De heer VISSER: Mevrouw de voorzitter! In plaats van aanbeveling 26 stelt het college voor de doelstel ling in het beleidsplan 1979 te handhaven. Ons inziens verdient het handhaven van de aanbeveling (aanstelling van wijkagenten boven de sterkte) de voorkeur. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN: Mevrouw de voorzitter! In verband met de aanbevelingen inza ke het jeugdwerk en aanbeveling 101, wil ik het vol gende opmerken. Aanbeveling 101 betreft het aanstel len van een opbouwwerker voor de gehele gemeente Soest. Het college adviseert deze aanbeveling niet over te nemen. Wij kunnen het daarmee eens zijn; wij zien met name de "eenlingfunctie" niet zitten die de opbouwwerker heeft ten aanzien van de door hem te verrichten taken. In zijn rapport heeft het AWOS met name gesproken over het buurtopbouwwerk. In de door de raad aan vaarde doelstellingennota van twee jaar geleden kan men lezen: Het nagaan van de mogelijkheden ten behoeve van de samenlevingsopbouw in die zin, dat in samen werking met de Overleggroep Sociaal Cultureel Werk en de PUSW, de gemeente Amersfoort, pre- gewest Eemland en de bestaande instellingen mo gelijke alternatieven in plaats van het verstrekken van opbouwwerk worden uitgewerkt. Daarbij werd gedacht aan uitbreiding van het buurt werk. Dat onderzoek heeft echter niet plaatsgevon den. Op grond daarvan stel ik voor om te onderzoe ken op welke wijze het jeugdwerk uitgebouwd kan worden tot club- en buurthuiswerk. De VOORZITTER: Mevrouw Van Gelder stelt dus voor om de volgende aanbeveling aan de lijst van aan bevelingen toe te voegen: "Onderzoeken op welke wijze het jeugdwerk uit gebouwd kan worden tot club- en buurthuiswerk". Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! Ik heb begrepen dat mevrouw Van Gelder om een onderzoek vraagt. Een onderzoek kan nooit kwaad. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Mevrouw de voorzitter! Het college kan zich vinden in de aanbeveling van mevrouw Van Gelder. Wij willen inderdaad geen opbouwwerker sec drop pen - als een soort Haarlemmer olie - binnen een ge meente van 40.000 inwoners. Wij moeten eerst onze visie ten aanzien van het club- en buurthuiswerk na der bepalen. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Mevrouw de voorzitter! Wij ondersteunen de door mevrouw Van Gelder voorgestelde aanbeveling. Ten aanzien van aanbeveling 101 volgen wij het advies van het college. Mevrouw TOMASSEN-HOLSHEIMER: Mevrouw de voorzitter! Ook wij ondersteunen de door mevrouw Van Gelder voorgestelde aanbeveling. Wij stellen echter wel prijs op de opbouwwerker. Wij willen aan beveling 101 daarom wel overnemen. Mevrouw BLOMMERS-BIEZENO: Mevrouw de voor zitter! Wij steunen de aanbeveling van mevrouw Van Gelder. Mevrouw ALLARD-KNOL: Mevrouw de voorzitter! Ook wij zijn het eens met de aanbeveling van me vrouw Van Gelder. Wij gaan er echter niet mee ak koord, dat aanbeveling 101 vervalt. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik constateer dat de raad geen moeite heeft met de door mevrouw Van Gelder voorgestelde aanbeveling. Wij zullen de aanbeveling dus overnemen. De gemaakte opmerkin gen naar aanleiding van aanbeveling 101 zullen wij laten rusten tot het moment dat deze aanbeveling aan de orde wordt gesteld. Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Me vrouw de voorzitter! In het commentaar op aanbe veling 60 wordt opgemerkt: "Dankzij de aanwezig heid van dit jongerencentrum bestaat in Soest niet het zogenaamde jeugdprobleem waar verschillende gemeenten mee te maken hebben". Er zijn echter ook andere jeugd- en jongerenvoorzieningen die daar aan bijdragen. De gehele commissie onderwijs - inclu sief haar voorzitter - vond het gestelde wat absoluut en ging akkoord met het voorstel van de heer Verheus om de tekst te wijzigen in "Mede dankzij de aanwe zigheid...". Misschien kan het woord "mede" alsnog worden toegevoegd. De VOORZITTER: Het lijkt ons alleen maar nuttig om het woord "mede" toe te voegen. Mevrouw BLOMMERS-BIEZENO: Mevrouw de voor zitter! Ik heb wat moeite met het overnemen van de aanbevelingen 61 en 63, nu de door mevrouw Van Gelder voorgestelde aanbeveling is overgenomen. In deze aanbeveling wordt verzocht om een onder zoek. Misschien kunnen wij beter dat onderzoek af wachten, alvorens wij ons definitief uitspreken ten aanzien van de aanbevelingen 61 en 63. Wethouder PLOMP: Ik kan mij voorstellen dat de ac- commodatieproblematiek betrokken wordt in dat on derzoek. Maar wij zullen dat onderzoek moeten af wachten. De VOORZITTER: Het verlenen van medewerking aan verplaatsing van de Praatpaal - hetgeen ten aan zien van aanbeveling 61 wordt geadviseerd - hangt natuurlijk ook af van de prioriteit die wij daaraan geven. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN- BERG: Het overnemen van de aanbevelingen 61 en 63 hoeft helemaal geen problemen te geven. Bij de prioriteitstelling zal aan een beslissing over de in deze aanbevelingen genoemde zaken eerst een onderzoek vooraf moeten gaan. Mevrouw BLOMMERS-BIEZENO: Ik kan mij met de aanbevelingen 61 en 63 verenigen, als zij betrokken worden bij het onderzoek waarom wordt gevraagd in de aanbeveling van mevrouw Van Gelder. Mevrouw TOMASSEN-HOLSHEIMERMevrouw de voorzitter! Wij willen graag dat aanbeveling 63.a wordt overgenomen. Reeds bij de begrotingsbehande ling van vorig jaar hebben wij ervoor gepleit het ver zoek van de kinderboerderij te honoreren; uit een onder de bevolking gehouden enquête blijkt dat er grote behoefte is aan uitbreiding van de activiteiten van de boerderij. In het commentaar bij aanbeve ling 63.a staat dat het college het ermee eens is, dat de accommodatie uitgebreid zal moeten worden. Ik zie dan geen reden om de aanbeveling niet over te nemen. Wethouder PLOMP: Wij hebben voorgesteld om aan beveling 63.a vooralsnog aan te houden. Er wordt dus niet a priori gezegd dat de kinderboerderij niet meer ruimte zal kunnen krijgen. Er moet alleen na der worden bekeken hoe de overkapping moet wor- 185

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1979 | | pagina 236