25 november 1982
Ik wil daar niet nu een beslissing door geforceerd hebben. Dat lijkt me
onverstandig.
Heer VAN GELDER: Er zijn twee inhoudelijke verschillende standpunten,
dus het lijkt mij nuttig om even te toetsen welke van die inhoudelijke
standpunten zorgvuldig geformuleerd moet worden. Anders formuleert u het
verkeerde en dan komen we tot de conclusie dat we het andere standpunt moeten
formuleren.
De VOORZITTER: Ik kan ook vermoeden dat een aantal raadsleden zeggen:
Ik wil eerst eens precies de formulering weten alvorens ik een standpunt in
neem.
Heer ONDERLINDEN: Wij vinden dat bij de begroting die zaken aan de orde
behoren te komen.
De VOORZITTER: Daar komt het sowieso wel weer een keer terug, maar er moet
nu duidelijkheid zijn.
Heer VISSER: U kunt zich voorstellen dat ik aan deze puinhoop niet meewerk.
Ik herinner u aan mijn amendement, voor de derde keer deze avond, of u dat
in stemming wilt brengen. Met dit plussen en minnen wat vanavond gebeurt,
daar weiger ik aan mee te doen. Het is zo belangrijk wat u vanavond hier
allemaal klaarmaakt. Het blijkt nu weer uit de duscussie over Artishock.
Wanneer we dit aannemen, dan wordt die stichting in 1984 - 1985
geliquideerd. Ik heb nog steeds van u niet de argumenten gehoord, waarom
u een aantal dingen voorstelt. Waarom u bijvoorbeeld de Vrije Teugel
opheft en andere Jeugdcentra kortwiekt met veel mindere bedragen. U heeft
totaal geen kriterium. U legt niets uit. Ik vraag u nogmaals mijn voorstel
in stemming te brengen en mijn vragen te beantwoorden waarom u dingen doet en
waarom u dingen nalaat. Dit is geen manier van doen.
De VOORZITTER: Dat laatste neem ik niet. Ik wijs op de beantwoording van
het college in eerste en tweede instantie bij de algemene beschouwingen.
Daar zijn we uitvoerig ingegaan op de achtergronden van onze besluitvorming.
Als u die niet accepteert, dat is uw zaak, maar wij zijn er uitvoerig op
ingegaan hoe wij daarover dénken en waarom wij tot die besluiten zijn ge
komen. Mijnheer Menne heeft daar een heel betoog over gehouden. Ik wil nu uw
voorstel meteen in stemming brengen, dan hebben we daar ook duidelijkheid over
Het voorstel van de heer Visser (4% - 2%) wordt in stemming gebracht en met
24 tegen 2 stemmen verworpen.
Heer VISSER: Ik heb aan u duidelijk gevraagd (ik pik er dus maar een voor
beeld uit) mij eens uit te leggen waarom u de Vrije Teugel opheft en waar
om de Stichting Jeugdzorg en Soesterberg 15% minderen. Geeft u daar nou
eens een uitleg van, waarom u dat zo doet. Een duidelijke motivatie van
uw voorstel.
De VOORZITTER: Ik dacht dat het voldoende duidelijk was weergegeven. Ik
heb het gevoel dat dat niet verder noodzakelijk is. Wil één van de college
leden daar nog een verdere motivering aan ten grondslag leggen. Niet? Dat is
duidelijk.
Heer VISSER: Dan ga ik niet meer met deze discussie mee. Ik ga dus nu weg.
De heer Visser verlaat de vergadering.
Mevrouw ALLARD: Ik heb in het begin van de avond gezegd: politiek is ook
kiezen, kiezen uit kwaden. De minst kwade vond ik het voorstel van de heer
Visser 4% bezuinigen. Het volgende wat kwader was, was het amendement van de
PvdA. Ik zal u zeggen dat het mij efficiënter lijkt dat we straks puntsge
wijs gaan stemmen over deze voorstellen. Soms zal ik meegaan met de PvdA
en bijvoorbeeld wat de peuterspeelzalen betreft zal ik meestemmen met de
VVD. Ik wil nog een ding opmerken. Ik zou die instellingen die toch een
AROB procedure willen beginnen, willen adviseren een goede advokaat te
nemen die de AROB procedure volledig kent. Wat op het bord staat is nl. de
helft. - 32 -