zouden moeten worden toegevoegd aan het raadsbesluit. Ik ben van me
ning dat dit niet noodzakelijk is.
De VOORZITTER Einde discussie; stel voor tot stemming over te gaan.
Heer JONKER Eventjes, wat de wethouder van onderwijs even op het
eind zo tussen neus en lippen door stelt.
De VOORZITTER De discussie is afgerond. We gaan niet meer discussi
eren, want dan gaat de wethouder ook weer antwoorden.
Heer JONKER Er wordt even gezegd 1 Ik ben van mening dat het niet
noodzakelijk is'. Zo zijn we er natuurlijk niet vanaf. Als er een re
delijk verzoek vanuit de minderheid van de raad wordt gedaan en het
zit er dus in, dat bij de stemming de minderheid niet aan zijn trek
ken zal komen omdat de meerderheid zal ij dit rooraÉtel ai::. 1
dan is het naar mijn idee een zaak van goed bestuur ook die rechten
van de minderheid tot recht te laten komen. Als
vriendelijk wordt gevraagd die argumenten mee te zenden, dan dacht ik
dat U zich daar niet zo eenvoudig van af kan maken. Dus ik zou willen
vragen om dat punt toch nog even te heroverwegen. Dank U.
De VOORZITTER Dat zou dan een afwijking zijn van de normale gang van
zaken. En eerlijk gezegd heb ik het gevoel, dat er geen reden is om dat
nu opeens wel te gaan doen, deze gang van zaken. Ik kan mij voorstellen
dat dat een democratisch besluit van deze raad is - als ik het zo eens
even peil - v1 dat de raad als geheel daar ook niet voor voelt. Ik
vind namelijk als je daaraan gaat beginnen, ja dan Wij nemen
een besluit en het besluit wordt door het schoolbestuur naar Den Haag
gestuurd. Den Haag heeft te maken met het besluit. De overwegingen,
die er achter liggen zijn natuurlijk heel belangrijk, maar het gaat om
het besluit. Ik zou het dus hierbij willen laten. Dat ik op zich wel
gevoel heb voor minderheden en dat die beschermd moeten worden weet U,
maar in dit geval wijk ik niet van de gang van zaken af.
Het voorstel wordt vervolgens in stemming gebracht en wofrdt aangenomen
met 19 tegen 6 stemmen.
Voor hebben gestemd de leden Kingma, Onderdelinden, van Poppelen,
Oldenboom, mevrouw van Gelder-Cornelissen, Hoekstra, Menne, mevrouw
Korthuis-Elion, Beijen, Bolhuis, Storimans, mevrouw Greefhorst- van
Overdam, Verheus, Plomp, Blaauw, mevrouw Blommers-Biezeno, van de
Brakel, Stam, mevrouw van Stiphout- Croonenberg.
Tegen hebben gestemd de leden Nuijten, Jonkermevrouw Allard-Knol,
Gerth, mevrouw Tomassen-HolsheimerVisser.
Voorstel tot wijziging van de Verordening Hondenbelasting.
Mevrouw ALLARD Mijnheer de voorzitter. Met de notulen in de hand van
de vergadering van 16 oktober, die we zoeven hebben vastgesteld, kunnen
we samen lezen op bladzijde 18 het verwijt van de voorzitter aan het
adres van D'66, de vlotheid van vergaderen in deze raad niet te bevor
deren. En waarom werd dit verwijt gemaakt, omdat wij geargumenteerd
een afwijkende mening hadden ten aanzien van het raadsvoorstel om de
belasting voor tweede en volgende honden met 82% te verhogen. Een van
die argumenten was - en dat kunnen we weer samen lezen op bladzijde
18 - "het is ons bekend, dat voor deze belastingverhoging met meer
dan 5% geen vooroverleg met het ministerie van binnenlandse zaken
nodig is. Echter het is niet zo, dat wij als gemeente onze gang maar
kunnen gaan. Als het ministerie van, binnenlandse zaken deze verorde
ning straks ter goedkeuring krijgt voorgelegd zou het ons niet ver
bazen als men met 82% verhoging niet akkoord zal gaan. Dit mede ge
zien in het kader van de beheersing van de overheids-belastingen.
Mijnheer de voorzitter. Nu inderdaad de minister van binnenlandse
zaken niet bereid is de gevraagde goedkeuring te verlenen, hoe moet