3er 1981
16 december 1961
en
g
.er-
:t
:e
mte
Lo-
sr-
leze
lie
aan
aals
dat
er
k
jk
een
hebben een grotere prioriteit dan aktiviteiten ten behoeve van niet-
kwestbare groepen (kwestbare groepen zijn kinderen, bejaarden,
invaliden, werklozen, minderheidsgroepen)
2. aktiviteiten voor minder draagkrachtigen gaan voor aktiviteiten
voor diegenen die draagkrachtig zijn.
- dat er aanwijzingen zijn voor een verminderd gebruik van peuterspeelzalen,
met name in het Smitsveen, door Soesters met lagere inkomens, vanwege de
te hoge ouderbijdrage voor deze groep.
Spreekt uit
- dat er gezocht moet worden naar mogelijkheden om in overeenstemming met
de genoemde kriteria, het mogelijk te laten blijven dat elke peuter, onge
acht het inkomen van de ouders, gebruik kan maken van de speelzaal
verzoekt
- het college, daartoe overleg te openen met het bestuur van de Stichting
Peuterspeelzalen om één en ander verder te doen uitwerken, zodat de
raad daarover een konkreet voorstel kan bereiken.
Deze motie is ondertekend door Mevrouw Van Gelder-Cornelissen
Mevrouw Allard-Knol
Mevrouw Blommers-Biezeno
J. Visser
Mevrouw ALLARD-KNOL Ik onderschrijf van harte het verhaal van mevrouw
Blommers en de motie voor wat betreft punt c. hebben wij mede ondertekend.
Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG Voorzitter, ik zou toch moeten weten
wat het college van de motie vindt.
De VOORZITTER Ik wijs er wel op, dat als dit leidt tot extra lasten voor
het gemeentelijk budget dat in strijd komt met de zin onder a. waarin staat
"dat indien de begroting voor 1983 toch niet blijkt te sluiten het bestuur
geen beroep zal doen op de financiële stem van de gemeente." Punt a. is
aanvaard heb ik begrepen, maar aan punt c. wordt dan deze motie toegevoegd.
Als er dan extra geld zou moeten zijn moet het in ieder geval binnen de be
staande begroting ten koste van iets anders. Dat is een punt waar we nader
overleg over moeten plegen.
Mevrouw VAN GELDER-CORNELISSEN Voorzitter, mag ik nog even een toelichting
geven U zegt, dat er een conflict zou kunnen ontstaan tussen de laatste
zin van het voorstel, nl. het sluitend zijn van die begroting 1983. Dat
is natuurlijk niet waar. In deze motie wordt nl. gezegd, dat naar mogelijk
heden gezocht moet worden ten aanzien van de problematiek van die ouder
bijdrage voor alle inkomensgroepen. In de motie wordt het college verzocht
om met nadere voorstellen te komen. Het uitgangspunt is dus dat het met
de punten a. en b. sluitend blijft. Maar er moet gesproken worden over
hetgene wat in punt c. nu wordt gesteld. Dat zou o.i. verbeterd kunnen
worden
De VOORZITTER schorst voor vijf minuten de vergadering.
De VOORZITTER heropent de vergadering.
Mevrouw VAN STIPHOUT-CROONENBERG Mijnheer de voorzitter. De heer Bolhuis
heeft uitgerekend dat er 375,per peuter wordt betaald op jaarbasis en
dat de Stichting Peuterspeelzalen daardoor bevoordeeld zijn, omdat er op
andere instellingen wel bezuinigingen zijn toegepast en nu op de peuter
speelzalen niet. Toch meen ik namens het college te mogen zeggen, dat zij
het niet met de CDA-fraktie eens is en wel om de volgende reden. In de
loop van de jaren hebben wij de Stichting Peuterspeelzalen altijd anders
gesubsidieerd dan alle andere instellingen binnen het welzijnsgebeuren.
-66-
-65-
