De heer Goote heeft gevraagd om met name Overhees
III en IV te versnellen. Wij hebben de structuurschets
in de commissie besproken en in meerderheid is toen
gekozen voor model 2. Wij zijn nu bezig met het uit
werken van dit model en zullen zo spoedig mogelijk
met een en ander bij de raad terugkomen. Er zijn hier
bij verschillende zaken die belemmerend optreden, zo
als de eigendomsverhoudingen, de bedrijven in de om
geving, misschien het verkeer en waarschijnlijk ook de
differentiatie in de bouw die nodig is. Al die zaken
treden belemmerend op bij het echt realiseren van
Overhees III en IV. Wij zullen echter zo spoedig moge
lijk een uitwerkingsplan van model 2 aan de raad voor
leggen, hetgeen overigens ook wel weer zijdelings af
hankelijk is van de prioriteit die de raad terzake geeft
in het werkplan ruimtelijke ordening.
De heer Visser heeft terecht opgemerkt dat het be
stemmingsplan woonwagencentrum zeer snel is opge
steld. Hij moet echter niet vergeten dat dit mede een
uitvloeisel is van een provinciaal plan, terwijl wij ook
moeten bedenken dat het bestemmingsplan in concept
al een jaar geleden is opgesteld. Wij zullen het nu vol
gende maand gaan vaststellen in de gemeenteraad, dus
nog altijd ruim een jaar na de opstelling in concept,
terwijl het maar om een in wezen klein plannetje gaat.
Er is ook nog een opmerking gemaakt over de markt-
gelden. Al eerder is toegezegt dat wij een onderzoek
hiernaar zullen instellen. Inmiddels is hierover in de
marktcommissie al gesproken en het college heeft be
sloten om de kooplieden een brief te zenden, waarin
wij te kennen zullen geven dat wij strenger zullen gaan
toezien op het schoonhouden van de marktplaats
door de kooplieden zelf. Wij nemen aan dat dit ook
invloed zal hebben op de kosten van het schoonma
ken. Tevens hebben wij nl. besloten om de directeur
gemeentewerken te verzoeken, bij wijze van proef wat
minder te vegen op de marktplaats.
Wethouder PLOMP: Mevrouw de voorzitter! De heer
Goote heeft gesuggereerd om een planologische ver
kenning te starten met betrekking tot mogelijke vesti
gingsplaatsen van een zwembad. Dat zou dan een ver
volg zijn op hetgeen al plaats vindt, want wij zijn al
bezig met het kijken naar plaatsen waar eventueel een
zwembad zou kunnen worden gevestigd. Uiteraard kan
worden toegezegd dat wij hiermee in 1980 zullen
voortgaan.
De heer Jonker heeft gevraagd om bij het Infocentrum
de mogelijkheid te scheppen kopieën te verkrijgen van
bepaalde stukken. Tot nu toe hebben wij geconsta
teerd dat men in een zeer gering aantal gevallen om
kopieën heeft gevraagd die gemakkelijk te verstrekken
waren, omdat ze al bij de hand waren. Op dit moment
staat in het centrum geen kopieerapparaat, zodat dege
ne die in het Infocentrum aanwezig is, voor het maken
van kopieën naar de overkant moet, waardoor het
centrum onbemand blijft. Mochten wij ertoe overgaan
om in het Infocentrum een kopieerapparaat neer te
zetten, dan moet er wel van worden uitgegaan dat de
kopieën tegen kostprijs zullen worden verstrekt.
De heer Jonker heeft voorts erop gewezen dat de sport
niet terug te vinden is in de nota welzijnsplanning.
Hierover is al vaker in de raad gesproken. De sport
wordt, voor zover het de georganiseerde sport betreft,
behandeld in een andere gemeentelijke overlegvorm,
nl. de sportstichting. Daarom hebben wij ons in de
nota welzijnsplanning alleen beperkt tot die vormen
van sport die ook in de kaderwet specifiek welzijn
worden genoemd.
