Greefhorst-Van Overdam, Van Poppelen, Menne en Oldenboom. Vervolgens wordt de motie van de fractie van D'66 in stemming gebracht en verworpen met 24 tegen 3 stemmen. Tegen hebben gestemd de leden: Stam, Nuijten, Ver- heus, Storimans, Onderdelinden, mevrouw Tomassen- Holsheimer, Van Logtenstein, Goote, Plomp, Bolhuis, mevrouw Korthuis-Elion, Hoekstra, mevrouw Greef- horst-Van Overdam, Blaauw, Van Poppelen, mevrouw Van Stiphout-Croonenberg, mevrouw Blommers-Bieze- no, Menne, mevrouw Van Gelder-Cornelissen, Beijen, Ebbers, Visser, Oldenboom en Van den Brakel. Voor hebben gestemd de leden Jonker, Gerth en me vrouw Allard-Knol. Het voorstel wordt hierna zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. De leden van de C.D.A.-fractie verkrijgen op hun ver zoek aantekening in de notulen, dat zij zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd. Vragenhalfuurtje. De VOORZITTER: Dames en heren! Door de heer Verheus wordt gevraagd: „Is het juist, dat bewoners van gemeentelijke woning- wet- of premiewoningen, geen toestemming (meer) krijgen om voor eigen rekening een CV installatie in de door hen gehuurde woning te laten aanleggen?" Heeft de heer Verheus behoefte aan toelichting? De heer VERHEUS: Ik meen dat toelichting niet no dig is, mevrouw de voorzitter. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! De bewoners van gemeentelijke woningwet- en premie woningen krijgen op hun verzoek wel toestemming om voor eigen rekening bepaalde voorzieningen te tref fen, bijvoorbeeld het aanbrengen van een dakkapel, het uitbreiden van de keuken en het aanleggen van een c.v.-installatie, ongeacht of het etagewoningen dan wel eengezinswoningen betreft. Er gelden terzake wel be paalde voorwaarden, ten aanzien van een c.v.-installa tie betreffende een bepaald type afhankelijk van de woningsoort. Aanvragers van dergelijke voorzieningen worden op de hoogte gesteld van wat wel kan en wat niet kan en hoe de desbetreffende voorwaarden zijn. De heer VERHEUS: Mevrouw de voorzitter! Ik heb uit het antwoord begrepen, dat het niet mogelijk is dat een aanvrager zonder opgaaf van reden een weige ring krijgt. Wethouder HOEKSTRA: Dat is juist, mevrouw de voorzitter. W anneer iemand een voorziening aan vraagt als de door mij in eerste instantie bedoelde, wordt er met hem over gesproken wat de mogelijkhe den zijn. Als een gevraagde voorziening niet wordt toegestaan, wordt de aanvrager duidelijk gemaakt waarom dat het geval is. De VOORZITTER: Dames en heren! Door de heer Van den Brakel wordt gevraagd: „1. Is het u bekent dat de verkeerssituatie aan de zuidzijde van de Rademakerstraat vanaf de Kampweg tot de Prof. Lorentslaan zeer gevaarlijk is voor fietsers en voetgangers. Toelichting: Herhaaldelijk parkeren vrachtautos en particuliere autos op het fietspad. 2. Indien vraag een bevestigend word beantwoord, is het college dan bereid afdoende maatregelen te tref fen om aan deze situatie een einde te maken. Bijvoor beeld door het plaatsen van verkeersborden of andere maatregelen Heeft de heer Van den Brakel behoefte aan het geven van toelichting? De heer VAN DEN BRAKEL: Ik meen dat de vragen wel duidelijk zijn, mevrouw de voorzitter. Op en bij het fietspad aan de zuidzijde van de Rademakerstraat staan, mede als gevolg van de aanwezigheid van het chauffeurscafé aldaar, regelmatig grote vrachtauto's dubbel geparkeerd, waardoor fietsers en voetgangers zelfs de rijweg op moeten om hun weg te vervolgen. Door het medisch centrum dat daar vrijdag a.s. wordt geopend, kan het gebeuren, dat het verkeersaanbod er nog groter wordt. Zelfs is de mogelijkheid niet uitge sloten, dat er vrachtauto's worden geparkeerd bij het medisch centrum en de bezoekers van het medisch centrum dan geen parkeermogelijkheden meer zullen hebben. Ik hoop dat het college hieraan even aandacht wil besteden. Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter! Ik heb mij naar aanleiding van de vragen van de heer Van den Brakel in verbinding gesteld met de politie van Soesterberg en die heeft mij gezegd, dat het parkeren op het fietspad wel eens voorvalt. De heer Van den Brakel zegt in zijn toelichting dat het herhaaldelijk gebeurt. Ik heb de politie verzocht nauwlettend toe te zien op naleving van de regels die met betrekking tot het parkeren gelden. Het lijkt mij het beste dat wij de vragen van de heer Van den Brakel doorsturen naar de ambtelijke verkeerscommissie met het verzoek de zaak te bekijken en ik zeg de heer Van den Brakel toe, dat de zaak vervolgens nader zal worden besproken in de commissie openbare werken. De VOORZITTER: Ik heb de indruk dat de heer Van den Brakel geheel tevredengesteld is. De heer VAN DEN BRAKEL: Inderdaad, mevrouw de voorzitter. De VOORZITTER verklaart het vragenhalfuurtje voor geëindigd. 60 Voorstel tot overdracht van gtonden, gelegen nabij het Zeister Spoor te Soesterberg aan de gemeente door Planconsult B.V, De heer STORIMANS: Mevrouw de voorzitter! Onze fractie wil graag dat door het college ter inzage wordt gelegd de brief va,n de Staat der Nederlanden waarop wordt gedoeld in de vierde dinea van het voorstel, die luidt als volgt: „Naar thans is gebleken heeft de Staat der Nederlan den (Rijkswaterstaat) zich destijds niet verbonden tot levering van deze strook. Men is thans niet bereid tot overdracht. Zij geeft er de voorkeur aan om deze strook grond te zijner tijd rechtstreeks aan de gemeen te over te dragen te zamen met de eventuele overname door de gemeente van het Zeister Spoor". In het verleden heb ik in deze raad ook al eens een stuk gelezen volgens hetwelk Rijkswaterstaat ons be paalde toezeggingen zou hebben gedaan, terwijl dat achteraf is gebleken niet waar te zijn, Ik begrijp het ook niet helemaal, want Rijkswaterstaat heeft hele maal geen gronden. Er zou dus een brief van Domei nen moeten zijn. De inhoud van het voorstel geeft mij erg te denken. Naar mijn mening is er helemaal niets schriftelijks, noch van Rijkswaterstaat, noch van Do meinen, voorhanden. Als dat inderdaad zo is, krijgen wij in de toekomst weer geduvel, net zoals met betrek king tot de Radem akerstraat. De heer GOOTE: Mevrouw de voorzitter! De zaak is naar mijn mening niet zo vreselijk belangrijk. Toch heb ik een vraag, die in zekere zin overeenkomt met het geen de heer Storimans naar voren heeft gebracht. In het voorstel wordt verwezen naar een brief van Domei nen die niet ter inzage ligt, zodat ik een beetje moest raden naar de argumenten waarom Rijkswaterstaat de

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 131