Heer VISSER Ja, mijnheer de voorzitter, daar schrik je toch wel even van als je het laatste verhaal hoort, want ik heb het C.D.A. in de com missievergaderingen dit helemaal niet horen bediscussiëren. Het komt inderdaad als een bom uit de heldere hemel vallen als je hoort dat zo'n grote fraktie de hele zaak vijf jaar wil uitstellen. Dan denk je, waar houden we nog commissievergaderingen voor. Als je daar dan bij optelt dat de WD de kranten beter snapt dan de raadsstukken, dan denk je wel eens waar zijn we hier met elkaar mee bezig. Ik wil dan nog één aspect vermelden wat ik vanavond nog niet gehoord heb en dat is de brief van het georganiseerd overleg. Die brief besluit met de opmerking min of meer aan het college gericht. Een wens van de ambtenaren om toch vooral de aanwezige personeelsleden niet de dupe te laten worden van uw auto matiseringsplannen. Ik wil daar graag van uw kant een reaktie op hebben, want als U niet bevestigt, dat dat geen konsekwenties heeft dan stel ik inderdaad voor de zaak vijf jaar uit te stellen en minstens nog een keer in de commissie hierop terug te komen. De VOORZITTER Ik vraag me af hoe ik eigenlijk moet gaan reageren, met name op de opmerking vanuit de CDA fraktie, want dat is een heel wezen lijke wijziging van de koers. Ik zal de sprekers maar volgen. Ik zal onge twijfeld, mijnheer van Garderen, hetgeen U gezegd heeft aan de leden van stuurgroep doorgeven. Ik ben blij met de opmerkingen van al diegenen, die hebben gezegd dat ze het een leesbaar stuk vinden. Uiteraard is er heus wel het één en ander aan op te merken, het is mensenwerk, maar het geeft een richting aan van hoe we verder willen gaan. Dat is essentieel. We hebben dit stuk inderdaad in eigen beheer kunnen maken. Dat wil niet zeggen, dat dat met de volgende stukken ook allemaal zal kunnen. We zullen dat zo veel mogelijk proberen. Dat is het uitgangspunt. Zelf het voortouw mogelijk, indien noodzakelijk, met hulp van derden. Maar niet andersom en dat is de wezenlijke verandering die heeft plaatsgevonden. Dan zijn er een paar punten gesteld door de heer Van Gelder. Die verwijst voor wat de discussie betreft naar de commissie. U heeft gezegd, het is voor mij een raamplan. Dat ben ik geheel met U eens, dat is het voor ons ook. Het zou kostendekkend moeten zijn. Natuurlijk is het zo, dat als uit bepaalde zaken blijkt dat het niet kostendekkend kan zijn we in overleg moeten treden in de commissie. We moeten wel de zaak bespreekbaar houden en niet wachten totdat er een keer een kostendekkend voorstel is. We moeten met elkaar daarover blijven praten. Er zijn terecht vragen gesteld over de werkgelegen heid. Misschien is dat wel het allerbelangrijkste aspect van deze hele zaak, los van alle andere voordelen, betere kredietbewaking, snellere cijfers etc.. Ik wil hier nog eens heel duidelijk stellen dat het college er niet op uit is om arbeidsplaatsen te schrappen, integendeel wij hebben als uitgangspunt een zo efficiënt mogelijk beheer van de ons toevertrouwde middelen. Dat moet het uitgangspunt zijn, opdat zoveel mogelijk van die middelen voor de burger ter beschikking zijn. Dit apparaat is er voor de burger, maar moet wel zo efficiënt mogelijk opereren. Als wij dan niet gebruik maken van de meest mo derne hulpmiddelen waardoor men minder efficiënt werkt dan het kan dan ont houdt men dus middelen aan de burgerij. Dus moet je zo efficiënt mogelijk werken en kijken of de moderne hulpmiddelen inderdaad daar bij helpen. Als dat het geval is en je kan dus efficiënter werken dan wordt zo'n voorstel uiteraard zeer serieus overwogen. Daarnaast moet je kijken hoe het zit met eventueel verlies van arbeidsplaatsen, als dat daarmee gepaard zou gaan. Dan zou je inderdaad moeten afwegen wat je daarmee doet a) met het zittende personeel. Daarover staan duidelijke opmerkingen in het rapport, b) zullen de belangen moeten worden afgewogen van de werknemers, onze medewerkers, de belangen van de burgerij in zijn geheel, van de gemeente, gemeentelijke huishouding etc.. Al die zaken moeten tegen elkaar worden afgewogen en heel zorgvuldig. Wat dat betreft vind ik het een hele juiste opmerking, die gemaakt is door met name de heer Krijger, dat vertegenwoordigers van het personeel in het overleg daarover regelmatig geïnformeerd en betrokken

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 12