- 25 - 16 juni 1983 onderhoud voor de sport belast zijn via de gemeentelijke dienst dit via de Sportstichting te laten doen. Ik weet zeker dat we dan als Sportstichting belangrijk goedkoper uit zijn, hoewel er de eerste jaren in de begroting van gemeentewerken wel wat pijn zal zitten. Dit zou dan de oplossing moeten zijn, anders kunnen we nog wel uren oeverloos blijven praten, dan komen deze centen nooit op tafel. VOORZITTER: Als elke fraktie het woord heeft gevoerd dan merk ik op dat het voorstel van twee leden van deze raad om het hele voorstel voorlopig aan te houden, kennelijk niet, gelet op de teneur van het debat, door de meerderheid van de raa^S&foersteund. Dat betekent dat we vanavond verder praten over het voorstel van het college. Wethouder PLOMP: Mijnheer de voorzitter, er is de laatstemaanden zeer veel over de sport gezegd, ik denk dat het goed is als ik het kort houd. Er zijn, ook voor vanavond weer, wat geschriften verschenen. Als ik de geluiden in de raad beluister, dan denk ik dat ik daaruit mag concluderen dat in de eerste plaats gedacht wordt aan het feit dat indertijd in deze raad is besloten de sport een ton te laten bezuinigen. Het streven dezerzijds is dan ook steeds geweest om die ton te bereiken. Als er namelijk van uit wordt gegaan dat voorstellen, door het college gedaan, op een gegeven ogenblik op welk terrein dan ook door de raad worden aanvaard dan mag, bij aanvaarding door de raad, worden verondersteld dat men weet wat men aanvaart. Er is gezegd dat er een ton bezuinigd moest worden, vandaar dat ik, als wethouder van sportzaken, op zoek ben gegaan naar die ton. Tijdens dat zoeken kwam er een moment waarop dat bijzonder moeilijk leek en ik heb ook naar buiten gezegd dat ik het niet haalbaar achtte. Op dat moment had ik natuurlijk toch de verplichting om verder te zoeken en er zijn toen enige alternatieven aangezwengeld. Eén van die alternatieven: zoeken voor verdere bezuinigingen bij De Borg. Ik denk dan ook mijnheer de voorzitter - om het kort te houden - dat het - naar ik beluister - aannemelijk zou zijn voor de raad als het volgende zou geschieden: de 28.500,= accoord; de 10% is accoord, mits er ook naar verdere alternatieven wordt gezocht bij o.a. De Borg. Verder ben ik van mening dat, als wij de keus zouden moeten maken tussen 2A en 2B er inderdaad de mogelijkheid bestaat om hier vast een keus te maken. Persoonlijk geef ik er de voorkeur aan om in ieder geval beide mogelijkheden bij het verdere onderzoek open te laten, zodanig dat ik het restantbedrag 71.500,= in de verdere onderhandelingen probeer te bereiken via A. onderzoek bij De Borg, B. mogelijk onderweg aan te treffen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1983 | | pagina 260