december 1980 Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde: de verdeling in drie groepen van de projecten, voorzieningen, activiteiten, genoemd in het beleidsplan. De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter! Met betrekking tot hoofdstuk I (Algemeen beheer) mis ik de aanbevelingen 3 en 6 van de commissie welzijnsplanning. Aanbeveling 3 betreft de bevolkingsinitiatieven. Aanbeveling 6 betreft het betrekken van bewoners in de eerste fase van de ontwikkeling van plannen. Ik stel de raad voor deze twee zaken alsnog op te nemen in de rubriek "noodzakelijk" van de driedeling. Mevrouw KORTHUIS-ELION: Mijnheer de voorzitter! Deze zaken zijn toch in de commissies geweest? De commissiebehandeling is om naar voren te brengen, dat men de opgenomen punten niet juist vindt of dat men an dere punten aan de lijst wil toevoegen. Een en ander kan dan in de commissies worden besproken. Zo is het ook in de commissie ruintelijke ordening gebeurd. Ik vind het jammer dat de heer Visser hier thans mee komt. De heer VISSER: Dit is helemaal niet in de commissies besproken. De VOORZITTER: Mevrouw Korthuis stelt dat dit soort zaken eigenlijk in de commissies thuishoort en dat op het ogenblik alleen de driede ling als zodanig aan de orde isHet gaat er nu om of iets noodzake lijk, zeer gewenst of gewenst wordt geacht. Daaromtrent ligt een collegevoorstel ter tafel. Daarover gaat thans de discussie. Wanneer wij over de zaken nu uitvoerig op de door de heer Visser aangegeven manier gaan discussiëren, wordt het een wel bijzonder langdurige dis cussie. Ik zou daarom graag zien dat men zich thans tot de hoofdzaken beperkt. Dat wil zeggen: tot de driedeling als zodanig. Wanneer men een nieuwe zaak wil inbrengen, is het moment daarvoor de behandeling van het beleidsplan in het voorjaar. Dat komt dan dus aan de orde in de volgende ronde Hieromtrent wil ik graag een uitspraak van de raad. Is de raad het ermede eens, dat wij ons op het ogenblik alleen bezig houden met de driedeling noodzakelijk-zeer gewenst-gewenst? De heer JONKER: Ik kan met uw voorstel akkoord gaan. De heer KINGMA: Er kan natuurlijk wel een discussie ontstaan over voorstellen die in de commissies zijn gedaan en die door het college al dan niet zijn overgenomen. De heer VISSER: Bovendien hebben wij voorstellen tot tekstwijziging die de rubriek "noodzakelijk" alleen maar ten goede komen.Die voor stellen wil ik toch wel kwijt. De VOORZITTERDe raad bestaat uit 27 mensen. Wij moeten natuurlijk wel ordelijk blijven. Wanneer wij over elke tekst gaan praten (over elk woordje en elke komma)dan komen wij natuurlijk niet om 11 uur klaar. Ik stel de raad voor de discussie te beperken tot de driedeling als zodanig. Als er een kleine tekstwijziging is, moet je daar natuurlijk niet rot over doen. Maar wij moeten niet eindeloze discussies krijgen over punten en komma's. Kunnen wij ons daarin vinden? Ik constateer dat de raad hiermede akkoord gaat. Het woord is dan aan de heer Visser, met inachtneming van dit ordebesluit. De heer VISSER: Mijnheer de voorzitter! Met betrekking tot hoofdstuk I (Algemeen beheer) zou ik dus gaarne zien, dat de aanbevelingen 3 en 6 van de commissie welzijnsplanning in de rubriek "noodzakelijk" wer den opgenomen 19

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1980 | | pagina 246