augustus 1980
ruimtelijke ordening) een verbetering. De taak van de overheid op de
diverse terreinen van het maatschappelijk leven is nu eenmaal zeer toe
genomen. De afstand tussen bestuur en bestuurden moet worden verkleind
en de communicatie tussen het bestuur en de bestuurden moet worden
vergroot. In de afgelopen jaren zijn in Soest door middel van openheid
en openbaarheid van bestuur en het geven van goede en tijdige voor
lichting de eerste stappen gezet om te komen tot een zekere vorm van
participatiedemocratie. Thans is het vaststellen van de nota inspraak
aan de beurt.
Wij willen speciaal de aandacht vestigen op de factor tijd. Inspraak
mag geen vertraging in de besluitvorming tot gevolg hebben; vertraging
vinden wij onaanvaardbaar. Er zullen duidelijke afspraken moeten wor
den gemaakt over vorm en inhoud van de inspraak en de onderwerpen
waarop kan worden ingesproken. Overbodige beroepsprocedures moeten wij
nl. proberen te vermijden.
Wij hopen dat de onderwerpen in goed overleg met de gemeenteraad zullen
worden vastgesteld.
Over de financiële ruimte zullen wij nog moeten spreken. Wij willen ons
nu nog niet uitspreken over de vraag of er ten behoeve van de inspraak
een gemeentelijke inspraakfunctionaris dient te worden aangesteld of
dat er een extern bureau moet worden ingeschakeld.
De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter) Wij zijn bijzonder blij met de
nota inspraak. Er is al heel veel over inspraak gepubliceerd en deze
nota zullen wij aan die publicaties toevoegen en onder ons hoofdkussen
leggen.
Eén van de in ons bezit zijnde brochures is getiteld "Niet spreken met
den bestuurder". Deze brochure bevat de volgende heel frappante zin:
"Inspraak dient een integrerend onderdeel te zijn van het ambtelijk
handelen"
Het gestelde spreekt ons bijzonder aan.
Op pagina 10 van de nota merkt het college het een en ander over de be
geleiding op. Het college blijkt de voorkeur te geven aan het aanstel
len van een gemeentelijke inspraakfunctionaris. Daarmede zijn wij niet
zo gelukkig. Wanneer de functionaris niet zo goed valt bij de bevol
king, zitten wij - totdat betrokkene 65 jaar is - met een slechte in
spraakprocedure. Wij geven de voorkeur aan het incidenteel inschakelen
van een extern bureau. Wanneer zo'n bureau niet goed werkt, kunnen wij
ons altijd nog tot een ander bureau wenden. Het geld kan beter worden
besteed aan een andere ambtenaar dan aan een vaste inspraakambtenaar.
Iedere ambtenaar behoort trouwens de inspraak in zijn zak te hebben,
want inspraak dient een integrerend onderdeel van het ambtelijk hande
len te zijn.
De heer KINGMA: Mijnheer de voorzitter! Het zal het college niet verba
zen dat ook de PvdA-fractie akkoord gaat met de nota inspraakIk zal
niets zeggen over de inhoud en noodzakelijkheid van inspraak, want dat
staat allemaal reeds in de nota. De nota is een goed verhaal en door
die nota liggen de standpunten voor de inspraak vast. Het is natuurlijk
wel moeilijk om wat met die uitgangspunten te doen. Wat dat betreft zal
op zijn minst aan één voorwaarde moeten worden voldaan, nl. dat er een
goede inspraakbegeleiding komt. Wij denken daarbij - mede met het oog
op de continuïteit - aan een inspraakambtenaar. Wij kunnen het niet la
ten bij alleen maar mooie woorden en bij het af en toe alleen maar bij
een groot project inschakelen van een extern bureau. Wij zullen, wan-
5