- 31 -
19 mei 1983
besluit - zeker omdat het midden in een rechtsgang zit - niet terug
moeten komen en wij staan dus achter het meerderheidsstandpunt van de
beroepschriftencommissie
Hoewel het feitelijk niet aan de orde is, willen wij er toch op reageren,
dat er een bijzonder ingrijpend voorstel is gedaan door de kinder
boerderij. Daar heeft de fraktie met belangstelling kennis van genomen
want nog niet eerder is er een instelling geweest die zover wilde gaan.
Wij zouden daarom graag zien dat'er nog wat meer naar gekeken werd,
hoewel het nu eigenlijk niet bij de beroepschriften behandeld kan
worden, dat ben ik met de heer Van den Brakel eens.
Samengevat voor dit moment: de beroepschriften-procedure afhandelen
en een verzoek om het voorstel van de kinderboerderij nog eens nader
te bekijken.
VOORZITTEB: Het laatste daar heb ik toch wel wat vragen bij voor de
procedure. We moeten duidelijk zijn heeft de heer Van den Brakel gezegd.
Ik ben dat met hem eens in deze situatie, al was het alleen maar dat
de maatregel op 1 juli in zal gaan. Dat betekent dat er nu dus echt geen
tijd meer is om nog weer eens de zaak te gaan bestuderen. Dan zouden
we ook dit agendapunt aan moeten houden en ik constateer uit uw eigen
woorden dat u dat niet wilt, de meerderheid van de raad zal dat ook niet
willen, denk ik. Er wordt gewoon besloten op dit beroepschrift en dan
is het enige juridische middel dat nog open staat voor de kinderboerdaij
een AROB-beroep in Den Haag.
Heer VISSER: U kunt zich voorstellen waarschijnlijk dat ik achter het
minderheidsstandpunt sta van de heer Van den Brakel. Ik kan mij nog
herinneren dat,op het moment dat deze raad aan het college vroeg wat
nu precies het argument was om de kinderboerderij op te heffen tijdens
de bezuinigingsronde, ik ben weggelopen omdat ik geen duidelijk antwoord
kreeg. Inmiddels heeft u enkele maanden de tijd gehad om dat antwoord
alsnog te formuleren en daarmee heeft u waarschijnlijk deze beroepschriften
commissie kunnen overtuigen. Maar mij niet. Ik ben ook van mening dat
deze kinderboerderij daar niet weg kan. Op Koninginnedag is wel gebleken
hoe belangrijk de functie is van de kinderboerderij in het soester
gebeuren. Wij moeten met z'n allenproberen om deze instelling nog te
behouden door, zoals de heer Krijger suggereert, te kijken naar de
voorstellen die zij doen. Ik ben tegen het aanvaarden van dit beroep.
Heer VAN GELDER:Voorzitterook mijn fraktie schaart zich achter het
minderheidsstandpunt van de beroepschriftencommissie.