april 1980
weinigen die precies weet hoe je bent en wat je kunt en daarom meen ik te mo
gen vooruitlopen op jouw carrière.
In Soest zul je niet te maken krijgen met grote industrieproblemen, scheeps
werven, werkloosheid en havens die maar niet willen vollopen. Hier zul je
echter wel andere dingen ontmoeten. Toen ik goed naar je installatierede
luisterde dacht ik: "waarachtig, hij is nu alweer bezig met het zoeken van
oplossingen voor problemen waar anderen niet uitkwamen". Dat is heel goed,
maar nogmaals: een kwartiertje eerbied. Ik wens jou en je lieve vrouw en
lieve kinderen een heel goede tijd. En met elkaar - jullie en de gemeente -
succes
(Applaus)
De VOORZITTER: Dames en heren.' Spontaan reageren moet je kort doen. Ik kende
de heer Vermeer niet, maar hij komt nu, als zovele gezichten, vandaag voor
mij voor het eerst over het voetlicht. Je onthoudt pas gezichten en namen en
de mensen daarachter, wanneer zij wat gaan zeggen en wanneer hun woorden tot
je verbeelding spreken. De heer Vermeer heeft gesproken namens het Gewest
Eemland, waarvan Soest deel uitmaakt. De voorzitter representeert het geheel
van dat gewest. Het gaat er natuurlijk om om de dingen samen te doen en dat
heeft hij ook gezegd. Hij heeft ook gezegd dat dit gebied erg mooi is en dat
het steeds meer bij de Randstad hoort (bij de problematiek van de Randstad
met name)Samen zullen wij een antwoord moeten kunnen vinden. De heer
Beijert heeft reeds gezegd dat ik niet te snel van stapel moet lopen. Ik ga
nu dan ook niet zeggen wat het antwoord moet zijn op de door mij opgeworpen
vragen; ik ken dat antwoord ook niet. Ik weet alleen één ding: Wanneer je de
dingen duidelijk tegen elkaar zegt, kun je tenminste beginnen aan oplossingen
te denken. In de woorden van de heer Vermeer heb ik duidelijkheid gevonden en
ook een stuk collegialiteit en nabuurschap. Een grote gemeente tegenover een
kleine of middelgrote gemeente; in ieder geval twee grootheden die nauw op
allerlei punten met elkaar zijn verbonden; wij misschien meer met jullie dan
omgekeerd. Wij zullen het werk echter samen moeten doen. Ik heb de woorden
van de heer Vermeer zeer op prijs gesteld. Ik meen dat wij maar veel met el
kaar in gesprek moeten zijn. Bedankt, mijnheer Vermeer!
De heer Beijert heeft zich niet verbaasd over mijn speech, maar toch kende
hij de inhoud van mijn speech niet. Ik wist ook niet wat je zou gaan zeggen,
Jan,maar toch wist ik ongeveer wat je tegen mij zou gaan zeggen. Het waren
woorden van een vriend en zulke woorden moet je altijd ter harte nemen. Ik
ben overigens blij dat ik ben begonnen met dat kwartiertje eerbied.
Ik ben weggegaan uit Delfzijl en ik ben nu in Soest. De problemen van Delf
zijl zijn natuurlijk niet alleen Delfzijlse problemen, maar algemeen Neder
landse problemen. Die problemen moeten in een wijder verband worden gezien en
opgelost. Het is misschien nooit gek wanneer iemand die wat dichter bij Den
Haag zit, weet hoe Delfzijl is en was in althans zijn tijd. Dat betekent dat
er tenminste ook in dit gebied iemand is die begrijpt met welke geweldige
problemen Delfzijl worstelt. Ik hoop zeer dat het goed gaat met Delfzijl en
dat het met de raad, het college en alle inwoners goed gaat. Ik stel het ge
weldig op prijs dat er thans zo'n grote groep vertegenwoordigers uit Delfzijl
aanwezig is. Dat is altijd leuk. Hartelijk dank daarvoor, want de heer Beijert
heeft ook een beetje voor hen gesproken.
Tot mij heeft de heer Beijert onder meer gezegd: "Ik ken je; loop niet te
hard van stapel; doe het met dezelfde werklust en met hetzelfde plezier". Het
zijn woorden die ik verwachtte, maar waarvan ik erg blij ben dat hij ze z° tot
mij heeft gezegd. Dank je wel.
(Applaus)
12