mei 1980
rekening 1976 - waarmee wij overigens al een jaar te laat zijn - niet
enkele maanden opschorten, totdat wij het voorstel van het college
hebben, zodat wij tegelijk met de vaststelling van de jaarrekening
1976 ons over voorstellen van het college om terzake maatregelen te
nemen, kunnen uitspreken?
De VOORZITTER: Dat is helaas niet mogelijk, aangezien gedeputeerde
staten hebben laten weten dat zij de gemeenterekening eerst ontvangen
willen hebben, voordat zij aan bepaalde kredieten hun goedkeuring al
dan niet verlenen.
Dames en heren! Ik zal het voorstel van de heer Bolhuis, waarover wij
aanstonds zullen stemmen, nog eenmaal voorlezen, opdat de raad weet
waarover hij stemt. Het voorstel luidt:
"De raad van de gemeente Soest,
overwegende dat telkenjare het nadelig saldo van baten en lasten
van complexen in het grondbedrijf op de boekwaarde der gronden
wordt bijgeschreven,
dat voor sommige complexen geldt dat dientengevolge het nadelig
verschil tussen de boekwaarde van deze gronden en de werkelijke
waarde steeds maar toeneemt,
besluit:
1. voor het jaar 1980 de zogenaamde "rentebijschrijving" ten
laste van het grondbedrijf te staken;
2. de hieruit voortvloeiende kosten, berekend in d,e brief van
burgemeester en wethouders d.d. 9 mei 1980, afdeling IVa, nummer
3585, op f. 1.184.515,ten laste te brengen van de reserve van
de algemene dienst der gemeente."
Hierna geeft de voorzitter gelegenheid tot het afleggen van stemver
klaringen over het voorstel van de heer Bolhuis.
De heer VAN POPPELEN: Mijnheer de voorzitter. Ik heb mij van het be
gin af aan in de discussies over deze kwestie in de commissie finan
ciën en grondbedrijf achter het voorstel van de heer Bolhuis ge
schaard, maar moet erkennen vanavond onder de indruk te zijn gekomen
van de bezwaren die het college hiertegen heeft aangevoerd. Ik wil
het college daarom de kans geven met een voorstel terzake bij de raad
te komen. Wel wil ik van het college daarbij de toezegging dat de no
titie hierover ons vóór 1 november aanstaande zal bereiken. Zo het
college mij die toezegging niet kan geven, ga ik toch met het voor
stel van de heer Bolhuis mee.
De VOORZITTER: Het college kan toezeggen uiterlijk 1 november aan
staande met een notitie terzake bij de raad te zullen komen.
Het voorstel van de heer Bolhuis wordt hierna in stemming gebracht en
verworpen met 16 tegen 8 stemmen.
Tegen stemmen de leden: Van Logtenstein, VerheusBeijen, Stam,
Nuijten, Van den Brakel, Kingma, OnderdelindenPlomp, Menne, me
vrouw Korthuis-Elion, Van Poppelen, mevrouw Van Gelder-Cornelissen,
Hoekstra, mevrouw Greefhorst-Van Overdam en mevrouw Van Stiphout-
Croonenberg.
Voor stemmen de leden: Visser, Jonker, Gerth, Bolhuis, Storimans, 01-
denboom, mevrouw Tomassen-Holsheimer en mevrouw Allard-Knol.
De voorstellen van burgemeester en wethouders worden hierna zonder
hoofdelijke stemming aangenomen, onder aantekening dat beide wethou
ders hieraan niet hebben meegewerkt.
39