Wethouder HOEKSTRA: Mevrouw de voorzitter!
Door de heer Goote is gevraagd of er voortgang wordt
geboekt met het verkeersplan, terwijl ook de heer Jon
ker hieraan aandacht heeft besteed. Het zal bekend
zijn dat een werkgroep bezig is met de opstelling van
een verkeerscirculatieplan, bijgestaan door een extern
adviseur. Deze werkgroep is volop hieraan bezig. De
heer Visser heeft hierbij benadrukt dat er geen wegen
bij mogen komen en wij zullen het dus inderdaad
moeten zoeken in de bestaande wegen. Door deze
werkgroep worden nu een aantal uitgangspunten ge
formuleerd en ik heb de indruk dat wij in het ko
mende voorjaar deze uitgangspunten kunnen bespre
ken in commissies en fracties, nadat ze door het col
lege van burgemeester en wethouders onder ogen
zijn gezien. Overigens maakt de werkgroep tegelijker
tijd afzonderlijke plannen voor Soest en Soesterberg.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONEN-
BERG: Mevrouw de voorzitter! Drie fractiewoord
voerders hebben zich uitgelaten over de woningbouw,
gerelateerd aan het aantal woningzoekenden. Per 1 de
cember jl. hebben wij het trieste record bereikt van
2700 woningzoekenden en wij hebben maar een klein
aantal nieuwe woningen in het verschiet, terwijl wij -
zelfs als Amersfoort groeistad wordt - zeker niet opti
mistisch kunnen zijn over de eventuele mogelijkheden
in Amersfoort. Deze gemeente beschikt nl. maar over
goedgekeurde bestemmingsplannen voor de bouw van
800 woningen in de naaste toekomst. Wij zullen dus in
een enorme noodsituatie komen. De heer Onderdelin-
den zegt hierbij wel dat er een grote behoefte is aan
woningen voor één- en tweepersoonshuishoudens,
maar op dit ogenblik kunnen wij eigenlijk geen flats
meer splitsen, omdat er gemiddeld in heel Soest nog
maar één flatwoning per maand leegkomt.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Me
vrouw de voorzitter! Natuurlijk is het onze bedoeling
om het huidige voorzieningenniveau te handhaven.
Ik ben het met u eens dat het dorre hout wellicht ver
dwenen is door de regel van de 97%, maar er zal toch
zeker nog sprake zijn van een automatisme in uitga
ven. Dat ziet men overal, niet alleen in bedrijven,
maar ook bij overheidsinstanties. Die zullen wij jaar
lijks moeten doorlichten. Dat zal zonder meer moe
ten, anders komen wij nooit aan nieuwe zaken toe.
De uitkomst van de rekening 1977 is bij ons „erdoor
geslipt". Wij hadden dat inderdaad kunnen weten.
Wat het grondbedrijf betreft, hebben wij nog ge
vraagd of wij op korte termijn hierover meer mogen
horen. Daarop hebben wij nog geen antwoord gekre
gen-
Daarnaast vraag ik mij af of het de bedoeling is dat wij
nu al op de motie van de heer Visser reageren.
De heer GOOTE: Het lijkt mij goed dat wij daarvoor
nog een kort moment van schorsing krijgen.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAM: Ook bij
ons is er wel behoefte aan enige schorsing over de
motie, voor fractieberaad.
De VOORZITTER: Ja, dat lijkt mij ook een goede
zaak. Ik stel voor dat wij dan nu eerst de tweede ter
mijn helemaal afmaken, vervolgens schorsen en daarna
nog apart over de door de heer Visser ingediende mo
tie spreken. Naar mij blijkt kunt u zich hiermee vereni
gen.
De heer ONDERDELINDEN: Mevrouw de voorzit
ter! Evenals de heer Jonker hebben ook wij het voor
nemen om een voorstel in te dienen betreffende de