9 maart 1983 en zelfs nog niet aangevraagd door Stichting Maatschappelijke Dienst verlening. Ik stel voor deze post van 10.000,= maar te schrappen. Als het voor de laatste maanden nodig zou zijn, gaat het maar om een paar honderd gulden en kan het ook uit de post onvoorzien. VOORZITTER: Het is eigenlijk weer hetzelfde: dan komt het in onvoorzien terecht en als het nodig is, kunnen we erover beslissen. MevrBLOMMERSNee voorzitter, in dit geval niet. U reserveert nu de volle 10.000,=; het zal op zijn vroegst pas in oktober/november aan de orde komen, dan is het een 'stuk minder. Daarbij vind ik het onjuist als er vorige keer is gezegd dat het allemaal nagegaan is, terwijl nu blijkt dat het nog niet zover is, om nu al geld vast te leggen. VOORZITTER: Ik heb er niet zoveel problemen mee. Het gaat om het principe. Als er maar duidelijkheid is naar de instellingen toe. Heer MENNE: Ik heb er geen problemen mee om het te reserveren om straks te bezien wat we er in het kalenderjaar 1983 van nodig hebben. Het bedrag van 10.000,= is al op de post 09.0012.04 ingevuld, het zou dan weer een wijziging worden. Er zijn twee mogelijkheden: óf je verlaagt het bedrag op die post, óf je brengt het naar de totaliteit van onvoorzien. Mevr BLOMMERS: Dan zou ik het willen verlagen en niet overbrengen naar onvoorzien. Ik vind dat,als een instelling niet eens de subsidie- a anvraag in werking heeft gesteld, wij alleen maar garant staan voor als die subsidie niet gegeven zou worden, het een beetje absurd is die ruimte vast te houden. Heer BOLHUIS: Ik zou graag iets vastgesteld willen zien, waaruit misschien ook het misverstand voortvloeit; we hebben een verschil tussen uitgaven en inkomsten en een deel van dat bedrag daarvan wordt nu al gezegd dat het geboekt wordt op hfdst. XIII. Wij stellen ons voor om met een aantal punten en een aantal voorstellen daarover in de raad te komen. Als wij deze begrotingswijziging aanvaarden, weten we dus dat er bepaalde budgettaire ruimte is, maar we aanvaarden daarmee niet, dat er tot dat bedrag en voor dat doel al kan worden uitgegeven. Wij verwachten nog voorstellen van het college over deze punten en dan zullen we pas besluiten tot welk bedrag en voor welk doel dat wordt uitgegeven. Als u zich met deze opvatting kunt verenigen, betekent het dat het bedrag ad. 10.000,= uiteraard naar onvoorzien gaat, want het is een verschil dat ontstaan is tussen uitgaven en inkom sten en wordt er t.z.t. op z'n hoogst een voorstel gedaan om over een aantal resterende maanden tot een geringer bedrag dan 10.000,= alsnog - 67

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 160