17 september 1981 Heer KINGMA Wij zijn het op zich ook eens met de inhoud van de motie van Eemneszij het dat wij gezien het optreden van de nieuwe regering verwachten, dat onze zorgen een stuk minder behoeven te zijn. De VOORZITTER Ik begrijp, dat de hele raad wil reageren en dan behoort er een uitzondering op de regel te zijn. Ik geef graag het woord aan de wethouder Hoekstra, Heer HOEKSTRA In deze motie staat eigenlijk, dat het doelis, zich te richten tot de raden der gemeente en provinciale staten van Utrecht met het verzoek de zorg dienaangaande kenbaar te maken en daar waar mogelijk bij te dragen tot het vinden van een draagbare samenhang tussen de kosten van wonen en energie, want het gaat hier eigenlijk om de woon lasten. Dat wij er zorg over hebben is duidelijk. De zorg, die wij over deze zaken hebben, hebben wij in de vergadering van het Vegin in juni naar voren gebracht. Daar waren allerlei voorstellen de ene wilde geen verhoging, de ander wilde wel meegaan met de verhoging maar die gecompenseerd zien in een loonbedrag voor de minstbedeelden een ander wilde weer een lagere prijs. Dat is nogal een verwarde vergadering ge weest en bovendien kwam er een heel ander voorstel ter tafel dan was aangekondigd. Er is eerst gesproken van een verhoging per 1 januari van 15 cent, daarna van 12 cent en op die vergadering kwam ineens een heel nieuw geluid en wel een voorstel van 10 cent alsvolgt te verdelen, 5 cent per 1 januari en 5 cent per 1 juli. Dat is voor de gasbedrijven een moeilijke zaak, omdat een keer extra de meter moet worden opgenomen overal en bovendien moet het allemaal weer opnieuw ingebracht worden in de computer, het geen een geweldig kostbare zaak is. Dus zei het Vegin niet per 1 januari 5 cent en per 1 juli nog eens 5 cent, maar stelde voor aan de vergadering 7 cent. Dat is het gemiddelde, omdat het meeste gas wordt verbruikt in het eerste halfjaar nl. 60% en 40% in het tweede halfjaar. Dat heeft de vergadering aangenomen. Met die bood schap moest het Vegin terug naar de Gas Unie. De Gasunie is het daar helemaal niet mee eens en hoe het daarmee staat is nu niet bekend. Wel is bekend, dat de minister van economische zaken uit het vorige kabinet besloten had om met het Vegin en de Gasunie te gaan praten, maar het nieuwe kabinet kwam net te vlot dus is de gelegenheid om dat te doen voorbij en vanmorgen voor de radio heb ik gehoord, dat de nieuwe minis ter van economische zaken dezelfde gang gaat volgen. Dus die gaat met de Vegin en de Gasunie in overleg proberen tot een oplossing te komen. Dat is het laatste nieuws. Wij zullen uiting aan de motie geven aan Eemnes. Mevrouw TOMASSEN-HOLSHEIMER Het is de bedoeling, dat wij naar de overheid schrijven. De motie verzoekt de raden hun ongerustheid uit te spreken in een briefje aan de nederlandse regering. Heer HOEKSTRA Dat staat er niet en wij spreken nu toch bij deze onze ongerustheid uit. Mevrouw TOMASSEN-HOLSHEIMER Ik vind, dat wij zon briefje moeten sturen en bij deze is dat mijn voorstel. Wij steunen dan het Vegin. Als er uit veel gemeenten zulk soort berichten komen dan is het een steun in de rug. Heer HOEKSTRA Nee, want dan zijn wij juist weer op de verkeerde weg. Als uit alle gemeenten moties komen, laat die dan maar via de vereniging van Nederlandse Gemeenten gaan, is er gezegd. Dit hoort natuurlijk ook in het politieke vlak en als U de kranten bijhoudt dab is het niet al leen dat de minister zich gaat bemoeien met de Vegin en de Gasunie, maar ook kamerfrakties zijn er druk over bezig. -2-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1982 | | pagina 255