september 1980 De heer Bolhuis heeft speciale aandacht gewijd aan de verspreide winkels. De consequentie van het kiezen voor twee wijkwinkelcentra is - wij moeten daar eerlijk in zijn - dat dit een klein negatief ef fect kan hebben op de verspreide winkels. Dat staat trouwens ook in de samenvattende tabel op blz. 7 van het blauwe boekje. Dat negatie ve effect wordt daar aangegeven met een enkel min-streepjeDat wil niet zeggen dat wij de verspreide winkels ook extra zullen belemme ren in hun uitbreidingsmogelijkheden. Dat is op dit moment niet de bedoeling. Pas wanneer straks bij de uitvoering alle gegevens in be stemmingsplannen zullen worden vertaald, blijkt precies op welke plaatsen er wat extra wordt gedaan en op welke plaatsen wat minder. De raad is daar natuurlijk zelf bijWij moeten daarbij ook onze raamregeling van de inspraaknota in gedachten houden. Er zal dan ook, voordat de zaak concreet vertaald in een bestemmingsplan op ta fel ligt, heel erg veel zijn gebeurd. De heer Nuijten zij erop gewezen dat het winkelcentrum Overhees in derdaad snelle actie vraagt. Gezien de slechte economische situatie, waarover de heer Bolhuis al sprak, zou er wel eens een groot aantal consumenten nodig kunnen zijn om het winkelcentrum Overhees in stand te houden en een bloeiende tijd tegemoet te laten gaan. En consumenten moeten wonen. Wij zullen die snelle actie, waarom u vraagt, mijnheer Nuijten, uitvoeren, wanneer u ons dat toestaat. De heer NUIJTEN: Wanneer het aan ons had gelegen, waren de woningen in Overhees er al eerder geweest! Dat is het hele punt. Wethouder MENNEDat heb ik goed genoteerd! Mijnheer de voorzitter. De heer Kingma heeft al in de commissie ge zegd dat hij het tweede hoofdwinkelcentrum liever in Overhees zou zien dan aan de SoesterbergsestraatHij herhaalt dat standpunt hier consequent. Dat is zijn opvatting. Hij begrijpt wel dat de ruimtelijke mogelijkheden en de toegangswegen zodanig zijn dat er in Overhees niet veel meer kan worden toegevoegd aan het winkelcentrum dan de paar honderd voorgestelde vierkante meters. Wij moeten niet vergeten dat wij, wanneer wij kiezen voor het bijsturen van een be staande structuur, kapitaalvernietiging zoveel mogelijk moetefï te gengaan. Ook in dat licht kan worden gepleit voor het gekozen mo del De heer KINGMA: Dat begrijp ik, maar uit het oogpunt van de consu ment zou ik voor de andere situatie hebben gekozen. Wethouder MENNE: De heer Beijen zij erop gewezen dat er over de uit breiding van verspreide winkels eigenlijk pas iets kan worden ge zegd, zodra wij verder zijn met de uitvoering van de plannen. Er komt een follow-up van het onderhavige voorstel. In de commissie zijn twee voorwaarden gesteld met betrekking tot de uitvoering van het tweepolige model. Ten eerste zouden wij indicatief iets kenbaar moe ten maken over de verschillende activiteiten die nodig zijn. Ten tweede zouden wij moeten aangeven wat een en ander gaat kosten. Het is dan ook merkwaardig dat de heer Kingma de kwestie van de centen nu weer uit het voorstel wil schrappen. Met de aangegeven f. 100.000,worden de externe personeelskosten bedoeld voor de in het schema genoemde activiteiten 1 tot en met 7 (dus tot en met de behandeling in de gemeenteraad)Men moet ons echter niet op dat bedrag vastpinnen. In de kosten van de inspraak zijn alle kosten opgenomen van inspraakactiviteiten tot en met de in spraak in het bestemmingsplan. 15

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 192