19 maart 1981
Een stukje dorpsgezicht. Ais het kostershuisje weg is, dan denk ik
dat de Oude Kerk een aardige face-lift krijgt en dat het dan niet
meer nodig om daar nog meer kostelijke woningen te verwijderen, maar
het is gewoon te veel en daarom zijn wij het niet eens met dit raads
voorstel. Het bedrag is te hoog. Wanneer u dan vraagt of het bestem
mingsplan veranderd moet worden, dan weet U dat ik al eerder gezegd
heb dat het een bestemmingsplan as dat al 15 Jaar oud is en dat dit
inderdaad nodig moet worden herzien. Maar dat is inderdaad nu niet
juist om even vast te stellen. Dit moet in de commissie R.0. uit
voerig besproken worden. Ik denk, dat er wel leuke ideeën bestaan
om dit bestemmingsplan zo te veranderen dat wij er verder geen geld
meer aan uit hoeven te geven en dat het beschermde dorpsgezicht
daar toch goed tot zijn recht komt. Dat was het tot zo ver.
De VOORZITTER i Even voor de goede orde mijnheer Visser. U zei, het
bedrag is te hoog. Aan de andere kant zegt U, ik wil het helemaal
niet. Als er een ton of 2,3,4 zou afgaan, is het dan wel voor U
aanvaardbaar. Wat betekent dat nu.
Heer VISSER Wij hebben het er niet voor over om hier een cent
voor uit te geven.
Heer VAN DEN BRAKEL Ik wil graag een stemverklaring afleggen t.a.v
dit voorstel. Ik ben nl. van mening, dat gezien de economische situ
atie en wat de bevolking op het moment allemaal moet inleveren dit
niet kan. Ik weet, dat wij als raad t.a.v. deze materie besluiten
hebben genomen. Ik geloof, dat het ook in het leven zo moet kunnen
zijn, dat als je een beslissing hebt genomen je moet durven erkennen
dat de tijd dusdanig veranderd en het misschien een foutieve be
slissing geweest is. Ik wil nu ook niet over het bedrag praten.
Ik vind, dat het in deze tijd niet verantwoord is dat wij geld uit
gaan geven voor iets wat wij laten verdwijnen, Dat kan niet tegen
over de bevolking. Als wij geld uitgeven voor voorzieningen die
noodzakelijk zijn en waar de hele bevolking zonodig van kan profi
teren dan wil ik daar offers voor vragen van de bevolking, maar om
nu 500.000,uit te geven - en dat wordt ieder jaar meer, want
als wij er rente van moeten betalen komt er ieder jaar 50.000,
bij en als wij het van de reserves doen dan hebben wij 50.000,
renteverlies, hetgeen na verloop van enkele jaren wel '700.000,
tot 800.000,wordt - kunnen wij niet waarmaken tegenover de
Soester bevolking. Ik wil meteen concreet stellen, dat het bestem
mingsplan gewijzigd moet worden en op het perceel weer winkelvoor
ziening leggen, zodat de heer van Dam vrij in doen en laten is.
Wij hoeven er dan nooit meer op terug te komen. Ik besluit nu,dat
ik pertinent tegen ben om dit pand aan te kopen.
Heer NUIJTEN In tegenstelling tot mijn fractiegenoten heb ik
steeds achter uw voorstel gestaan tot realisering van het bestem
mingsplan Kerkebuurt. Ik doe dat ook nu nog, omdat ik er van over
tuigd ben dat met dit plan de handhaving van een belangrijk stukje
oud Soest ten zeerste is gediend. Daarom heb ik ook steeds de
financiële consequentie van dit plan aanvaard, hoewel niet altijd
met vreugde. De met de heer van Dam overeengekomen prijs valt mij
echter toch dermate tegen, dat ik er onmogelijk mijn medewerking
aan kan verlenen, mede gelet op de precaire financiële positie van
onze gemeente. Er zit dan ook niets anders op, dan de aankoop van
het pand op termijn te stellen totdat een redelijker prijs kan
worden bedongen c.q. de Soester financiën er weer wat beter voor
staan.
-13-