december 1980 Wat betreft het verhaal vah de wethouder van sport en jeugdzaken over de crossers: hetgeen aan die zaak allemaal gebeurt, is natuurlijk fijn. Maar de vraag waarom dit punt niet in het welzijnsplan is opgenomen, is nog steeds niet beantwoord. Wanneer met betrekking tot het crossen in 1981 grote activiteiten zullen worden ontplooid, begrijpen wij niet waarom dit punt niet in het welzijnsplan kan worden opgenomen. De heer KINGMA: Mijnheer de voorzitter 1 Gezien de aandacht die wordt besteed aan de mogelijkheden om te komen tot een samenwerkingsverband en de zorgvuldigheid die daarbij wordt betracht, heeft de PvdA-fractie geen behoefte aan de door de heer Visser ingediende motie. Met betrekking tot het fonds kunstwerken zou ik van de wethouder graag argumenten horen, waarom het eventueel verhogen van de betrokken post moet wachten tot de begrotingsbehandeling. Het is merkwaardig dat het fonds kunstwerken de enige post is die buiten de trendmatige verhoging valt. Ik snap niet waarom deze post niet gewoon aangepast kan worden. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Mijnheer de voorzitter! Ik zou de heer Visser willen verwijzen naar bladzijde 2 van het raads voorstel, waar staat: "Met de intentie van aanbeveling nummer 1 kunnen wij het eens zijn. De mogelijkheden tot het instellen van een samenwerkings verband, belast met zaken betreffende buitenlandse werknemers, moeten echter nog onderzocht worden. In deze zin hebben wij de aanbeveling dan ook gewijzigd." Wanneer de heer Visser zo goed is ingelicht, weet hij dat het probleem niet ligt bij de stichting Werkgroep Buitenlandse Werknemers, maar bij andere instellingen waarmede wij een zeer moeizaam overleg hebben. Als de heer Visser zegt dat de wethouder in november heeft laten weten dat de post sociaal-culturele activiteiten is opgetrokken van f. 10.000,naar f. 30.000,-- met het oog op de opvang van de proble men rond buitenlandse werknemers De heer VISSER: Neen, zo staat het er niet. U citeert verkeerd. Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Het gaat er om dat gezegd is dat de post sociaal-culturele activiteiten is opgetrokken van f. 10.000,naar f. 30.000,met het oog op de problemen rond de buitenlandse werknemers. Het college is van mening dat er volgend jaar in ieder geval aan die problemen iets moet worden gedaan, bijvoorbeeld qua personeelsinzet. Vandaar dat bedoelde post in het welzijnsplan wèl sterk is opgetrokken. Dit is in vier commissies aan de orde geweest - de laatste keer in de financiële commissie, waar de heer Visser bijzat. De heer VISSER: Dus u wilt beweren dat u in de ene commissie dit ver telt en in de andere commissie weer dat vertelt?! Ik heb letterlijk uit het verslag van de vergadering van 4 november geciteerd. De VOORZITTER: Mevrouw Van Stiphout heeft het woord! Wethouder mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG: Wij stellen de raad voor om in het welzijnsplan en vervolgens in de begroting voor 1981 het genoem de hogere bedrag op te nemen. De heer Visser is voor het zevende jaar raadslid. Hij zou dus kunnen weten, dat wanneer je voor 1981 een post op de begroting zet, je niet in 1980 daarvan gebruik kan maken. Dat heb ik ook vorige week in de financiële commissie verteld. Ook al waren wij klaar met het overleg met alle instellingen - hetgeen niet het geval is -dan zouden wij nog niet over de benodigde financiële middelen kun nen beschikken, want de raad stelt pas in februari de begroting vast. Ik ben het met de heer Jonker eens, dat wij uiteraard in juni konden we 16

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 243