21 mei 1981 wordt onmiddellijk in contact getreden met Den Haag teneinde de sub sidiëring, zoals die op dit moment geldt in te laten gaan en de neiging bestaat om te veronderstellen, dat het zeker voor Soest dit jaar geen nadelige gevolgen hoeft te hebben. Als de stukken juist zijn - deze hebben ter inzage gelegen - dan blijkt, dat er voor dit jaar - als ik het goed heb - ongeveer 20.000,verschil ten voordele in zit. Dit is in antwoord op de financiële aspecten van de zaak. Ik wilde het hier even bij laten. De VOORZITTER Mevrouw van Gelder, op uw vraag nog even het volgende antwoord. Ik heb gisteren gezegd in de commissie A.B.Z., dat ik zou kijken hoe deze zaak zat en dat heb ik ook gedaan. De hele dag is ge tracht in Den Haag op alle mogelijke plekken om nadere informatie te krijgen over de stand van zaken, maar er kon verder nog niets worden medegedeeld en ik heb besloten U dat vanavond mede te delen. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN Ik begrijp dus, dat er in Den Haag nog geen enkele duidelijkheid over was, terwijl mijS informatie heeft bereikt dat er percentages genoemd zouden zijn in het wetsontwerp. Dat blijkt dus niet waar te zijn. De VOORZITTER Dat wil ik niet zeggen. Wij hebben alleen die infor matie niet gekregen. Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN U heeft die informatie niet gekregen. Daar kon U in Den Haag gean duidelijkheid over verschaft worden, be grijp ik. Wat alleen het volgende punt is over hetgeen U zei, dat U van plan was mij dit vanavond mede te delen zou ik willen zeggen, dat het prettig geweest zou zijn een 'krabbel' in de leeskamer neer te leggen dat er in Den Haag hierover nog geen gegevens bekend waren - er was tenslotte een stuk toegezegd - zodat ik in deze raad nu ook geen vragen had behoeven te stellen. DE VOORZITTER Het lijkt mij niet goed om hier nu weer op te gaan antwoorden. Wij hebben alles gedaan en dit was naar onze mening juist. Ik dacht dat wij ook zo met elkaar konden omgaan en niet alles schriftelijk behoeven te doen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 6. Voorstel tot wijziging van de Verordening regelende de taak, werkwijze en samenstelling van de commissie milieubeheer 7. Voorstel tot huisvesting Turken Witte Huis Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 8. Voorstel omtrent het eventueel instellen van beroep tegen de onthouding van goedkeuring begrotingswijziging t.b.v. gelden voor geluidwerende maatregelen aan de Ossendamweg/Vondellaan. Mevrouw ALLARD-KNOL Mijnheer de voorzitter. Na de commissievergade ringen zijn wij nog eens wat dieper in de wet geluidshinder gedoken en dat heeft geresulteerd, dat onze fractie niet accoord kan gaan met het voorstel van het college aan de raad om niet in beroep te gaan tegen de onthouding van goedkeuring van G.S.. G.S. meende te mogen afleiden uit het raadsvoorstel, dat het hier gaat om een situ atie als bedoeld in art. 88, lid 1 onder a van de wet geluidshinder. Daarin staat bestaande huizen langs een bestaande weg. Op grond van art. 126, lid 1 onder a van de wet geluishinder komen kosten' van maat regelen die genomen moeten worden om geluidsbelasting in die situatie te beperken ten laste van het Rijk. Het betreft hier derhalve een Rijks zaak. G.S. vinden daarom het onjuist, dat de gemeente in een dergelijk geval de taak van het Rijk overneemt. -4-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1982 | | pagina 169