze regeling is bedoeld om te
komen tot een actief gemeentelijk beleid op het punt
van aankoop van krotten, opdat de doelstellingen op
het punt van de volkshuisvesting (sloop van het krot
en het plegen van woningbouw voor ingezetenen met
lagere inkomens) kunnen worden gerealiseerd. Als wij
het aan het particulier initiatief overlaten, zoals het
college voorstelt in punt 5, is het maar de vraag of de
ze doelstellingen ook worden gerealiseerd.
Een aantal krotten in Soest is niet in dit plan opgeno
men; dit betreft onder andere krotten aan de Nieuwe-
weg/Parklaan. Het college zegt hierover op blz. 11
van het stuk:
„Bij deze inventarisatie zijn niet betrokken die pan
den die liggen in gebieden waarvoor andere plannen
bestaan (Klein Engendaal, Centrum, „Ons Belang",
enz.".
Dat is wel een begrijpelijkargument, maar het krot
tenplan dateert uit een tijd waarin wij er nog niet
aan dachten om woningbouw te realiseren binnen het
bestemmingsplan Centrum. Nu wij dat wel van plan
zijn - het concept-bestemmingsplan Centrum geeft
immers woningbouw aan in de omgeving van de Park
laan - vraag ik mij af in hoeverre krotten in deze om
geving niet ook in het krottenplan moeten worden