14 december 1981
Wij stellen voor deze reserves zodanig te bestemmen, dat zij t.z.t. zonodig
aangewend kunnen worden om een nadelig exploitatieresultaat in Overhees II en
III (gedeeltelijk) te kunnen dekken.
Meneer de voorzitter. Ons staat voor een zodanig financieel beleid te voeren
dat
- kostenbeheersing wordt bereikt in het gemeentelijk apparaat;
- kostenbesparing wordt bereikt bij organisaties die wij subsidiëren met het
doel subsidies niet te verhogen, c.q. te verlagen;
- de lasten voor de burgers zo laag mogelijk blijven.
Wij willen erover meedenken hoe dit beleid kan worden bereikt. Daarvoor is
informatie nodig. In dit verband vinden wij de beantwoording van de vragen
over de "subsidie per deelnemer" teleurstellend. Het bedrag dat voor sector
sport wordt genoemd is een gemiddeld bedrag voor alle organisaties, c.q.
sporten. Voor de sociaal-kulturele sector worden aparte cijfers gegeven voor
de bibliotheek en de muziekschool. Er dient tenminste met vergelijkbare cijfers
te worden gewerkt, d.w.z. totalen per sector of cijfers per aktiviteit. Onze
voorkeur gaat uit naar cijfers per aktiviteit voor alle te subsidiëren aktivi-
teiten. Graag zien wij op korte termijn deze uitsplitsing tegemoet.
Meneer de voorzitter. De vergoeding aan raadsleden. Ons eigen inkomen. Mijn
fraktie is van mening dat wij ook soberheid dienen te betrachten ten aanzien
van onze eigen vergoeding. In het verleden is het argument gehanteerd, dat de
raad hierover geen beslissing zou mogen nemen, omdat dat een beslissing over het
inkomen van anderen zou inhouden. Welnu mijnheer de voorzitter, de overheid
beslist vaak over het inkomen van haar burgers en nog vaker over de bestedings
mogelijkheden. Het komt mij dan ook nogal hypokriet voor om beslissingen over de
hoogte van de vergoeding voor raadsleden maar niet te nemen. Onze voorkeur gaat
er naar uit om de vergoeding te brengen op het peil 1980. Gezien echter de
reacties van een aantal frakties in het voorjaar stelt mijn fraktie nu voor de
vergoeding voor raadsleden in 1982 tenminste niet te verhogen. Hierover zullen
wij een motie indienen.
Volgend jaar zijn er verkiezingen voor de gemeenteraad. Na de verkiezingen moet
er weer een college worden gevormd en de portefeuilles verdeeld. Wij waren en
zijn voorstander van een program college dat zoveel mogelijk een afspiegeling
van de raad vormt. Wij stellen ons op het standpunt dat de werkwijze bij de
collegevorming bij voorkeur zo zou moeten gebeuren als bij de onderhandelingen
die tot de vorming van dit college hebben geleid. Bij de portefeuille verdeling
gaat onze voorkeur er naar uit dat politieke portefeuilles worden toegewezen
aan gekozen wethouders. Ondanks de mogelijk hogere werklast die hierdoor op de
gekozen wethouders komt te rusten gaan wij ervan uit dat een benoemde burgemeester
in een nieuw college alleen nog die taken vervult die hem wettelijk zijn opge
dragen. Mijnheer de voorzitter. In het komende jaar zullen wij gezamenlijk een
grote klus moeten klaren. Onze opstelling zal daarbij zijn dat het beleid gericht
moet zijn op het wegnemen van sociale ongelijkheid. Wij willen dit bereiken door
aan de zorg voor achtergestelde groepen bizondere zorg te besteden. Daarbij zul
len wij de volgende prioriteiten hanteren:
- Volkshuisvesting - Werkgelegenheid - Welzijn.
Heer JONKER: Meneer de voorzitter. Zoals vanavond al eerder is opgemerkt is het
de vierde en laatste keer van de huidige raadsperiode, dat er een begrotings
behandeling plaatsvindt. Een gerede aanleiding om zowel naar het verleden, het
heden als naar de toekomst te kijken. Maakt u zich niet ongerust over de tijd,
die dit in beslag gaat nemen, daar ik slechts een beperkt aantal onderwerpen met
u in deze algemene beschouwingen zal doornemen. Er is immers bij de hoofdstuks-
gewijze behandeling op a.s. woensdag nog alle gelegenheid voor kanttekeningen bij
allerlei belangrijke en minder belangrijke zaken.
Om te beginnen zal ik wat uitvoeriger aandacht besteden aan het financiële gebeu
ren en meer in het bijzonder aan het
- 10 -