15 april 1982
Een adviseur, die dan misschien wat minder op de hoogte is van een aantal
zaken maar daardoor onafhankelijker zijn oordeel kan geven. Deze adviseur
is ook minder belast met de geschiedenis en de stapel rapporten die al
over deze gemeente geschreven zijn en kent dus de frustratie niet dat er
in de tussentijd niets gebeurd is.
In grote lijnen kunnen wij ons in uw voorstel vinden met name vanwege het
feit, dat na de discussie in de commissie R.0. een aantal formuleringen
zijn aangepast. Ik wil nog noemen de buurtwinkelcentra, want het lijkt
alsof we aldoor het accent leggen op de tweepoligheid. We moeten er voor
waken, dat er buurtwinkelcentra blijven op voldoende niveau. Dat is in
eerste instantie belangrijk voor de konsument. Deze centra dienen duide
lijke overlevingskansen te hebben zij moeten hun levensvatbaarheid -
ook in de toekomst - duidelijk waar kunnen maken. Daarbij dient de gemeente
zoveel als zij kan de helpende hand te reiken. Bij ons bestaat de indruk dat
dit met de Koninginnelaan niet is gebeurd. De winkeliers hebben ook het
gevoel dat ze aan het lijntje gehouden zijn en daardoor kansen hebben ge
mist. Ik heb de economische terruggang al geschetst en dat maakt datgene
wat zij wilden realiseren niet eenvoudiger. Daarbij spelen de mogelijk
heden en de verkeersproblemen op het Nieuwerhoeksplein natuurlijk een
belangrijke rol en die zijn voor de gemeente ook slecht oplosbaar. Wij
zijn als fraktie erg blijdat U nu nadrukkelijk heeft vastgelegd dat U
de gespreide winkels in beginsel geen duimbreedte in de weg wil leggen,
onder hetzelfde motto als onze vroegere fraktievoorzitterde Wilde, altijd
heeft betoogd :"Je moet geen verspreide winkels wegbestemmen. Je moet
winkeliers de kans geven om te verplaatsen en daartoe de mogelijkheden
scheppen. Als de mogelijkheden goed zijn, dan gaan ze vanzelf wel."
Er moet een organische groei zijn van winkelcentra.
Inzake Soest-Zuid wil ik duidelijk aangeven hoe onze fraktie hier op dit
moment over denkt. De plannen van de gemeente hebben betrekking op een
betrekkelijk geringe uitbreiding van de bestaande winkelvoorraad, vooral
in verhouding met het plan 'Birkstaete'Zij passen geheel binnen het ge
bied. Wat betreft eigendomsverhoudingen vallen zij ook binnen de direkte
mogelijkheden. Inzake de pogingen die gedaan zullen worden om het te laten
aaneengroeien met de bestaande winkelvoorraad is er een vanzelfsprekende
groeimogelijkheid, die later mogelijkheden zal kunnen bieden tot een ver
dere uitbouw. Als we dit zetten tegenover de grootse plannen van Birkstaete
zal duidelijk zijn, dat de mogelijkheden voor dat plan zeer minimaal zijn,
ook al vanwege de eigendomsverhoudingen. Uit allerlei overwegingen vinden
wij de aanpak zoals de gemeente die nu hanteert de juiste.
Met betrekking tot Overhees bevreemdt ook ons de suggestie in punt 6. met
als formulering de heroverweging van de meest wenselijke omvang- en reali
seringsmogelijkheden. Het kan niet duidelijk genoeg gezegd worden en wij
vragen U derhalve ook duidelijk te maken, dat U nog steeds op dezelfde
wijze,als U tot op dit moment heeft gedaan,nastreeft een op zo kort moge
lijke termijn creëren van dit winkelcentrum. Vorige sprekers hebben al ge
vraagd tot wat deze volgens het college noodzakelijke heroverweging leidt.
Wij kunnen die reden nauwelijks vinden. De feitelijke afwijking van de
plannen van de gemeente en M.B.O. is minimaal. Wij snappen derhalve niet
wat U met deze formulering bedoelt. U wekt echter wel de indruk, dat U de
realisering van het winkelcentrum niet meer zo ziet zitten. Ik wil van U
de uitspraak, dat dat niet zo is en dat U blijft streven naar het op korte
termijn realiseren van dit centrum.
Heer JONKER Na alles wat hierover al gezegd is, zal het niet meevallen om
hier nog veel nieuwe elementen aan toe te voegen vanuit onze kant. Ik wil
toch een aantal kanttekeningen maken. Wij zijn erg blij, dat e.e.a. nu goed
op een rij staat met de verbeteringen na de bespreking in de commissie R.O.
Terecht wordt gesteld, dat de tijd voor onderzoek en overleg nu afgesloten
moet worden en dat er nu een voorwaardenscheppend beleid tot stand dient
te worden gebracht.
