juni 1980
door middel van overleg met de mensen die erom vragen de zaak zo goed
mogelijk af te wikkelen.
De kwestie van de veiligheid speelt daarbij natuurlijk een rol mede.
Nauwlettend wordt op brandveiligheid e.d. toegezien. Deze moet in de
gegeven situatie zo goed mogelijk zijn gewaarborgd. Het beleid van de
politie is erop gericht spanningen zoveel mogelijk te vermijden. Het is
goed dat nog eens expliciet te zeggen, opdat ieder weet - het is bij
velen ook wel bekend - welke lijn wij volgen.
In zijn algemeenheid staat het beleid met betrekking tot Ons Belang
vast. Wij allen, ook de raad, hebben daaraan meegewerkt. Denk aan de
bouw van de nieuwe woningen in Bloemheuvel. Wel heb ik begrip voor de
emoties van de mensen die hierbij zo nauw zijn betrokken; daarvoor
moet men ook begrip hebben. Wij zullen met zijn allen verder het hoofd
echter koel moeten houden om deze zaak spoedig op goede wijze te kunnen
afronden. Daarop heb ik overigens alle hoop.
Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERGMijnheer de voorzitter.
Graag zal ik vernemen of de raad met het op de vragen van de P.S.P.,
afdeling Soest, voorgestelde antwoord akkoord kan gaan. Verder zouden
wij de schrijvers van de brief, welke in de wijk Ons Belang wonen, kun
nen antwoorden conform de verklaring welke de voorzitter zoeven heeft
afgelegd. Dan kunnen wij hun duidelijk maken op welke manier tot nog
toe is opgetreden, te meer, daar met de mensen ook vrijdagavond nog is
gesproken waarbij duidelijk bleek dat wij het erover eens zijn dat het
in dit land niet aangaat het recht in eigen hand te nemen. Met de be
woners van Ons Belang hebben wij op het ogenblik dagelijks contact met
de bedoeling de gang van zaken zo goed mogelijk te begeleiden. Ik hoop
dat wij in die sfeer de brief mogen beantwoorden.
Mevrouw GREEFHORST-VAN OVERDAMMijnheer de voorzitter. Wij zijn blij
dat de politie zich terughoudend opstelt. Aan escalaties, zoals die el
ders wel voorkomen, hebben wij niets. De bewoners kunnen het recht na
tuurlijk niet in eigen hand nemen. Toch wil ik een suggestie doen. Ik
kan mij voorstellen dat het akelig is in een wijk te wonen waarin
steeds opnieuw huizen worden gesloopt. Is het niet mogelijk om de men
sen die er nog wonen te laten zitten, totdat de gehele wijk wordt opge
leverd? Het is immers niet uitgesloten dat zich nog meer kraakacties
zullen voordoen en dat er dan nog meer narigheid komt. Dat zou te voor
komen kunnen zijn.
De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter. Kan ik uit de verklaring van de
voorzitter concluderen dat de bewering in de krant, dat de politie niet
optrad door gebrek aan mankracht, niet juist is? De commissaris van po
litie zou zich in die zin immers hebben uitgedrukt.
De heer KINGMA: Mijnheer de voorzitter. Er leven bij ons nog enkele
vragen met betrekking tot het concept-antwoord van het college aan de
P.S.P. afdeling Soest. Wij vinden dat antwoord wat vaag, met name wat
de vragen 5 en 7 betreft. Op onderdeel b van vraag 5 (Wat voor beleid
denkt het gemeentebestuur te zullen voeren ten aanzien van de gekraak
te panden en hun bewoners in het algemeen?) is naar onze mening geen
antwoord gegeven. Ten aanzien van vraag 7 (Heeft de gemeenteraad kennis
genomen van de veranderde inzichten omtrent de normen voor geluidshin
der uitgedrukt in Kosten-eenheden?) vraag ik mij af of niet nadrukke
lijker zou kunnen worden aangegeven of wel of niet sprake is van veran
dering van inzicht, zoals de P.S.P.afdeling -Soest heeft gevraagd.
3